6.7
Remsysteem
Het remsysteem van de machine is standaard uitgevoerd met een remsysteem met
perslucht op twee leidingen uitgevoerd, voor de export in bepaalde landen echter met
een hydraulisch remsysteem en met een parkeerrem.
De bedrijfsrem wordt via het rempedaal op de vloer van de cabine van de tractor
bediend. De handrem wordt op de machine via de parkeerrem bediend.
Levensgevaar bij defecte remmen.
– Voor elke rit moet de werking van de remmen worden gecontroleerd!
– De remsystemen moeten regelmatig grondig worden gecontroleerd!
– Instel- en reparatiewerkzaamheden aan de remmen mogen alleen worden uitge-
voerd door daarvoor opgeleide beroepskrachten.
OPMERKING
De EU-typegoedkeuring vanaf bouwjaar 2021 geldt alleen voor de modellen met
40 km/u en de uitrusting met pneumatische rem.
De EU-typegoedkeuring vanaf bouwjaar 2021 geldt niet voor modellen met 25 km/u
en voor de uitrusting met hydraulische rem.
6.7.1
Bedrijfsrem pneumatisch
De pneumatische bedrijfsrem wordt via het rempedaal op de vloer van de cabine van
de tractor bediend. Deze rem werkt in op de assen van de tractor en op de assen van
de machine. Hij werkt alleen bij de machine als er voldoende druk in het pneumatiek-
systeem is. Als de bedrijfsrem niet goed werkt (bijv. te lage toevoerdruk), moet het
remsysteem direct worden gecontroleerd.
Wanneer een waarschuwingssymbool verschijnt op het display dat op proble-
men met het remsysteem wijst, of wanneer problemen met het remsysteem
worden vastgesteld, is er sprake van groot levensgevaar voor de bestuurder,
omstanders en andere weggebruikers.
– De gebruik van de machine moet dan onmiddellijk worden gestaakt.
– De machine moet zo worden geparkeerd, dat niemand gehinderd wordt of in
gevaar wordt gebracht.
– De machine moet daarnaast met wielblokken en door activeren van de parkeerrem
worden beveiligd tegen onbedoeld wegrollen.
– De machine mag pas weer worden verplaatst als de reden voor de storing van de
rem is verholpen en de machine door gekwalificeerd en opgeleid personeel weer is
vrijgegeven voor gebruik.
Het remsysteem wordt met een toevoerleiding (koppelkop rood) en een remleiding
(koppelkop geel) verbonden met het remsysteem met perslucht op twee leidingen van
het trekvoertuig. Via de toevoerleiding wordt het reservoir op de machine met pers-
lucht gevuld (8 bar). Door de opgebouwde druk in de remleiding wordt de remklep van
de aanhanger aangestuurd en wordt de membraancilinder onder druk gezet met pers-
lucht vanuit het reservoir.
GEVAAR
GEVAAR
Bediening
Remsysteem
177 / 494