Advertenties
8
Beelden opslaan en ermee werken
8.7 Inzoomen op een beeld
U kunt in- en uitzoomen op een beeld door gebruik te maken van de digitale zoomfunctie
van de camera. Dit kunt u doen bij zowel live-beelden als opgeslagen beelden in de
bewerkingsmodus.
De digitale zoomfactor wordt weergegeven aan de bovenkant van het scherm.
Ga als volg te werk om de digitale zoomfunctie op een beeld te gebruiken:
• Inzoomen: raak het scherm met twee vingers aan en spreid de vingers uit elkaar.
• Uitzoomen: raak het scherm met twee vingers aan en knijp de vingers naar elkaar toe.
8.8 Afbeeldingen verwijderen
U kunt beeldbestanden van de geheugenkaart verwijderen. Raadpleeg paragraaf 10.9
Een beeld- of videobestand verwijderen, 10.10 Meerdere bestanden verwijderen en
10.11 Alle bestanden verwijderen voor meer informatie.
8.9 De beeldteller resetten
U kunt de nummering van de beeldbestandsnamen resetten.
Opm. Om overschrijven van beeldbestanden te voorkomen, wordt de nieuwe teller-
waarde gekozen op basis van het hoogste aanwezige bestandsnummer in het beeldar-
chief. Om te garanderen dat de teller wordt teruggesteld naar 0001, plaatst u een lege
geheugenkaart voordat u de teller reset.
Volg deze procedure:
1. Druk op de navigatietoets om het menusysteem weer te geven.
2. Selecteer
(Instellingen) en druk op de navigatieknop. Het menu Instellingen
wordt weergegeven.
3. Selecteer met de navigatieknop Apparaatinstellingen > Reset opties > Reset
beeldteller....
4. Druk op de navigatietoets. Er wordt een dialoogvenster weergegeven.
5. Om de teller te resetten, selecteert u Resetten en drukt u op de navigatieknop.
#T810413; r. AF/83883/83910; nl-NL
44
Advertenties
