Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor VLT HVAC Drive:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
20-14 Max. referentie/terugk.
Range:
100.000
ProcessCtrlUnit
3
3
NB
Wanneer 1-00 Configuratiemodus is ingesteld op Geen terugk.
[0] moet 3-03 Max. referentie worden gebruikt.
NB
De dynamiek van de PID-regelaar is afhankelijk van de
geprogrammeerde waarde in deze parameter. Zie ook
20-93 PID prop. versterking.
Par. 20-13 en par. 20-14 bepalen ook het terugkoppelings-
bereik wanneer terugkoppeling wordt gebruikt voor
uitlezing op het display terwijl 1-00 Configuratiemodus is
ingesteld op Geen terugk. [0]. Dezelfde condities als
hierboven.
3.18.2 20-2* Terugk. & setpoint
Deze parametergroep wordt gebruikt om in te stellen hoe de
PID-regelaar van de frequentieomvormer de drie mogelijke
terugkoppelingssignalen zal gebruiken om de uitgangsfre-
quentie van de frequentieomvormer te regelen. Deze groep
wordt tevens gebruikt om de drie interne setpointreferenties
op te slaan.

20-20 Terugkopp.functie

Option:
[0] Som
136
Functie:
[Application
Stel de waarde voor maximum-
dependant]
referentie/terugkoppeling voor
*
een regeling met terugkop-
peling in. De instelling bepaalt
de hoogste waarde die kan
worden verkregen bij een
regeling met terugkoppeling als
alle referentiebronnen bij elkaar
worden opgeteld. De instelling
komt overeen met een
terugkoppeling van 100% bij
een regeling met of zonder
terugkoppeling (totale referen-
tiebereik: -200% tot +200%).
Functie:
Deze parameter bepaalt hoe de drie mogelijke
terugkoppelingen zullen worden gebruikt om
de uitgangsfrequentie van de frequentieom-
vormer te regelen.
Som [0] bepaalt dat de PID-regelaar de som van
Terugkoppeling 1, Terugkoppeling 2 en
Terugkoppeling 3 als terugkoppeling moet
gebruiken.
MG.11.CB.10 – VLT
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
20-20 Terugkopp.functie
Option:
[1] Verschil
[2] Gemiddelde
[3]
Minimum
*
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Functie:
NB
Terugkoppelingen die niet worden
gebruikt, moeten worden ingesteld op
Geen functie in 20-00 Bron terugk. 1,
20-03 Bron terugk. 2 of 20-06 Bron terugk.
3.
De som van Setpoint 1 en andere referenties die
eventueel zijn ingeschakeld (zie par. groep 3-1*)
zullen worden gebruikt als de setpointreferentie
van de PID-regelaar.
Verschil [1] bepaalt dat de PID-regelaar het
verschil tussen Terugkoppeling 1 en Terugkop-
peling 2 als terugkoppeling moet gebruiken.
Terugkoppeling 3 wordt in dit geval niet
gebruikt. Alleen setpoint 1 zal worden gebruikt.
De som van Setpoint 1 en andere referenties die
eventueel zijn ingeschakeld (zie par. groep 3-1*)
zullen worden gebruikt als de setpointreferentie
van de PID-regelaar.
Gemiddelde [2] bepaalt dat de PID-regelaar het
gemiddelde van Terugkoppeling 1, Terugkop-
peling 2 en Terugkoppeling 3 als
terugkoppeling moet gebruiken.
NB
Terugkoppelingen die niet worden
gebruikt, moeten worden ingesteld op
Geen functie in 20-00 Bron terugk. 1,
20-03 Bron terugk. 2 of 20-06 Bron terugk. 3.
De som van Setpoint 1 en andere
referenties die eventueel zijn ingeschakeld
(zie par. groep 3-1*) zullen worden
gebruikt als de setpointreferentie van de
PID-regelaar.
Minimum [3] bepaalt dat de PID-regelaar
Terugkoppeling 1, Terugkoppeling 2 en
Terugkoppeling 3 met elkaar moet vergelijken
en de laagste waarde als terugkoppeling moet
gebruiken.
NB
Terugkoppelingen die niet worden
gebruikt, moeten worden ingesteld op
Geen functie in 20-00 Bron terugk. 1,
20-03 Bron terugk. 2 of 20-06 Bron terugk. 3.
Alleen setpoint 1 zal worden gebruikt. De
som van Setpoint 1 en andere referenties
die eventueel zijn ingeschakeld (zie par.
groep 3-1*) zullen worden gebruikt als de
setpointreferentie van de PID-regelaar.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave