Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Zelfaanzuigende Werking; Isolatiekleppen; Zeef; Secundair Leidingwerk - Johnson Pump TopGear BLOC Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Zelfaanzuigende werking

Bij de aanvang moet er voldoende vloeistof aanwezig zijn in de pomp om het interne spelingvolume
en de dode ruimten op te vullen, zodat de pomp een drukverschil kan opbouwen.
Daarom moet er, bij het verpompen van vloeistoffen met een lage viscositeit, een voetklep met
dezelfde of een grotere diameter dan de zuigleiding worden geïnstalleerd. De pomp kan ook zonder
voetklep, maar in een U-leiding worden geïnstalleerd.
Opmerking! Een voetklep is niet aanbevolen voor het verpompen van vloeistoffen met een hoge viscositeit.
Om lucht en gassen uit de zuigleiding en pomp te verwijderen, moet de tegendruk aan de
afvoerzijde worden verminderd. Bij een zelfaanzuigende werking moet de opstart van de pomp
worden uitgevoerd met een open en lege afvoerleiding, waardoor lucht en gassen aan een lage
tegendruk kunnen ontsnappen.
Een andere mogelijkheid bij lange leidingen of bij een afvoerleiding met een terugslagklep, is om
een omloopleiding met isolatieklep te plaatsen dichtbij de afvoerzijde van de pomp. Deze klep
wordt bij het voorvullen geopend, zodat lucht of gas aan een lage tegendruk kan ontsnappen.
De omloopleiding moet terug naar de toevoertank gaan, niet naar de aanzuigpoort.

3.17.6.3 Isolatiekleppen

Om een correct onderhoud mogelijk te maken, moet de pomp kunnen worden geïsoleerd.
U kunt de pomp isoleren door kleppen te plaatsen in de zuig- en afvoerleidingen.
Deze kleppen moeten over een
cilindervormige doorgang beschikken
met een diameter gelijk aan die van
het leidingwerk (volledige boring).
(Gebruik bij voorkeur schuifafsluiters
of kogelkleppen.)
Wanneer de pomp in gebruik is,
moeten de kleppen volledig zijn
geopend. De uitvoer mag nooit
worden geregeld door middel
van afsluitkleppen in de zuig-
of afvoerleidingen.
De uitvoer moet worden geregeld door het astoerental aan te passen of door de media via een
omloopleiding terug naar de toevoertank te leiden.

3.17.6.4 Zeef

Vreemde deeltjes kunnen de pomp ernstige schade toebrengen. Installeer een zeef om te voorkomen
dat deze deeltjes de pomp binnendringen.
Houd bij het uitkiezen van de zeef rekening met de grootte van de openingen om drukverlies tot een
minimum te beperken. De doorsnede van de zeef moet drie keer groter zijn dan die van de zuigleiding.
Installeer de zeef zodanig dat de pomp kan worden onderhouden en gereinigd.
Zorg ervoor dat het drukverlies in de zeef is berekend op de juiste viscositeit. Verwarm indien
nodig de zeef om de viscositeit en het drukverlies te verminderen.
Zie hoofdstuk 3.14 voor de maximum toelaatbare deeltjesgrootte.

3.17.7 Secundair leidingwerk

Zie hoofdstuk 6.0 voor afmetingen van de aansluitingen en plugs.

3.17.7.1 Afvoerleidingen

De pomp is voorzien van aftapplugs.
Be
Ba
A.0500.752 – IM-TGBLOC/01.00 NL (10/2020)
Suction
Zuigleiding
Bb
Omloopleiding
By-pass
LEIDINGWERK
PIPING
Discharge
Afvoerleiding
31

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave