Inhoudsopgave
Advertenties
3.19 Probleemoplossing
Symptoom
Oorzaak
Geen debiet
Zuighoogte is te hoog
Pomp zuigt niet
aan
Luchtlek in zuigleiding
Erg lage viscositeit
Zuigkorf of filter verstopt
Pompbehuizing onjuist geplaatst
na herstelling
Verkeerde draairichting motor
Pomp valt uit of
Vloeistofpeil in aanzuigtank zakt
onregelmatige
te laag
stroom
Te veel uitvoer
Luchtaanzuiging
Cavitatie
Vloeistof verdampt in pomp
(bv. door opwarming)
Onvoldoende
Pomptoerental te laag
capaciteit
Luchtaanzuiging
Cavitatie
Tegendruk te hoog
Veiligheidsklep te laag ingesteld
38
Corrigerende maatregel
1
• Verminder verschil tussen
pomp- en aanzuigtankpeil.
• Verhoog diameter zuigleiding.
• Verminder lengte en vereenvoudig zuigleiding (gebruik
zo weinig mogelijk elleboogstukken en andere fittings).
Zie ook hoofdstuk 3.17 Installatie.
2
• Herstel lek.
3
• Verhoog pomptoerental en verminder axiale speling
(zie hoofdstuk 3.20 Onderhoudsinstructies).
4
• Maak zuigkorf of filter weer vrij.
5
• Plaats pompbehuizing correct.
Zie hoofdstuk 3.17 Installatie.
6
• Vervang 2 aansluitingen voor driefasige aandrijvingen.
• Wijzig de aanzuig- en afvoeropeningen.
(Let op! Controleer de locatie van de veiligheidsklep.)
7
• Corrigeer vloeistoftoevoer
• Voorzie een niveauschakelaar
8
• Verminder pomptoerental/of installeer een kleinere pomp.
• Installeer omloopleiding met keerklep.
9
• Herstel lek in zuigleiding.
• Controleer of vervang asafdichting.
• Controleer/voorzie in quench op asafdichting.
• Sluit plug Bb aan op de pompafvoer om de druk
in de afdichtingsbus te verhogen.
10 • Verminder verschil tussen pomp- en aanzuigtankpeil.
• Verhoog diameter zuigleiding.
• Verminder lengte en vereenvoudig zuigleiding (gebruik
zo weinig mogelijk elleboogstukken en andere fittings).
Zie ook hoofdstuk 3.17 Installatie.
11 • Controleer temperatuur.
• Controleer dampdruk van vloeistof.
• Verlaag het pomptoerental. Installeer indien nodig
een grotere pomp.
12 • Verhoog het pomptoerental. Let op! Overschrijd het
maximum toerental niet en controleer NPSHr.
13 • Herstel lek in zuigleiding.
• Controleer of vervang asafdichting.
• Controleer/voorzie een quench in de asafdichting.
• Sluit plug Bb aan op de pompafvoer om de druk
in de afdichtingsbus te verhogen.
14 • Verminder verschil tussen pomp- en aanzuigtankpeil.
• Verhoog diameter zuigleiding.
• Verminder lengte en vereenvoudig zuigleiding (gebruik
zo weinig mogelijk elleboogstukken en andere fittings).
Zie ook hoofdstuk 3.17 Installatie.
15 • Controleer afvoerleiding.
• Verhoog diameter leiding.
• Verlaag werkdruk.
• Controleer accessoires (filter, warmtewisselaar, enz.).
16 • Corrigeer drukinstelling.
A.0500.752 – IM-TGBLOC/01.00 NL (10/2020)
Advertenties
Inhoudsopgave
