Download Print deze pagina

Dräger Infinity PS250 Gebruiksaanwijzing pagina 64

Software vg2
Verberg thumbnails Zie ook voor Infinity PS250:

Advertenties

Werkingsconcept
Profielen
Cockpits kunnen aan verschillende zorggebieden
worden aangepast. Deze aanpasbaarheid is voor
een deel te danken aan profielen. Hiermee kan
het klinisch personeel unieke instellingen vastleg-
gen voor de patiëntpopulaties van specifieke
zorggebieden.
Een profiel bestaat uit door de gebruiker vastge-
legde instellingen, die zijn aangepast aan een
specifieke patiëntcategorieën (volwassene, pedia-
trisch, neonaat). Een profiel kan bijvoorbeeld uniek
zijn voor een populatie van volwassen patiënten in
een O.K.-omgeving met hoge acuïteit, terwijl een
ander profiel is gericht op neonatale patiënten in
een O.K.-omgeving met lage acuïteit. In een profiel
worden de patiënt- en apparaatinstellingen opge-
slagen voor toekomstig gebruik. Met een profiel
worden tijdrovende insteltaken, die anders voor
iedere monitorsessie steeds opnieuw moeten
worden herhaald, geëlimineerd.
U kunt voor elke patiëntcategorie vijf unieke profie-
len instellen en opslaan. Elk van de vijf profielen
bevat een Dräger-standaardprofiel dat niet kan
worden gewijzigd.
Een profiel bevat de volgende instellingen:
– Alarmgrenzen en trendschalen voor elke para-
meter, al naar gelang de geselecteerde patiënt-
categorie.
– De parameterkleur en alarmarchiefstatus,
ongeacht de geselecteerde patiëntcategorie.
– Instellingen die uniek zijn voor elke parameter,
en die kunnen worden ingesteld op de parame-
terpagina's voor elke patiëntcategorie.
Telkens wanneer een patiënt wordt opgenomen,
wordt een eerder vastgelegd standaardprofiel aan
de betreffende bewakingssessie toegewezen.
Telkens wanneer een M540 wordt gekoppeld,
wordt het profiel van de aangesloten Cockpit over-
schreven door de profielinstellingen van de M540.
64
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Bewakingstoepassingen SW VG2
Nadat een patiënt is ontslagen, worden alle patiënt-
gegevens verwijderd en wordt het huidige profiel
hersteld.
Profielen en weergaven beheren
Elke patiëntcategorie (volwassene, pediatrisch,
neonataal) heeft haar eigen, unieke profielen.
Als u bijvoorbeeld de neonatale patiëntcategorie
activeert, kunnen alleen de profielen voor de neo-
natale patiëntcategorie worden geselecteerd. Dit is
anders dan geldt voor weergaven, die tussen alle
patiëntcategorieën kunnen worden gedeeld.
De volgende profielfuncties zijn beschikbaar
(zie "Profiel instellen" op pagina 351 voor gedetail-
leerde instructies):
– Een profiel selecteren
– Een profiel opslaan (met een wachtwoord
beschermd)
– Een profiel overdragen (met een wachtwoord
beschermd)
– Profiel verwijderen
– Een profielnaam en -beschrijving opgeven
– Een profiel toewijzen aan een standaardweer-
gave (standaardprofielen worden automatisch
geactiveerd wanneer er opnieuw is gestart of
een patiënt is ontslagen).
Profielen overdragen
Profielen kunnen naar andere Cockpits worden
overgedragen op de met een wachtwoord
beschermde pagina Profiel overdracht. Hiermee
worden tijdrovende, repetitieve insteltaken geëlimi-
neerd. U kunt profielen overdragen via het netwerk
of met een USB-geheugenstick (zie pagina 357).

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Infinity p2500Infinity r50n