Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Startaanpassingen - Danfoss VLT AutomationDrive FC 300 Programmeerhandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 300:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameterbeschrijving
1-66 Min. stroom bij lage snelh.
Range:
3
3
1-67 Belastingstype
Option:
[0]
Passieve bel. Voor lopendeband-, ventilator- en pomptoe-
*
[1]
Actieve bel.
Deze parameter is alleen beschikbaar voor de FC 302.
1-68 Minimum Inertia
Range:
Afhankelijk
van de
toepassing
*
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de motor
loopt.
42
FC 300 Programmeerhandleiding
Functie:
Voor snelheden boven 10 Hz wordt de
motor geregeld door het fluxmodel in de
frequentieomvormer. 4-16 Koppelbegrenzing
motormodus wordt automatisch aangepast
op basis van de instelling in 4-17 Koppelbe-
grenzing generatormodus en/of 1-66 Min.
stroom bij lage snelh.. 1-66 Min. stroom bij
lage snelh. wordt aangepast door de
parameter met de hoogste waarde. De
ingestelde waarde in 1-66 Min. stroom bij
lage snelh. is samengesteld uit de stroom die
door het koppel wordt gegenereerd en de
magnetiseringsstroom.
Voorbeeld: stel 4-16 Koppelbegrenzing
motormodus in op 100% en stel 4-17 Koppel-
begrenzing generatormodus in op 60%.
1-66 Min. stroom bij lage snelh. zal nu
automatisch worden ingesteld op ongeveer
127%, afhankelijk van het motorvermogen.
Deze parameter is alleen beschikbaar voor
de FC 302.
Functie:
passingen.
Voor hijstoepassingen, in geval van slipcom-
pensatie bij lage snelheden. Wanneer Actieve
bel. [1] is geselecteerd, moet 1-66 Min. stroom
bij lage snelh. worden ingesteld op een niveau
dat overeenkomt met het maximale koppel.
Functie:
[Afhankelijk
Dient om de gemiddelde
van de
massatraagheid te berekenen. Stel
toepassing]
het minimale traagheidsmoment
van het mechanische systeem in.
1-68 Min. traagheid en 1-69 Max.
traagheid worden gebruikt om de
proportionele versterking voor de
snelheidsregeling van tevoren aan
te passen; zie 30-83 Snelheids-PID,
prop. versterking.
Deze parameter is alleen
beschikbaar voor de FC 302.
MG.33.MA.10 – VLT
1-69 Maximum Inertia
Range:
Afhankelijk
van de
toepassing
*
Deze parameter kan niet worden gewijzigd terwijl de motor
loopt.

3.3.7 1-7* Startaanpassingen

1-71 Startvertraging
Range:
0.0 s
[0.0 - 25.5 s] Deze parameter verwijst naar de ingestelde
*
1-72 Startfunctie
Option:
[0]
DC-houd/
vertr. tijd
[1]
DC-rem/
vertr.-tijd
[2]
Vrijloop/
vertr.-tijd
*
[3]
Startsn.
rechtsom
[4]
Horizontaal
bedrijf
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Functie:
[Afhankelijk
Alleen actief bij flux-terugkop-
van de
peling. Dient om het
toepassing]
acceleratiekoppel bij lage
snelheden te berekenen. Wordt
gebruik in de koppelbegrenzings-
regelaar.
Deze parameter is alleen
beschikbaar voor de FC 302.
Functie:
startfunctie in 1-72 Startfunctie.
Voer de vereiste vertragingstijd voorafgaand
aan acceleratie in.
Functie:
Selecteer de startfunctie die actief is tijdens de
startvertraging. Deze parameter is gekoppeld
aan 1-71 Startvertraging.
Hierdoor wordt de motor gedurende de
startvertraging voorzien van een DC-
houdstroom (2-00 DC-houdstroom).
Hierdoor krijgt de motor gedurende de
startvertraging een DC-remstroom (2-01 DC-
remstroom).
De motor loopt vrij tijdens de startvertra-
gingstijd (inverter uit).
Enkel mogelijk in combinatie met VVC+.
Selecteer in 1-74 Startsnelh. [TPM] en
1-76 Startstroom de functie die actief moet zijn
gedurende de startvertraging.
Ongeacht de waarde die door het referentie-
signaal wordt toegepast, zal de
uitgangssnelheid overeenkomen met de
startsnelheid in 1-74 Startsnelh. [TPM] of
1-75 Startsnelh. [Hz] en zal de uitgangsstroom
overeenkomen met de instelling van de
startstroom in 1-76 Startstroom. Deze functie
wordt vooral gebruikt bij hijstoepassingen
zonder contragewicht en in het bijzonder bij
toepassingen met een schuifankermotor,
waarbij de start rechtsom gebeurt, gevolgd
door draaien in de referentierichting.
Enkel mogelijk in combinatie met VVC+.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fc 300

Inhoudsopgave