latie dient de opening die wordt afgesloten door de dop als vulpoort van het systeem (zie
"vulwerkzaamheden" verderop, par. 2.2.3); bij verticale installatie kan deze zelfde opening
dienen als hydraulische ingangsaansluiting (precies zoals de aansluiting met de indicatie
"IN" op vlak C, die als alternatief dient). De andere dop van 1" geeft toegang tot een tweede
persaansluiting die gelijktijdig of afwisselend kan worden gebruikt met de aansluiting met
indicatie "OUT" op vlak C. Het paneel van de gebruikersinterface bestaat uit een display
en toetsenbord en dient om het systeem in te stellen, de status ervan op te vragen en
eventuele alarmen te communiceren. Het deurtje dat gesloten is met 2 schroeven geeft
toegang tot een ruimte voor buitengewoon onderhoud: reiniging van de terugslagklep en
herstel van de voorvuldruk van de tank.
Het systeem kan in 2 verschillende configuraties worden geïnstalleerd: horizontaal (afb.4)
of verticaal (afb.5).
1.1 Beschrijving van de geïntegreerde inverter
De geïntegreerde elektronische besturing van het systeem is van het type met inverter
en maakt gebruik van stromings-, druk- en temperatuursensoren, die eveneens in het
systeem zijn geïntegreerd. Door middel van deze sensoren schakelt het systeem zichzelf
automatisch in en uit, volgens de eisen van de gebruiker, en is het in staat storingscondities
te detecteren, te voorkomen en te signaleren.
De besturing door middel van een inverter waarborgt diverse functies, waarvan, voor de
pompsystemen, het handhaven van een constante druk aan de perszijde en energiebe-
sparing de belangrijkste zijn.
• De inverter is in staat de druk van een hydraulisch circuit constant te houden door
de draaisnelheid van de elektropomp te variëren. Bij werking zonder inverter kan de
Afb. 4
Afb. 5
elektropomp niet moduleren, en wanneer het gevraagde debiet stijgt neemt de druk
noodzakelijkerwijze af, of omgekeerd; hierdoor is de druk te hoog bij lage debieten
of is de druk te laag wanneer het gevraagde debiet toeneemt.
• Door de draaisnelheid te variëren in functie van de momentele vraag van het ge-
bruikspunt, beperkt de inverter het vermogen dat wordt afgegeven aan de elektro-
pomp tot de druk die minimaal noodzakelijk is om te verzekeren dat aan de vraag
wordt voldaan. De werking zonder inverter voorziet dat de elektropomp altijd is inge-
schakeld, en uitsluitend op het maximale vermogen.
Zie voor de configuratie van de parameters de hoofdstukken 4-5.
1.2 Geïntegreerd expansievat
Het systeem heeft een geïntegreerd expansievat met een totale inhoud van 1 liter. Het
expansievat heeft de volgende belangrijkste functies:
• het systeem elastisch maken zodat het behoedt wordt tegen waterslagen;
• een waterreserve verzekeren die, in het geval van kleine lekken, de druk in het
systeem zo lang mogelijk handhaaft en zo onnodige herstarts van het systeem, die
anders continu zouden plaatsvinden, uitstelt;
• bij opening van het gebruikspunt, de waterdruk verzekeren gedurende de seconden
die het systeem bij inschakeling nodig heeft om de juiste draaisnelheid te bereiken.
Het geïntegreerde expansievat heeft niet tot taak een zodanige waterreserve te scheppen
dat de ingrepen door het systeem worden beperkt (vraag van het gebruikspunt, niet door
lekken in het systeem). Het is mogelijk een expansievat met de gewenste inhoude aan het
systeem toe te voegen. Dit vat dient te worden verbonden op een punt van de persinstal-
latie (niet de aanzuiging!). Bij horizontale installaties is aansluiting mogelijk op de ongebrui-
kte persopening. Bij de keuze van de tank moet er rekening mee worden gehouden dat de
hoeveelheid water die wordt afgegeven ook een functie is van de parameters SP en RP die
op het systeem kunnen worden ingesteld (par. 4-5).
Het expansievat is voorgevuld met lucht onder druk via de klep die toegankelijk is vanuit de
ruimte voor buitengewoon onderhoud (afb.1, vlak F).
De voorvulwaarde waarmee het expansievat door de fabrikant wordt geleverd stemt over-
een met de standaardinstelling van de parameters SP en RP, en voldoet hoe dan ook aan
de volgende vergelijking:
Pair = SP – RP – 0.7 bar Waarbij:
- Pair = waarde van de luchtdruk in bar
- SP = Setpoint (5.3.1) in bar
NL
NEDERLANDS
144