WEERGAVE
Fout slangsysteem
Lekkage laag
Oververhitting
ventilator
Therapie beëindigd
Disconnectie.
Ademslang en
patiëntenaansluiting
controleren
Afdekking of
ademluchtbevochtig
er aansluiten.
Ademslang of
apparaatuitgang
geblokkeerd
|
42
NL
OORZAAK
De ventielbesturingsslang
tussen apparaat en
patiëntenventiel is verkeerd
aangesloten.
Ventielbesturingsslang en
drukmeetslang verwisseld.
Ventielbesturingsslang
geknikt.
Geen lekkage-
uitademsysteem aanwezig.
Ventilatortemperatuur te
hoog. Koelluchtfilter
afgesloten.
Apparaat is uitgeschakeld.
Therapie-einde met softSTOP,
apparaat is uitgeschakeld.
Slangsysteem is niet correct of
helemaal niet op het apparaat
aangesloten.
Apparaat werkt met open
(niet aangebrachte)
beademingsingang
Lekkage als gevolg van
ontbrekende of defecte
afdekking /
ademluchtbevochtiger.
Lekkage als gevolg van
ontbrekende of defecte
afdekking /
ademluchtbevochtiger.
Slangsysteem geknikt of
geblokkeerd.
7 Alarmen en storingen
MAATREGEL
Ventielbesturingsslang controleren
op beschadigingen. Indien nodig:
Slangsysteem vervangen.
Ventielbesturingsslang correct
aansluiten.
Slangverbindingen controleren.
Controleren of de
ventielbesturingsslang niet is
geblokkeerd.
Lekkage-uitademsysteem
aansluiten.
Koelluchtfilter controleren. Indien
nodig: Koelluchtfilter door
leverancier laten vervangen.
Apparaat weer inschakelen.
Verbinding van het apparaat via het
slangsysteem tot aan de
beademingsingang bij de patiënt
controleren.
Aansluiting van de afdekking of de
ademluchtbevochtiger op het
apparaat controleren.
Aansluiting van de afdekking of van
de ademluchtbevochtiger op het
apparaat controleren. Als het alarm
blijft bestaan: Apparaat laten
repareren.
Controleren of het slangsysteem en
de apparaatuitgang niet zijn
geblokkeerd.