Parameterbeschrijving
Als een situatie zonder stroming wordt gedetecteerd, zal de
frequentieomvormer het druksetpoint verhogen om te
zorgen voor een geringe overdruk in het systeem (boost is in
te stellen in 22-45 Boost instelpt).
De terugkoppeling vanaf de druktransductor wordt bewaakt
en wanneer deze druk met een ingesteld percentage onder
het normale setpoint voor druk (Pset) is gezakt, zal de motor
weer aanlopen en wordt de druk geregeld totdat de
ingestelde waarde (Pset) is bereikt.
2) In systemen waarbij de druk of de temperatuur wordt
geregeld door een externe PI-regelaar kunnen de reactive-
ringscondities niet worden gebaseerd op terugkoppeling
vanaf de druk/temperatuurtransductor omdat het setpoint
niet bekend is. In het voorbeeld met een boostsysteem is de
gewenste druk, Pset, niet bekend. 1-00 Configuratiemodus
moet zijn ingesteld op Geen terugk.
Voorbeeld: Boostsysteem.
Overzicht van configuratiemogelijkheden:
Detectie geen flow (alleen
pompen)
Detectie lage snelh.
Extern signaal
Druk/temperatuur (aangesloten
zender)
Uitgangsfrequentie
NB
De slaapstand zal niet actief zijn als de lokale referentie actief
is (stel de snelheid handmatig in via de pijltjestoetsen op het
LCP). Zie 3-13 Referentieplaats.
Werkt niet in de handmodus. Voordat de in/uitgangen voor
een regeling met terugkoppeling worden ingesteld, moet
een automatische setup worden uitgevoerd bij een regeling
zonder terugkoppeling.
22-40 Min. draaitijd
Range:
Functie:
10 s
[0 - 600 s] Programmeer de gewenste minimale draaitijd
*
voor de motor die moet verstrijken na een
startcommando (digitale ingang of bus)
voordat het systeem in de Slaapstand gaat.
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
Ingebouwde PI-regelaar
(1-00 Configuratiemodus: Met terugk.)
Slaapstand
Reactiv.
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
®
MG.11.CB.10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Wanneer een laag vermogen of een lage snelheid wordt
gedetecteerd, wordt de motor gestopt. Het referentiesignaal
(f
) wordt echter nog steeds bewaakt, en vanwege de lage
ref
druk die wordt gecreëerd, zal de regelaar het referentie-
signaal verhogen om de druk te verhogen. Wanneer het
referentiesignaal de ingestelde waarde f
de motor opnieuw starten.
De snelheid wordt handmatig ingesteld door middel van een
extern referentiesignaal (Externe referentie). De parameters
(22-3*)) voor het afstellen van Functie geen flow moet zijn
ingesteld op de standaardwaarde.
Externe PI-regelaar of handmatige besturing
(1-00 Configuratiemodus: Geen terugk.)
Slaapstand
Ja (m.u.v. handmatige
instelling snelheid)
Ja
Ja
22-41 Min. slaaptijd
Range:
Functie:
10 s
[0 - 600 s] Programmeer de gewenste minimumtijd die
*
het systeem in de Slaapstand moet blijven.
Deze functie heeft prioriteit over eventuele
reactiveringscondities.
heeft bereikt, zal
wake
Reactiv.
Nee
Ja
159
3
3