9 Technische verwijzingen
Parameternaam
P6-20:Relais uitgang2
P6-21:Relais uitgang3 en 4
P8-01:Losdraaien wachttijd
Tabel 10: Parameters met alleen leesrecht
Parameternaam
P0-01:Analoge ingang1 waarde
P0-02:Analoge ingang2 waarde
P0-03:Digitale ingang status
P0-11:Motor spanning
P0-13:Foutcode log
56
Standaardwaar
Niveau Beschrijving
de
9
3
Configureert wanneer een relaisuitgang open of gesloten is.
• 0: Inschakelen
• 1: Lekkage alarm
• 2: Pomp hoge temp alarm
• 3: Hoog niv alarm (Dig)
• 4: Sensor fout
• 5: Hoog niv alarm (Ana)
• 6: Thermische storing
• 7: A-Alarm
• 8: B-Alarm
• 9: Pomp in bedrijf
0
3
Configureert wanneer een relaisuitgang open of gesloten is.
Eén cijfer voor elke relais
Relais 3: Positie 1
Relais 4: Positie 2
• 0: Inschakelen
• 1: Lekkage alarm
• 2: Pomp hoge temp alarm
• 3: Hoog niv alarm (Dig)
• 4: Sensor fout
• 5: Hoog niv alarm (Ana)
• 6: Thermische storing
• 7: A-Alarm
• 8: B-Alarm
• 9: Pomp in bedrijf
Voorbeeld: P6-21 = 48
Relais 3 = Sensorfoutalarm
Relais 4 = B-alarm, som
Voor meer informatie, zie
(pagina 42).
0
2
Configureert de tijd van inactiviteit in een stand standby die de functie
voor het starten van onderhoud activeert.
Voor meer informatie, zie
Niveau
Beschrijving
2
Toont het signaalniveau dat op de analoge invoer 1 (Klem 6) is
toegepast nadat de schaalindeling is bepaald en de afwijkingen zijn
toegepast.
2
Toont het signaalniveau dat op de analoge invoer 2 (Klem 10) is
toegepast nadat de schaalindeling is bepaald en de afwijkingen zijn
toegepast.
2
Toont de status van de digitale ingangen.
2
Toont de ogenblikkelijke uitgangsspanning vanaf de aandrijving naar
de motor.
2
Toont de laatste vier foutcodes voor de aandrijving.
SRC 311 - SmartRun
Functies van de optionele module
Onderhoudsfunctie
™
Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
(pagina 42).