Alarmsignalen
Wanneer het alarm (p. 187) afgaat, klinkt een
sirene en knipperen alle richtingaanwijzers.
•
Er klinkt een sirene totdat u het alarm uit-
schakelt. Bij inactiviteit gaat de sirene na
30 seconden lang automatisch uit. De
sirene heeft zijn eigen accu en werkt vol-
ledig onafhankelijk van de startaccu in de
auto.
•
Alle richtingaanwijzers knipperen totdat u
het alarm uitschakelt. Bij inactiviteit gaan
ze na vijf minuten automatisch uit.
Alleen in combinatie met een alarmsysteem.
10
Beperkt alarmniveau
Een beperkt alarmniveau houdt in dat de
bewegingsmelders en niveausensoren tijdelijk
worden uitgeschakeld.
Om te voorkomen dat het alarmsysteem
(p. 187) onbedoeld afgaat als u bijvoorbeeld
een hond in een vergrendelde auto achterlaat
of een autotrein of veerverbinding gebruikt,
dienen de bewegingsmelder en de niveau-
sensoren tijdelijk te worden gedeactiveerd.
De te volgen procedure is identiek aan die bij
tijdelijke uitschakeling van de Safelock-func-
10
tie (p. 184)
.
Gerelateerde informatie
•
Alarmindicatie (p. 188)
06 Sloten en alarm
Typegoedkeuring -
transpondersleutelsysteem
De typegoedkeuring voor het transponders-
leutelsysteem staat in de tabel.
Vergrendelingssysteem standaard
Land/regio
EU, China
Passief vergrendelingssysteem (Keyless
drive)
Land/regio
EU
Korea
06
}}
189