Samenvatting van Inhoud voor Toro Wheel Horse 14-38 HXL
Pagina 1
FORM NO. 3318–891NL ® Wheel Horse ® 14-38 HXL Gazontraktor Model Nr. 71217 - 7900001 & hoger Bedieningshandleiding BELANGRIJK: Handleiding zorgvuldig lezen. Hij bevat informatie voor uw vei- ligheid en die van anderen. Tevens dient u vertrouwd te raken met de bedien- ingsorganen en hun juist gebruik alvorens u met de machine kan gaan werken.
Wij allen bij Toro wensen dat u geheel met uw nieuwe voor juist en veilig gebruik van de machine. Ook bent machine tevreden bent. Voor hulp met service, orig-...
Veiligheid Training Voorbereiding Lees de instructies zorgvuldig door. Zorg dat u Draag altijd geschikt schoeisel en een lange broek goed op de hoogte bent van de besturing en het tijdens het maaien. Bedien de apparatuur niet juiste gebruik van de apparatuur. indien u blootsvoets bent of sandalen draagt.
Veiligheid Gebruik • Maak geen scherpe bochten. Let op bij achteruitrijden. Gebruik de machine niet in een afgesloten ruimte • Gebruik contragewicht(en) of wielgewichten waar zich koolmonoxyde-dampen kunnen verza- indien nodig volgens het handboek. melen. Let op voor het verkeer wanneer u in de buurt van Maai alleen bij daglicht of goed kunstlicht.
Veiligheid (onmiddelijk nakijken). messen, andere messen mee kunnen draaien. 14. Ontkoppel de aandrijving naar de hulpstukken Indien de machine geparkeerd, opgeslagen of wanneer de machine vervoerd wordt of niet in alleen gelaten wordt moeten de messen neergelat- gebruik is. en worden behalve als er een stevige mechanische vergrendeling gebruikt wordt.
Pagina 7
Veiligheid Hellingmeter Alle veiligheidsinstructies op pag. 2-4 lezen. DEZE RAND UITLIJNEN MET EEN VERTIKAAL VLAK (BOOM, GEBOUW, HEK- PAAL,TELEFOONPAAL ENZ).
Overzicht van gebruikte symbolen Waarschuwingsdriehoek Verlies van ledematen - De motor van de achterste maaier is in werking tijdens achteruitri- jden Waarschuwingsdriehoek Blijf op veilige afstand van de machine Lees de gebruiksaanwijzing Blijf op veilige afstand van de machine Houd kinderen op veilige afs- Lees de technische handleid- tand van de machine ing voor de juiste onderhoud-...
Pagina 9
Veiligheid Snel Brandstof Brandstofpeil Langzaam Brandstofpeil Afname/Toename Inhoud vol Aan/Draaien Inhoud vol Aan/Draaien Koplampen - Groot licht Aan/Draaien Remsysteem Starten motor Remsysteem Versnelling Stoppen motor Aftakas Choke Inschakelen Motortemperatuur Uitschakelen Motorsmering oliedruk Ontgrendelen Motorsmering oliepeil Vergrendelen...
Pagina 10
Veiligheid Meerijden op deze machine is Messenkooi - Basissymbool uitsluitend toegestaan op de passagiersstoel en uitsluitend indien de bestuurder niet gehinderd wordt in zijn uitzicht Afstelling hoogte messenkooi Verbrijzelen vingers of handen - Kracht wordt uitgeoefend van de zijkant Messenkooi - laag Terugslag of opwaartse beweg- Messenkooi - opgehaald ing - Verzamelde energie...
Stabilizer/Conditioner Toro Stabilizer/Conditioner LOODVRIJE normale benzine geschikt voor gebruik in auto’s gebruiken (minimum octaangehalte 85). Als De juiste hoeveelheid Toro Stabilizer/Conditioner aan loodvrije normale benzine niet verkrijgbaar is, mag de benzine toevoegen. Gebruik van Toro loodhoudende normale benzine gebruikt worden.
Bediening Veiligheid vóór alles! Parkeerrem Alle veiligheidsinstructies zorgvuldig doorlezen. Wanneer men de machine stopt of zonder toezicht Kennis van deze informatie kan u, uw familie, huis- achterlaat, altijd de parkeerrem bedienen. dieren of omstanders helpen om letsel te voorkomen. Bedienen van de parkeerrem Bedieningsorganen 1.
Bediening Afstellen van zitplaats Afstellen van kantelbaar stuurwiel De zitplaats kan vooruit en achteruit gezet worden. Op bepaalde modellen kan het stuurwiel omhoog en Zitplaats in een stand zetten waarin men de machine omlaag gekanteld worden. Stuurwiel in een stand het best onder controle kan houden de die het meest zetten waarin men de machine het best onder controle comfortabel is.
Bediening Gebruiken van mesbediening (PTO) 28 mm De mesbediening (PTO = aftakas) schakelt de aandrij- 38 mm ving naar de mes(sen) in en uit. 51 mm 64 mm Inschakelen van mes(sen) 76 mm 89 mm 1. Rempedaal indrukken om machine te stoppen. 102 mm 2.
Bediening Starten en stoppen van motor Starten 1. Op zitplaats gaan zitten. 2. Parkeerrem bedienen; zie Bedienen van parkeer- rem. Figuur 8 Opm: De motor kan niet starten tenzij men de Start parkeerrem bedient of de koppeling-/rempedaal geheel indrukt. 3. Mesbedienhendel (PTO) op “DISENGAGED” zetten (Fig.
Bediening Veiligheidsschakelaars Met de hand duwen van machine BELANGRIJK: De machine altijd met de hand Doel van de veiligheidsschakelaars duwen. Nooit de machine slepen omdat dit de trans- missieas beschadigen kan. De veiligheidsschakelaars zijn bedoeld om te voorkomen dat de motor start tenzij: Duwen van de machine •...
Bediening Vooruit of achteruit rijden ATTENTIE Het handgas regelt het motortoerental (gemeten in POTENTIEEL GEVAAR omwentelingen per minuut). Voor beste prestaties, • Iemand zou de tractor kunnen verplaatsen handgas op "FAST" (snel) zetten. of proberen de tractor te bedienen wanneer hij zonder toezicht achtergelaten is.
Bediening Zijlossen of gras mulchen Installeren van de uitwerpkap Om de zijlosser tot grasmulcher om te bouwen, de GEVAARLIJK uitwerpkap in de zijopening van de maaier monteren. POTENTIEEL GEVAAR 1. Grasleiplaat opheffen en de lippen boven op de • Zonder de grasleiplaat, uitwerpkap of com- uitwerpkap onder de bevestigingsstang van de plete grasvanger op hun plaats aange- leiplaat schuiven.
Bediening Wenken voor grasmaaien grotere hoogte maaien, en dan 2 dagen later nogmaals op een lagere maaihoogte. Handgas op snel instellen Vermijden om te laag te maaien Voor beste maairesultaten en maximum luchtcirculatie, Als de maaibreedte van de maaier groter is dan uw motor met handgas op “FAST”...
Onderhoud Smering Bandenspanning Onderhoudsbeurt/Specificatie Onderhoudsbeurt/Specificatie Machine elke 25 bedrijfsuren of eenmaal per jaar Luchtdruk in voor- en achterbanden zoals gespeci- smeren, welk van de twee het eerst plaatsvindt. Onder ficeerd onderhouden. Bandenspanning elke 25 uur of uiterst stoffige of zanderige omstandigheden vaker jaarlijks, welk van de twee het eerst plaatsvindt, bij het smeren.
Onderhoud 6. Werking van rem opnieuw controleren; zie Controleren van de rem. De rem zit rechts van de achteras, aan de binnenzijde BELANGRIJK: Wanneer de parkeerrem los- van de achterband (Fig. 15). Als de rem niet goed gezet is, moeten de achterwielen ongehinderd tegenhoudt of de stopkracht te gering is, moet hij kunnen ronddraaien wanneer men de maaier bijgesteld worden.
Onderhoud Zekering Onderhoudsbeurt/Specificatie De electrische installatie wordt beveiligd door een zek- ering. Deze vereist geen onderhoud, maar als de zeker- ing echter doorbrandt kan de startmotor de motor niet starten. Om de zekering te vervangen, deze uittrekken (Fig. 17) om te verwijderen of te vervangen. Druk de sekering naar beneden om deze te installeren.
Onderhoud Accu Inbouwen van accu 1. Accu in de accukast zetten en de ontluchtingsbuis Onderhoudsbeurt/Specificatie in het U-profiel en door de sleuf in de bodem van de kast zetten (Fig. 21). Telkens vóór gebruik zuurpeil in accu controleren. Accu altijd schoon en volledig geladen houden. Accu BELANGRIJK: In de uitsparing kijken waarin en accukast met een papieren handdoek reinigen.
Pagina 25
Onderhoud Controleren van zuurpeil 4. Vuldoppen op de accu terugschroeven. 1. Zitplaats vooruit kantelen om accu te zien. Laden van accu 2. Naar de zijkant van de accu kijken. Het zuurpeil BELANGRIJK: Accu altijd onder volle lading moet tot de “BOVENSTE” lijn staan (Fig. 21). houden (soortelijk gewicht 1,260).
Onderhoud Bougie Controleren van bougie 1. In het midden van de bougie kijken (Fig. 24). Als Onderhoudsbeurt/Specificatie op isolatie een lichtbruine of grijze kleur te zien is, werkt de motor correct. Een zwarte aanslag op de Na elke 100 bedrijfsuren een nieuwe bougie isolatie betekent meestal dat het luchtfilter vuil is.
Onderhoud Brandstoftank Aftappen van brandstoftank GEVAARLIJK POTENTIEEL GEVAAR • Onder bepaalde omstandigheden is benzine uiterst brandbaar en zeer explosief. WAT KAN ER GEBEUREN • Brand of explosie van benzine kan u en anderen branden en beschadiging van eigen- Figuur 25 dom veroorzaken.
Onderhoud Normaal hoeven de handgas en choke niet bijgesteld te worden. De afstelling hiervan moet echter gecon- troleerd worden: • Alvorens de carburateur bij te stellen. • Als de motor moeilijk start. Controleren en afstellen van handgas en choke 1. Mesbediening (PTO) ontkoppelen, versnelling op neutraal zetten, handrem bedienen en contactsleu- Figuur 26 tel op “OFF”...
Onderhoud Carburateur C. Motor starten, handgas op “SLOW” zetten en motor vijf minuten op stationair laten lopen. Voor afstellen van de carburateur heeft men een toer- enteller nodig om het stationairtoerental in te stellen. Als men geen toerenteller of de vereiste speciale ken- nis bezit om de carburateur af te stellen, dient men een erkende servicedealer te raadplegen.
Onderhoud Luchtfilter 4. Schuimelement voorzichtig van papieren element af schuiven (Fig. 29). Onderhoudsbeurt/Specificatie Schuimstofelement: na elke 25 bedrijfsuren vervangen. Papieren element: Elke 100 bedrijfuren of jaarlijks ver- vangen, welk van de twee het eerst plaatsvindt. Opm: Luchtfilter vaker onderhouden (elke paar uur) als bedrijfsomstandigheden uiterst stoffig of zanderig zijn.
Pagina 31
Onderhoud Reinigen van schuim- en papieren element 1. Schuimelement A. Schuimstofelement in vloeibare zeep en warm water wassen. Wanneer element schoon is, grondig uitspoelen. B. Element drogen door in een schone doek uit te knijpen. C. 25 à 50cc olie op het element aanbrengen (Fig. 31).
Onderhoud Motorolie Peilstok weer losschroeven en naar metalen einde kijken. Als oliepeil laag is, langzaam slechts genoeg olie in de vulpijp gieten om het peil tot het Onderhoudsbeurt/Specificatie “FULL” streepje te laten stijgen. Olie verversen: BELANGRIJK: Carter niet met te veel olie •...
Onderhoud 6. Vervanging van het oliefilter 4. Monteer het vervangingsfilter op de filteradapter. Draai het oliefilter met de wijzers van de klok mee tot de rubberpakking contact maakt met de filter- 7. Langzaam ongeveer 80% van de gespecificeerde adapter en draai het filter vervolgens nog een halve hoeveelheid olie in de vulpijp gieten (Fig.
Onderhoud Maaimes Om de hoogste maaikwaliteit te verzekeren, mes(sen) scherp houden. Voor gemakkelijker slijpen en verwis- selen, wordt aanbevolen een extra mes in huis te hebben. WAARSCHUWING POTENTIEEL GEVAAR • Een mes dat versleten of beschadigd is kan breken en delen kunnen weggeslingerd wor- Figuur 35 den en omstanders of uzelf raken terwijl u met Snijrand...
Onderhoud Slijpen van de mes(sen) Montage van de mes(sen) 1. De snijrand aan beide einden van het mes met een 1. Mes, meshouder, schotelring (holle zijde naar mes vijl slijpen (Fig. 37). De oorspronkelijke hoek toe gericht) en mesbout monteren (Fig. 36). handhaven.
Onderhoud Uitbouwen van maaier ATTENTIE 1. Machine op vlakke grond parkeren, mesbediening POTENTIEEL GEVAAR (PTO) ontkoppelen, versnelling op neutraal zetten, • De maaihoogtehendel (dekhef) wordt door handrem bedienen en contactsleutel op “OFF” een veer gespannen. draaien om motor te stoppen. WAT ER KAN GEBEUREN •...
Pagina 37
Onderhoud zodat deze niet tussen de aandrijfriemen of poelies 12. Draai de beugel voor de niveauregeling omhoog kan komen. naar het frame en haak de lange stang in één van de daarvoor bestemde gaten. Borg de lange stang 9. Bouten en borgmoeren verwijderen en de twee met behulp van de volgring en splitpen.
Onderhoud Inbouwen van de maaier 1. Maaier op vlakke grond parkeren, mesbediening (PTO) ontkoppelen, versnelling op neutraal zetten, handrem bedienen en contactsleutel op “OFF” draaien om motor te stoppen. 2. Sleutel uit contactslot nemen en kabel van bougie losmaken. 3. Voorwielen geheel naar links draaien en maaier vanaf de rechterkant onder het chassis schuiven.
Pagina 39
Onderhoud Afbeelding 46 Afbeelding 47. Kabel messenbesturing Kabel messenbesturing Opening bevestigingsbeugel Contramoer Ring-uiteinde kabel Veer vrijlooppoelie Contramoer 14. Maaihoogtehendel (dekhef) op stand “D” zetten 12. Schakel de hendel in voor de messenbesturing om montage van de hefveer te vergemakkelijken. (aftakas) op het instrumentenpaneel. Meet de afs- tand tussen de twee haakeinden van de veer van de 15.
Onderhoud Mesdrijfsnaar Verwijderen van mesdrijfsnaar 1. Maaier uitbouwen; zie Uitbouwen van maaier. 2. Montageschroeven van poeliekappen en 90° poeliekappen zelf van beide mespoelies verwij- deren (Fig. 48). 3. Bevestigingsbout en moer van tussenpoelie en snaargeleider loszetten, maar niet afnemen Figuur 48 Bovenaanzicht (Fig.
Onderhoud Dwarsvlakstellen van maaier De maaiermessen moeten in dwarsrichting vlak staan. Telkens wanneer men de maaier inbouwt of wanneer men ongelijkmatig maaien van het gras constateert, dwarsvlakstelling controleren. Alvorens de maaier vlak te stellen, de voor- en achterbanden oppompen tot 0,85 bar (12,5 psi).
Onderhoud Meshelling in lengterichting mm bedraagt, de splitpen en ring van het einde van de stang verwijderen (Fig. 52) en stang draaien tot de lengte 15,875mm bedraagt. Dan einde van stang Telkens wanneer men de maaier inbouwt, meshelling in gat in maaierhouder monteren en op zijn plaats in lengterichting controleren.
Onderhoud ste mes Fig. 53). de aftakas in en laat de motor circa één tot drie minuten lang draaien. 10. Als de hellingshoek van voor naar achter correct is, haalt u de bevestigingsbouten van de scharnier- 5. Schakel de aftakas uit en zet de contactschakelaar platen aan (Fig.
4. Toestand van mesdrijfsnaar controleren stofsysteem achtergebleven is. B. De correcte hoeveelheid Toro Stabilizer/ 5. Rem controleren, zie Rem. Conditioner aan een volle tank benzine toevoe- gen. Laat de motor vijf minuten lang draaien 6.
Storingzoeken P R O B L E E M MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING Startermotor start motor niet. 1. Mesbediening (PTO) is 1. Mesbedieningshendel (PTO) op GEKOPPELD. DISENGAGED (ontkoppeld) zetten. 2. Parkeerrem bedienen. 2. Parkeerrem niet bediend. 3. Accu opladen. 3. Accu is ontladen. 4.
Pagina 46
Onderhoud P R O B L E E M MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING Motor oververhit. 1. Motor overbelast. 1. Op lagere versnelling schakelen om rijsnelheid te verminderen. 2. Olie in carter bijvullen 2. Oliepeil in carter laag. 3. Verstopping van koelribben of 3.