Gassysteem
Controleer of de gashendel vlot beweegt.
Nadat u hem loslaat moet hij onmiddellijk
naar zijn beginstand terugkeren.
WAARSCHUWING
Controleer de werking van de gashendel
voordat u de motor start.
Modellen met carburateur
LET OP: Wanneer de gashendel meer-
maals wordt ingedrukt terwijl de motor
niet draait, kan de motor verdrinken. Een
verdronken motor zal niet starten.
Schakelsysteem
Controleer of de achteruitvaarkleppen vlot
bewegen. Met de schakelhendel in vooruit
moet de klep naar boven staan en weerstand
bieden wanneer u ze naar beneden trekt. Met
de schakelhendel in vrijloop moet de klep in
de middenstand staan. Met de schakelhendel
in achteruit moet de klep naar beneden staan.
WAARSCHUWING
Controleer de werking van de achteruit-
vaarklep voordat u de motor start.
Deksels bergvakken en zitting
Controleer of ze gesloten en vergrendeld zijn.
WAARSCHUWING
Let erop dat de zitting stevig is vergrendeld.
Veiligheidskoord en
motorstart/stopknop
Zet de schakelhendel in vrijloop. Controleer
of de beide schakelaars goed werken. Start
en stop de motor met behulp van elke
schakelaar individueel.
WAARSCHUWING
Als het kapje van het veiligheidskoord
loskomt of niet in het contact blijft zitten,
moet u het onmiddellijk vervangen om
onveilig gebruik te voorkomen.
WAARSCHUWING
Als de motor niet stilvalt wanneer u op de
m o t o r s t a r t / s t o p k n o p d r u k t o f h e t
veiligheidskoord loskoppelt, stop de motor
dan door te choken en de brandstofklep
(indien geïnstalleerd) op OFF te zetten.
G e b r u i k u w v a a r t u i g n i e t m e e r e n
raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
49