Stroomdiagram voor het gebruik van de Wireless
LAN-functie (Geavanceerde verbinding)
q
Smartphone
Camera Connect
installeren op een
smartphone (pag. 22)
Elk apparaat verbinden met een Wi-Fi-
De camera verbinden met elk apparaat
(pag. 31)
Opnamen weergeven
en opnamen maken
op afstand (pag. 34)
Als u verbinding wilt maken met z (Opnamen naar een andere
camera overbrengen) of Connect Station, raadpleegt
u "Gemakkelijke verbinding" (pag. 23).
* Voor deze instructies wordt ervan uitgegaan dat eerst alle apparaten,
bijvoorbeeld een smartphone, met een Wi-Fi-toegangspuntzijn verbonden.
* Voor [Camera access point modus] raadpleegt u pagina 88.
72
Bijnaam vastleggen (pag. 14)
toegangspunt*
De camera verbinden met een Wi-Fi-toegangspunt
(pag. 73)
l
Printer
(pag. 60)
Beeld printen
(pag. 61)
m
Webservice
• Registreren bij
CANON iMAGE
GATEWAY (pag. 90)
• Webservices
vastleggen op de
camera (pag. 91)
(pag. 89)
Beeld opslaan en
delen (pag. 104)