VEILIGE VAARPRAKTIJKEN
U bent verantwoordelijk voor uw eigen
veiligheid, de veiligheid van uw passa-
giers en de veiligheid van andere boot-
gebruikers.
Drugs en alcohol
Gebruik geen drugs en drink geen al-
cohol terwijl u met een boot vaart. Net
als bij een auto moet u nuchter en alert
zijn om een boot te besturen. Varen
met een boot terwijl u onder invloed
bent van alcohol of drugs is niet alleen
gevaarlijk, het is ook wettelijk verbo-
den en er staat een zware boete op.
De naleving van deze wetten wordt
streng gecontroleerd. Het gebruik van
drugs en alcohol, alleen of in combi-
natie, verlengt de reactietijd, verzwakt
het beoordelingsvermogen, vertroe-
belt het zicht en verhindert u om veilig
met een boot te varen.
WAARSCHUWING
Alcohol en varen gaan niet samen!
Varen onder invloed is levensge-
vaarlijk voor uw passagiers en op-
varenden van andere boten. Het
is bij wet verboden een boot te be-
sturen als u onder invloed bent van
alcohol of drugs.
Veilig varen
Om veiligheidsredenen en om uw vaar-
tuig in goede staat te houden, moet u
de dagelijkse CONTROLES VOOR GE-
BRUIK uit de Gebruikershandleiding al-
tijd uitvoeren voor u uw boot gebruikt.
Veilig varen houdt in dat u uw boot niet
verkeerd gebruikt en ook uw passa-
giers niet toelaat om dit te doen. Veilig
varen houdt in dat u in elke situatie uw
gezond verstand gebruikt. Het omvat
onder meer de volgende handelingen:
– Respecteer de grenswaarden op
het capaciteitsplaatje bij het laden
van de boot. Zorg voor een even-
wichtige verdeling van de lading van
boeg tot hek en van bakboord tot
stuurboord.
_______
26
VEILIGHEIDSINFORMATIE
– Respecteer de geldende snelheids-
beperkingen. Vermijd overdreven
snelheid of snelheden die niet aan
de omstandigheden zijn aangepast.
– Gebruik de boot niet in weers- of
wateromstandigheden die de vaar-
digheden of ervaring van de be-
stuurder te boven gaan, het vermo-
gen van de boot overtreffen of het
de passagiers oncomfortabel ma-
ken.
– Zorg ervoor dat minstens één passa-
gier vertrouwd is met de besturing
en veiligheidsaspecten van de boot
voor in geval van nood.
– Zorg ervoor dat de passagiers en uit-
rusting het zicht of de bewegings-
vrijheid van de bestuurder niet be-
lemmeren.
– Overschrijd nooit het maximale mo-
torvermogen dat is aangegeven op
het certificatieplaatje van de boot.
– Let op alle veiligheidsaanwijzingen
en waarschuwingen, zowel in de
boot als in de omgeving waar u
vaart.
– Hoewel uw boot hoge snelheden
kan halen, raden wij u ten zeerste
aan enkel snel te varen in ideale om-
standigheden die dit toelaten. Ho-
ge snelheden vereisen een betere
stuurvaardigheid en verhogen het
risico op ernstige verwondingen.
– Vaar voorzichtig en zeer traag in on-
diep water. Als uw boot vastloopt of
bruusk stopt, kunt u verwondingen
oplopen. De jetpomp kan ook afval
opzuigen en achterwaarts wegslin-
geren op mensen of voorwerpen.
– Schakel de boot niet in achteruit
om te stoppen. Anders kunnen u
of uw passagier(s) met grote kracht
vooruit of zelfs van de boot worden
geslingerd.
_______