Scanner
4.3 Gebruik van Scanner
4.3.1 Voertuigidentificatie
Het voertuig moet correct worden geïdentificeerd, zodat het diagnose-instrument kan communiceren
en gegevens correct kan weergeven. De menu's en de navigatie variëren, afhankelijk van het voertuig.
Afhankelijk van het voertuig, kan het voertuigidentificatieproces handmatige invoer van de
voertuiginformatie vereisen of deze informatie automatisch invullen. De volgende Scanner-functies
zijn beschikbaar voor het identificeren van het voertuig:
Automatische identificatie - het identificatieproces wordt automatisch voltooid nadat het
voertuigmerk en het jaar handmatig zijn ingevoerd.
Handmatige identificatie - alle vereiste criteria voor voertuigidentificatie kunnen handmatig
worden ingevoerd.
z
Gebruik de volgende procedure om een voertuig te identificeren:
OPMERKING:
i
De volgende procedure is van toepassing op de meeste OBD-II-voertuigen en kan variëren,
afhankelijk van het voertuig. Niet alle voertuigen bieden ondersteuning voor de functie
Automatische identificatie.
1. De datakabel aansluiten op het diagnose-instrument. Zie Datakabelaansluiting‚ op pagina 17.
2. Schakel de contactschakelaar van het voertuig in.
3. Sluit de datakabel aan op de voertuig-DLC. Zie Datakabelaansluiting‚ op pagina 17.
OPMERKING:
i
Als het diagnose-instrument is uitgeschakeld, wordt zodra de OBD-II-datakabel op de voertuig-
DLC wordt aangesloten, het apparaat automatisch ingeschakeld. Als het diagnose-instrument
niet wordt ingeschakeld wanneer de datakabel wordt aangesloten, moet u de voeding van de
voertuig-DLC controleren. De meeste OBD-II-voertuigen voorzien de DLC van stroom, die
vervolgens het diagnose-instrument voedt en inschakelt zodra de kabel wordt aangesloten.
4. Schakel, indien nodig, het diagnose-instrument in.
5. Afhankelijk van het voertuig, worden er mogelijk identificatieopties weergegeven. Kies
Automatische identificatie of Handmatige identificatie.
6. Volg de aanwijzingen op het scherm om alle vereiste informatie in te voeren voor het
identificeren van het voertuig.
21
Gebruik van Scanner