uuVeiligheidsgordelsuOver uw veiligheidsgordels
■
Waarschuwingslampje veiligheidsgordel
48
■
Voorstoelen
Het veiligheidsgordelsysteem heeft een
controlelampje op het instrumentenpaneel om de
bestuurder en/of voorpassagier eraan te herinneren
de veiligheidsgordels vast te maken.
Het controlelampje gaat branden als de voedingsmodus
op AAN wordt gezet en een veiligheidsgordel niet
vastgeklikt is.
De zoemer zal regelmatig blijven klinken en het
controlelampje zal knipperen indien u gaat rijden
zonder de veiligheidsgordel vast te klikken.
1Waarschuwingslampje veiligheidsgordel
Het waarschuwingslampje gaat ook aan als een voorpassagier
de veiligheidsgordel niet omdoet binnen zes seconden nadat
het voedingssysteem op AAN is gezet.
Wanneer de stoel van de voorpassagier onbezet is, gaat het
waarschuwingslampje niet branden en klinkt de zoemer niet.
Als het waarschuwingslampje aangaat of de zoemer klinkt
zonder dat er iemand in de voorpassagiersstoel zit.
Controleer of:
•
Er niets zwaars op de voorpassagiersstoel is geplaatst.
•
De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgeklikt.
Als het waarschuwingslampje niet gaat branden wanneer de
passagier in de stoel zit en de veiligheidsgordel niet is
vastgeklikt, is er mogelijk iets dat de werking verstoort van de
detectiesensor voor inzittenden. Controleer of:
•
Er een kussen op de stoel is gelegd.
•
De voorpassagier niet goed op de stoel zit.
Indien geen van deze situaties van toepassing is, laat dan uw
voertuig door een dealer controleren.