Inbedrijfstelling
6
Inbedrijfstelling van de stuurbron
Configuratie voor toerentalgelijkloop
Configuratie voor lastverdeling
Algemene bedrading van de slave-foutmelding
68
Technische handleiding – MOVITRAC
In de configuratie voor toerentalsynchronisme fungeert de actuele toerentalwaarde
van de master als toerentalsetpoint van de slave-regelaar. Het toerentalsetpoint van
de slave-regelaar is eveneens schaalbaar.
Toerentalsynchronisatie wordt alleen ondersteund voor de volgende bedrijfsmodi/mo-
torregelingen:
P4-01 = 0, 2, 3, 6, 7, 8
Parameterbeschrijving
P1-03 (acceleratie-integrator)
P1-04 (deceleratie-integrator)
P1-12 (stuurbron)
P1-14 (uitgebreid parametermenu)
P4-19 (master-slavekoppelreferentie)
P5-01 (regelaaradres communicatie)
P2-28 (toerentalschalering)
P2-29 (schaleringsfactor)
Bij de configuratie van de lastverdeling fungeert de actuele koppelwaarde van de mas-
ter (P0-12) als koppelsetpoint voor de slave-regelaar (P0-05).
De toerentalsetpoint van de master (P0-04) dient daarbij als toerentalgrenswaarde
van de slave (P0-04), maar de slave volgt altijd de actuele waarde van de master.
De lastverdeling wordt alleen in positieve draairichting van de master en alleen bij de
volgende bedrijfsmodi/motorregelingen ondersteund:
P4-01 = 0, 3, 6, 7, 8
Parameterbeschrijving
P1-03 (acceleratie-integrator)
P1-04 (deceleratie-integrator)
P1-12 (stuurbron)
P1-14 (uitgebreid parametermenu)
P4-06 (koppelreferentie-/grenswaarde-
bron)
P4-19 (master-slavekoppelreferentie)
P5-01 (regelaaradres communicatie)
1) Wanneer de aandrijving schommelt, moet de waarde iets worden verhoogd
Bij een storing van de master stoppen de slaves automatisch.
®
LTP-B
Master-
instellingen
gebruikergedefinieerd ≤ Masterintegrators
0, 1, 2, 3, 5, 6, 7, 8
201
0
1
–
Gebruikergedefini-
–
Gebruikergedefini-
Masterinstellingen
Slave-instellingen
gebruikergedefinieerd
0, 1, 2, 3, 5, 6, 7, 8
201
0, 1, 2, 3, 5
1
1
Slave-
instellingen
4
201
0
2 – 63
eerd
eerd
1)
0.1 s
4
201
4
0
2 – 63