04 Klimaat
Motor- en interieurverwarming*
Middels preconditioning worden motor en
interieur voorverwarmd ter beperking van de
slijtage en het stroomverbruik tijdens de rit. Bij
voorverwarming van de auto verlengt u tevens
de actieradius.
De verwarming is direct (p. 145) in te schake-
len of vertraagd met een timerfunctie (p.
145).
Bij een buitentemperatuur hoger dan 15 °C
wordt de verwarming niet geactiveerd. Bij
temperaturen van –5 °C of lager is de maxi-
04
male bedrijfstijd van de verwarming 50 minu-
ten.
WAARSCHUWING
Maak geen gebruik van de verwarming op
brandstof in een afgesloten ruimte. Er
komen uitlaatgassen vrij.
N.B.
Bij gebruik van de verwarming op brand-
stof komt er mogelijk rook vanonder de
auto, wat volkomen normaal is.
*
144
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Tanken
Waarschuwingssticker op tankvulklep.
WAARSCHUWING
Gemorste brandstof kan vlam vatten.
Schakel voordat u gaat tanken de verwar-
ming op brandstof uit.
Controleer op het instrumentenpaneel of
de verwarming is uitgeschakeld; wanneer
deze werkt, verschijnt het verwarmings-
symbool.
Op een helling parkeren
Wanneer u de auto op een steile helling par-
keert, moet u ervoor zorgen dat de voorkant
van de auto omlaagwijst. Zo krijgt de verwar-
ming op brandstof altijd voldoende brandstof.
Accu en brandstof
Als de accu onvoldoende opgeladen is of als
het brandstofpeil te laag is, wordt de verwar-
ming automatisch uitgeschakeld en er ver-
schijnt een melding op het display. Bevestig
deze melding door op de knop OK op de
richtingaanwijzerhendel (p. 103) te drukken.
BELANGRIJK
Frequent gebruik van de verwarming tij-
dens korte ritten kan aanleiding geven tot
een geringe ladingstoestand van de star-
taccu, waardoor de verwarming mogelijk
wordt uitgeschakeld of helemaal niet aan-
slaat. In het ergste geval is het niet moge-
lijk de motor te starten.
Om te garanderen dat de startaccu met
evenveel energie wordt opgeladen als de
verwarming verbruikt, moet u bij regelma-
tig gebruik van de verwarming net zolang
met de auto rijden als de verwarming
wordt gebruikt. De verwarming wordt tel-
kens maximaal 50 minuten ingeschakeld.
Gerelateerde informatie
•
Motor- en interieurverwarming* - meldin-
gen (p. 146)
•
Extra verwarming* (p. 147)