Basisbediening en navigatie
3.4 Datakabelaansluiting
Het aansluiten van de datakabel op het diagnose-instrument en de voertuig-DLC is vereist voor
de functie Scanner en voor OBD-II/EOBD-tests.
Afhankelijk van het voertuig, kan alleen de meegeleverde DA-4-datakabel worden gebruikt of zijn
er mogelijk optionele adapters vereist.
Alle met OBD-II/EOBD compatibele voertuigen - gebruik de meegeleverde DA-4-datakabel.
•
Het 26-pens uiteinde van de kabel kan worden aangesloten op de datakabelconnector op
de bovenzijde van het diagnose-instrument (vastzetten met de bijbehorende bouten).
Het 16-pens- uiteinde wordt aangesloten op de voertuig-DLC.
Alle niet met OBD-II/EOBD compatibele voertuigen - gebruik de meegeleverde
•
DA-4-datakabel met de DA-5-adaptor en een specifieke fabrikantgebonden adapter.
Het 26-pens uiteinde van de kabel kan worden aangesloten op de datakabelconnector
op de bovenzijde van het diagnose-instrument. Het 16-pens uiteinde wordt aangesloten
op de DA-5-adaptor, de DA-5-adaptor wordt aangesloten op een specifieke
fabrikantgebonden adapter en vervolgens op de voertuig-DLC.
Er worden mogelijk instructies op het scherm weergegeven voor het aansluiten van de kabel en
adapter tijdens het gebruik van de functie Scanner en de functie OBD-II/EOBD. Deze instructies
omvatten mogelijk ook de locatie van de voertuig-DLC
Voor informatie over voertuigvoeding via de datakabel, zie Voertuigvoeding‚ op pagina 9.
Aansluiten: DA-4-kabel.
Locatie: onder zijdashboard bestuurder.
Afbeelding 3-4 Bericht over het aansluiten van de datakabel op het voertuig
17
Datakabelaansluiting
(Afbeelding
3-4).