•
Uw voertuig wijkt plotseling af van koers en komt vóór een tegenligger terecht.
•
Bij het rijden door een smalle ijzeren brug.
•
Als het voorliggende voertuig plotseling vertraagt.
•
De fiets is gestopt.
•
De tegenligger of voorligger bevindt zich aan de zijkant.
•
Wanneer een voetganger of fietser de weg te snel oversteekt.
•
Een voetganger of fietser nadert vanuit de tegenovergestelde richting.
•
Wanneer een voetganger of fietser in de achtergrond opgaat, zodat het systeem hen niet
kan herkennen.
•
Wanneer meerdere voetgangers of fietsen vóór u zich bewegen in een groep.
•
Wanneer een voetganger een wandelwagen of fiets duwt.
•
De tegenligger of voorligger is slecht verlicht.
Beperkingen die alleen gelden voor voetgangerdetectie
•
Als meerdere mensen vóór uw voertuig naast elkaar lopen.
•
Omgevingsomstandigheden of eigendommen van de voetganger wijzigen de vorm van de
voetganger, waardoor het systeem de persoon niet kan herkennen als een voetganger.
•
Wanneer de voetganger korter is dan ongeveer 1 meter of langer is dan ongeveer 2 meter.
•
Wanneer een voetganger voorovergebogen staat of op zijn hurken zit, met de handen
omhoog staat of rent.
•
Wanneer de camera een voetganger niet kan detecteren vanwege een ongebruikelijke
vorm (iemand die een koffer draagt, lichaamshouding, lichaamsbouw).
uuHonda SensinguBotsingsbeperkingssysteem (CMBS)
WORDT VERVOLGD
437