Grundfos MAGNA3 Installatie- En Bedieningsinstructies pagina 485
Verberg thumbnails
Zie ook voor MAGNA3:
- Installatie- en bedieningsinstructies (62 pagina's) ,
- Bedieningsinstructies (68 pagina's)
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
15.3 Opsporen van storingen
Een storingsmelding kan op één van de volgende wijzen gereset
worden:
•
Wanneer de oorzaak van de storing is verwijderd, dan gaat de
pomp terug naar normaal bedrijf.
•
Als de storing uit zichzelf verdwijnt, dan zal de storingsmelding
automatisch resetten.
•
De oorzaak van de storing wordt opgeslagen in het alarmlog-
boek van de pomp.
Waarschuwings-
en alarmcodes
Pompcommunicatiefout (10)
Alarm
Geforceerd pompen (29)
Alarm
Onderspanning (40, 75)
Alarm
Geblokkeerde pomp (51)
Alarm
Droogloop (57)
Alarm
Interne fout (72, 84, 155, 157)
Waarschuwing/alarm
Overspanning (74)
Alarm
Interne sensorfout (88)
Waarschuwing
Externe sensorfout (93)
Waarschuwing
Als de voedingskabel beschadigd is, dan dient deze door de fabrikant, haar servicepartner of door ander gekwalifi-
Voorzichtig
ceerd personeel vervangen te worden.
Storing
Communicatiestoring tussen
verschillende onderdelen van
de elektronica.
Andere pompen of bronnen
dwingen stroming door de
pomp, zelfs als de pomp is
uitgeschakeld.
Voedingspanning naar de
pomp te laag.
De pomp is geblokkeerd.
Geen water aan de zuigzijde
van de pomp, of het water
bevat teveel lucht.
Interne storing in de elektro-
nica van de pomp.
Voedingspanning naar de
pomp te hoog.
De pomp ontvangt een signaal
van de inwendige sensor dat
buiten het normale bereik ligt.
De pomp ontvangt een signaal
van de externe sensor dat bui-
ten het normale bereik ligt.
Automatische
reset en
Corrigerende acties
herstart?
Vervang de pomp, of bel GRUNDFOS SERVICE
Ja
voor ondersteuning.
Controleer het systeem op defecte terugslag-
kleppen en vervang de kleppen, indien nodig.
Ja
Controleer het systeem op correcte positie van
terugslagkleppen etc.
Controleer dat de voedingspanning binnen het
Ja
gestelde bereik valt.
Demonteer de pomp, en verwijder vreemde voor-
Nee
werpen of vervuilingen die voorkomen dat de
pomp draait.
Zuig de pomp aan en ontlucht de pomp vooraf-
gaand aan het opnieuw opstarten. Controleer dat
Nee
de pomp goed draait. Zo niet, vervang de pomp,
of bel GRUNDFOS SERVICE voor ondersteu-
ning.
Vervang de pomp, of bel GRUNDFOS SERVICE
Ja
voor ondersteuning.
Controleer dat de voedingspanning binnen het
Ja
gestelde bereik valt.
Controleer dat de stekker en kabel op de juiste
wijze in de sensor zijn aangesloten. De sensor
bevindt zich aan de achterzijde van het pomp-
Ja
huis.
Vervang de sensor, of bel GRUNDFOS SERVICE
voor ondersteuning.
Komt het ingestelde elektrische signaal
(0-10 V of 4-20 mA) overeen met het uitgangsig-
naal van de sensor?
Zo niet, wijzig de instelling van de analoge
ingang, of vervang de sensor door één die over-
eenkomt met de instelling.
Controleer de sensorkabel op beschadigingen.
Ja
Controleer de kabelaansluiting aan de pomp en
aan de sensor. Corrigeer de aansluiting, indien
nodig.
De sensor is verwijderd, maar de analoge ingang
is niet gedeactiveerd.
Vervang de sensor, of bel GRUNDFOS SERVICE
voor ondersteuning.
485
Advertenties
