4.2.6.3 Parameters voor de jaloezie-uitgang
Omschrijving
h Uitgang 1 - Algemeen
Bedieningsmodus
(a.u.b. eerst instellen!)
Gedrag na ETS-pro-
grammering
Gedrag bij uitval
busspanning
Gedrag na terugkeer
busspanning
2273-1-7828 | Rev. 01 | 3.2012
Waarde
Jaloezie
Rolluik / markies
Ventilatieklep
Omhoog/klep openen
Omlaag/klep sluiten
stop
stop
Geen reactie
stop
Software "Jaloezie, ventiel, ingang/1.1"
Commentaar
Het apparaat kan verschillende aandrijf-
systemen aansturen. Door de instelling
van deze parameter wordt bepaald, welk
type aandrijving of welk type installatie
op de uitgang 1 is aangesloten.
De ETS stelt afhankelijk van deze para-
meter alle volgende parameters dyna-
misch in (tekst, zichtbaarheden, enz.).
Daarom moet deze parameter
"bedieningsmodus" voor alle andere pa-
rameters van een uitgang worden inge-
steld.
Met het apparaat kan een voorkeurspo-
sitie van het relais na een ETS-program-
mering worden ingesteld.
Het apparaat beweegt de installatie na
een ETS-programmering naar boven of
opent de ventilatieklep.
Het apparaat beweegt de installatie na
een ETS-programmering naar beneden
of sluit de ventilatieklep.
Na een ETS-programmering stuurt het
apparaat het relais van de uitgang in de
positie "stop". Daardoor wordt een even-
tueel actieve aandrijfbeweging onder-
broken.
Met het apparaat kan een voorkeurspo-
sitie van het relais bij busspanningsuit-
val worden ingesteld.
Bij busspanningsuitval stuurt het appa-
raat het relais van de uitgang in de posi-
tie "stop". Daardoor wordt een eventueel
actieve aandrijfbeweging onderbroken.
Bij busspanningsuitval toont het relais
van de uitgang geen reactie. Bewegin-
gen die op dat moment actief zijn wor-
den volledig uitgevoerd.
Met het apparaat kan een voorkeurspo-
sitie van het relais na terugkeer van de
busspanning worden ingesteld.
Bij busspanningsterugkeer stuurt het ap-
paraat het relais van de uitgang in de
positie "stop". Daardoor wordt een even-
tueel actieve aandrijfbeweging onder-
broken.
Parameter
Pagina 141 van 187