uuTijdens het rijdenuSchakelen
■
Restricties bij het selecteren van een schakelstand
U kunt een schakelstand niet selecteren onder bepaalde omstandigheden die kunnen leiden tot een ongeval.
Wanneer de
transmissie staat in
de stand:
(
P
(
N
(
N
of
(
D
(
R
of
(
N
(
R
(
N
(
D
,
of
(
P
(
N
of
392
1. Onder de volgende
omstandigheden:
Het rempedaal is niet ingetrapt.
Het gaspedaal wordt ingetrapt.
Het voertuig rijdt met lage snelheid
zonder dat het rempedaal is
ingetrapt.
Het voertuig rijdt met lage snelheid
met het gaspedaal ingetrapt.
Het voertuig rijdt vooruit.
Het voertuig rijdt achteruit.
Het voertuig rijdt.
Het controlelampje
brandt niet.
2. Als u het volgende
probeert te wijzigen:
Andere schakelstand
(
R
(
D
(
P
(
P
Een andere schakelstand dan
(
N
of
3. De schakelstand blijft/
De schakelstand
wordt gewijzigd in de
wijzigen
stand:
(
P
Laat het gaspedaal los en
trap het rempedaal in.
(
N
Parkeer uw voertuig op
een veilige plek.
Controleer of het
(
P
(
N
of
controlelampje
gaat branden.