Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

nord NORDAC SK 1500/3 CT Bedieningsvoorschriften pagina 36

Inhoudsopgave

Advertenties

36
NORDAC vector ingebruikstellingsvoorschriften
Typ
Functie
Opmerkingen
O
Absolute minimale frequentie
Deze parameter bepaalt de kleinste door de omvormer
leverbare frequentie.
Tussen 0 en de ingestelde waarde wordt geen uitgangssignaal geleverd.
Deze waarde is ook bepalend voor de frequentie waarbij de motorrem actief is (zie hoofdstuk 7.1.3,
stuurparameters). Bij toepassing voor remsturing in hefbedrijf moet deze waarde minimaal op 2.0Hz ingesteld zijn
voor optimale werking bij gebruik van de ISD-regeling!
Netspanning
De maximale netspanning aan de omvormer kan vast
geprogrammeerd worden.
"Auto" →
eenmalige
omvormer in gebruik genomen wordt.
Bij sterk wisselende netspanningen en bij functies die van de netspanning afhankelijk zijn (zoals rem-chopper,
stroombegrensde deceleratie of automatische frequentieverhoging) is het raadzaam een vaste instelling te kiezen.
Bij het instellen van deze parameter moet men bedenken, dat de omvormer alleen dan optimaal functioneert
wanneer de instellingen optimaal zijn.
USS-modus
Slave:
De omvormer werkt als USS-slave en kan gestuurd en geparametreerd worden.
Is de "masterfunctie" gekozen, dan bestuurt één omvormer met besturingseenheid (de master) andere
omvormers zonder besturingseenheid (de slaves). De aanbevolen Baudrate is 38400 Baud. De betreffende slave
wordt via het "BUS-adres" gekozen (zie hoofdstuk 7.2.4, USS-modus).
Master 1: in deze modus kan een slave via de toetsen en de stuurklemmen van de master op afstand bestuurd
worden.
Master 2: met de enter-toets worden alle parameters van de master (inclusief de slave-adressen) aan een voor
bedrijf gereedstaande slave doorgegeven.
Master 3: De stuurfuncties van de masteromvormer (digitale ingangen en analoge regelwaarde) worden aan de
slave-omvormer doorgegeven.
Interface
Niet bij USS-modus master 3
Lokaal:
Regelwaarde 1 BUS:
BUS:
BUS+regelwaarde 2:
Regelwaarde 1 BUS begrensd:
BUS begrensd:
BUS begrensd+regelwaarde 2:
De met * gemarkeerde standaardinstellingen zijn afhankelijk van het omvormertype!
"Uitlezing in Display"
"Abs. min. Frequ."
"Netspanning"
meting
vlak
voordat
"USS – modus"
"Interface"
Sturing van de omvormer via de stuurklemmenstrook.
Alleen een regelwaarde wordt via de BUS doorgegeven. Werking zoals bij de
analoge regelwaarde-ingang 1. De digitale ingangen van de stuurklemmen
blijven „lokaal" actief.
De omvormer wordt via de BUS (stuurwoord en regelwaarde 1) gestuurd. De
analoge regelwaarde-ingang 2 blijft „lokaal" actief.
Zoals bij "BUS", er is echter aanvullend een 2
Werking zoals bij de analoge regelwaarde-ingang 2.
Zoals bij regelwaarde 1 BUS, de regelwaarde wordt echter op 0 ... 100%
egrensd. (Een negatieve regelwaarde is niet mogelijk).
Zoals BUS, de regelwaarde 1 wordt echter op 0 ... 100% begrensd.
(Negatieve regelwaarden zijn niet mogelijk).
Zoals BUS + regelwaarde 2, de regelwaarde 1 wordt echter op 0 ... 100%
begrensd. (Negatieve regelwaarden zijn niet mogelijk.)
Instelbereik
Stapgrootte
0,1 ... 10,0Hz
0,1Hz
Auto, 304 ... 506V
1V
de
Slave
Master 2
Lokaal
Regelwaarde 1 BUS
BUS
BUS + regelwaarde 2
Regelwaarde 1 BUS begrensd
BUS begrensd
BUS begrensd + regelwaarde 2
Standaard-
instelling
1,0Hz
Auto
Master 1
Slave
Master 3
lokaal
e
regelwaarde voorhanden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Nordac sk 2200/3 vtNordac sk 132000/3 ctNordac sk 37000/3 vt

Inhoudsopgave