Opbouw en werking
Veiligheidsfuncties voor het vermijden van het omkantelen van de machine bij ingeschakelde
Trail Tron!
Transport
1. Stuurdissel/stuuras in middelste stand
brengen (stuurdissel/wielen liggen in lijn
met machine).
Hiervoor aan de AMATRON
1.1
Trail-Tron in handmatig bedrijf
nemen.
1.2
,
manueel uitrichten.
→
Trail-Tron stopt automatisch als de
middelste stand bereikt is.
+
2. AMATRON
uitschakelen.
3. Tractorregeleenheid 1
(slangmarkering 1 x rood) uitschakelen.
4. Stuurdissel (Afb. 38/1) door het sluiten van
de kogelkraan (Afb. 38/3) in positie B
beveiligen.
72
Veiligheidsfuncties!
•
Wordt de spuitboom tot meer dan 1,5 m hoogte opgetild:
→
Trail Tron wordt uitgeschakeld (zodra de dissel zich in de
middelste stand bevindt).
•
Wordt de spuitboom in transportstand ingeklapt:
→
Trail Tron wordt uitgeschakeld (zodra de dissel zich in de
middelste stand bevindt).
•
Wordt een rijsnelheid van meer dan 20 km/h bereikt:
→
Trail Tron-as/-dissel loopt automatisch in middelste stand en
blijft in de modus "rijden op de weg".
GEVAAR
Voor transportritten de stuurdissel/stuuras in transportstand
brengen!
Anders bestaat er gevaar voor ongevallen door het kantelen van
de machine!
+
:
Stuurdissel/stuuras
Voorwaarde voor het perfect functioneren van de hydraulisch
bediende naloop-stuuras/-dissel is een correct uitgevoerde Trail-Tron-
kalibratie
Voer een Trail-Tron-kalibratie uit
•
bij de eerste ingebruikneming.
•
bij afwijkingen van de op het display weergegeven aansturing
van de naloopstuuras en de werkelijke aansturing van de
naloopstuuras.
Zie ook gebruiksaanwijzing AMATRON
Afb. 38
+
.
UX BAG0035.0 11.06