Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
1. Zet de functiekiezer van de oven op de gewenste functie.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het gele bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het rode temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van
de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen, moet u de functiekiezer en de tempera-
tuurkiezer van de oven beide in de UIT stand zetten.
Koelventilator
3
De ventilator gaat automatisch aan wanneer de oven ingeschakeld
wordt om de wanden van het apparaat koel te houden. Na uitschakelen
van de oven blijft de ventilator nog enige tijd aan om het apparaat af
te koelen, en schakelt dan automatisch uit.
13