Auto Scroll gebruiken
Met deze functie voor automatisch bladeren doorloopt u automatisch alle schermen met activiteitgegevens
terwijl de timer loopt.
1 Houd
ingedrukt.
2 Selecteer Instellingen > Activiteiten en apps.
3 Selecteer een activiteit.
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle activiteiten.
4 Selecteer de activiteitinstellingen.
5 Selecteer Auto Scroll.
6 Selecteer een weergavesnelheid.
De GPS-instelling wijzigen
Ga voor meer informatie over GPS naar www.garmin.com/aboutGPS.
1 Houd
ingedrukt.
2 Selecteer Instellingen > Activiteiten en apps.
3 Selecteer de activiteit om deze aan te passen.
4 Selecteer de activiteitinstellingen.
5 Selecteer GPS.
6 Selecteer een optie:
• Selecteer Alleen GPS om het GPS-satellietsysteem in te schakelen.
• Selecteer GPS + GLONASS (Russisch satellietsysteem) voor nauwkeurigere positiegegevens in situaties
met slecht zicht op de lucht.
• Selecteer GPS + GALILEO (satellietsysteem van de Europese Unie) voor nauwkeurigere positiegegevens
in situaties met slecht zicht op de lucht.
• Selecteer UltraTrac om minder vaak spoorpunten en sensorgegevens vast te leggen
pagina
90).
OPMERKING: Door GPS en een ander satellietsysteem tegelijk te gebruiken, kan de levensduur van de
batterij sneller afnemen dan wanneer alleen GPS wordt gebruikt.
pagina
90).
GPS en andere satellietsystemen
Met de opties GPS + GLONASS of GPS + GALILEO krijgt u betere prestaties in moeilijk omgevingen en kunt u
sneller uw positie bepalen dan met alleen GPS. Door GPS en een ander satellietsysteem tegelijk te gebruiken,
kan de levensduur van de batterij sneller afnemen dan met alleen GPS.
UltraTrac
De UltraTrac functie is een GPS-instelling waarmee spoorpunten en sensorgegevens minder vaak worden
geregistreerd. Door de UltraTrac functie in te schakelen, wordt de batterijduur verlengd, maar neemt de kwaliteit
van de vastgelegde activiteiten af. U kunt de UltraTrac functie gebruiken voor activiteiten die een langere
levensduur van de batterij vereisen en waarvoor regelmatige updates van de sensorgegevens minder belangrijk
zijn.
Time-outinstellingen voor de spaarstand
De time-outinstellingen bepalen hoe lang uw toestel in de trainingsmodus blijft wanneer u bijvoorbeeld wacht
op de start van een wedstrijd. Houd
vervolgens een activiteit en de activiteitinstellingen. Selecteer Time-out spaarstand om de time-outinstellingen
voor de activiteit aan te passen.
Normaal: Hiermee stelt u in dat het toestel na 5 minuten van inactiviteit overschakelt naar de
energiebesparende horlogemodus.
Verlengd: Hiermee stelt u in dat het toestel na 25 minuten van inactiviteit overschakelt naar de
energiebesparende horlogemodus. De verlengde modus kan de batterijduur tussen het opladen verkorten.
90
ingedrukt en selecteer Instellingen > Activiteiten en apps. Selecteer
(UltraTrac,
(GPS en andere satellietsystemen,
Uw toestel aanpassen