Typ
Functie
Opmerkingen
PO
Maximale uitgangsfrequentie
is de frequentie die door de frequentieomvormer
uitgestuurd
wordt
regelwaarde wordt aangestuurd (zie afijken 1: 100% in
de menugroep stuurklemmen). Deze regelwaarde kan
bijvoorbeeld 10V of 20mA bedragen.
Door de 'servo-modus' op AAN te zetten wordt de mogelijke maximale frequentie begrensd op 2 x de ingestelde
nominale motorfrequentie (motorgegevens). Bij de fabrieksinstelling betekent dit:: 2 x 50 Hz = 100 Hz. Bij een
87 Hz-karakteristiek betekent dit: 2 x 87 Hz = 174 Hz.
P
Stuurmodus
is de modus waarmee de U/f-karakteristiek aan de
uitgang van de omvormer gestuurd of geregeld wordt.
Geschikt voor meermotorenbedrijf of synchroonmotoren!
Lineair:
Kwadratisch:
Geschikt voor aansturing van één draaistroomasynchroonmotor door één omvormer!
Automatisch:
ISD-regeling:
Toepassing
De hier gemaakte keuze is bepalend voor de
verschillende fabrieksinstellingen voor de
stuuringangen en voor de analoge regelwaarde-
ingang. (zie hoofdstuk 7.2.1 Modus)
7.1.2 Motorgegevens
In de fabrieksinstelling komen deze motorgegevens overeen met een 4-polige asynchrone kortsluitanker
draaistroommotor met het nominale omvormervermogen. Ze zijn (behalve de parameter "normmotor") alleen bij
ISD-regeling of automatische karakteristiek zichtbaar.
Typ
Functie
Opmerkingen
P
Normmotor
Na
verandering
automatisch de waarden van de overeenkomende
draaistroommotoren voor 400V/50Hz ingebracht.
Ook kan 'geen motor' ingesteld worden! Daardoor wordt de voormagnetiseringstijd van de stroomregelaar op
nul gezet. Dit geldt alleen voor de stuurmodus 'lineaire karakteristiek'.
P
Nominale frequentie
De met * gemarkeerde standaardinstellingen zijn afhankelijk van het omvormertype!
"Uitlezing in display"
"Maximale Freq ."
wanneer
met
de
"Stuurmodus"
constante verhouding tussen spanning en
frequentie tot aan de knikfrequentie. Het
aanloopkoppel wordt via de statische en
dynamische boost bepaald.
Is
geschikt
voor
belastingskoppel,
bijvoorbeeld
ventilatoren of centrifugaalpompen.
de omvormer berekent een lineaire uitgangskarakteristiek aan de hand van de
motorgegevens. Dit is slechts voor eenvoudige toepassingen geschikt.
de magnetische motorflux wordt constant op de nominale waarde gehouden. Deze functie is
niet geschikt voor het aandrijven van meerdere motoren of synchroonmotoren.
"Modus"
"Uitlezing in display"
"Normmotor"
van
deze
instelling
"Nominale Frequentie"
NORDAC vector Ingebruikstellingsvoorschriften
Instelbereik
Stapgrootte
minimale frequentie ... 999Hz
0,1Hz
maximale
lineaire karakteristiek
kwadratische karakteristiek
automatische karakteristiek
ISD-regeling
een
kwadratisch
voor
Analoog / Motorpotentiometer
digitale
Instelbereik
Stapgrootte
0,37kW...P
N FO
worden
Waarden van de 4-polige
draaistroomnormmotor.
0 ... 999,0Hz
1Hz
Standaard-
instelling
70,0Hz
ISD-regeling
Analoog
Standaard-
instelling
+ één groter type
P
N FO
50Hz
23
*