23
Camera-instellingen
Het menu Instellingen bevat het volgende:
• FLIR Ignite.
• Verbindingen.
• Temperatuurbereik camera.
• Opties voor opslaan en geheugen.
• Apparaatinstellingen.
23.1 FLIR Ignite
Selecteer FLIR Ignite en volg de instructies op het scherm om u aan te melden bij uw
FLIR Ignite account.
Na het aanmelden, wordt het volgende weergegeven:
• De gebruikersaccount FLIR Ignite waarmee de camera is gekoppeld.
• De hoeveelheid gebruikte en beschikbare opslagruimte op de FLIR Ignite account.
• Schakelaar Automatisch uploaden: Bedien deze schakelaar om het automatisch
uploaden van beelden in of uit te schakelen.
Zie paragraaf 9 Cloudconnectiviteit voor meer informatie over FLIR Ignite en online op-
slag van beelden.
23.2 Verbindingen
• Wi-Fi: met deze instelling worden Wi-Fi-netwerken gedefinieerd. Raadpleeg para-
graaf 20 Wi-Fi configureren voor meer informatie.
◦ Uit: Deze instelling wordt gebruikt om Wi-Fi uit te schakelen.
◦ Delen: Deze instelling wordt gebruikt om de camera in te stellen als een draadloos
toegangspunt.
◦ Verbinden met netwerk: Deze instelling wordt gebruikt om de camera te verbinden
met een Wi-Fi-netwerk.
• Bluetooth: deze instelling definieert de Bluetooth-connectiviteit. Raadpleeg paragraaf
21 Koppelen van Bluetooth-apparaten voor meer informatie.
• Geavanceerd: Dit submenu bevat de volgende instellingen:
◦ Wereldwijde firewall: Deze instelling wordt gebruikt om de firewall van de camera
in of uit te schakelen.
Opm.
– Het wordt aanbevolen de firewall van de camera ingeschakeld te houden. Scha-
kel de firewall alleen uit als u problemen ondervindt bij het maken van een ver-
binding met oudere toepassingen.
– Raadpleeg paragraaf 20.1 Een draadloos toegangspunt instellen om de firewall
voor een gedeeld netwerk in of uit te schakelen.
◦ Vertrouwde verbindingen: Lijst van vertrouwde toepassingen (die verbindingen met
de camera kunnen maken).
23.3 Temperatuurbereik van camera
Voor nauwkeurige temperatuurmetingen moet u de instelling Temperatuurbereik camera
aanpassen aan de te verwachten temperatuur van het object dat u inspecteert.
Beschikbare temperatuurbereikopties zijn afhankelijk van het cameramodel. De eenheid
(℃ of ℉) hangt af van de instelling voor temperatuureenheid, zie paragraaf 23.5
Apparaatinstellingen.
#T810413; r. AF/83883/83910; nl-NL
97