Parameterbeschrijving
0-04 Bedieningsstatus bij insch. (handm.)
Option:
3
3
[0]
Hervatten
[1]
Gedw. stop,
*
ref=oud
[2]
Gedw. stop,
ref=0
3.2.2 0-1* Setupafhandeling
Definieer en beheer de afzonderlijke parametersetups.
De frequentieomvormer heeft vier parametersetups die
onafhankelijk van elkaar kunnen worden geprogrammeerd.
Dit maakt de frequentieomvormer bijzonder flexibel en
geschikt als oplossing voor problemen met geavanceerde
regelfuncties, waardoor vaak bespaard kan worden op
externe regelapparatuur. De parametersetups kunnen
bijvoorbeeld worden gebruikt om de frequentieomvormer te
programmeren voor werking met een bepaald type regeling
in één setup (bijv. motor 1 voor horizontale beweging) en
voor werking met een ander type regeling in een andere
setup (bijv. motor 2 voor verticale beweging). De diverse
setups kunnen echter ook door een OEM machinefabrikant
worden gebruikt om alle, in de fabriek in elkaar gezette
frequentieomvormers voor elk machinetype binnen een
productreeks op identieke wijze te programmeren, zodat
tijdens de productie/inbedrijfstelling enkel maar de juiste
setup hoeft te worden geselecteerd op basis van de machine
waarop de frequentieomvormer wordt geïnstalleerd.
De actieve setup (d.w.z. de setup op basis waarvan de
frequentieomvormer op dit moment werkt) kan worden
geselecteerd via 0-10 Actieve setup en wordt op het LCP
weergegeven. Via de optie Multi setup is het mogelijk om via
een digitale ingang of seriële communicatie te schakelen
tussen setups, waarbij de frequentieomvormer in bedrijf is
dan wel is gestopt. Als het nodig is om tijdens bedrijf van
setup te wisselen, moet 0-12 Setup gekoppeld aan juist zijn
geprogrammeerd. Met behulp van 0-11 Setup wijzigen
kunnen parameters binnen elk van de setups worden
gewijzigd terwijl de frequentieomvormer blijft functioneren
in de actieve setup. Dit kan een andere setup zijn dan de
setup die wordt gewijzigd. Het gebruik van 0-51 Kopie setup
maakt het mogelijk om parameterinstellingen van de ene
24
FC 300 Programmeerhandleiding
Functie:
Selecteert de bedieningsmodus wanneer de
netspanning weer wordt ingeschakeld na een
uitschakeling in de handmatige (lokale)
bedieningsmodus.
Hiermee start u de frequentieomvormer op
met de lokale referentie en de start/stop-
instellingen (gegeven via [Hand on/Off]) die
vlak voor uitschakeling van de frequentieom-
vormer van kracht waren.
Hiermee zorgt u dat de frequentieomvormer
opnieuw opstart en de opgeslagen lokale
referentie gebruikt wanneer de netspanning
weer is ingeschakeld en op [Hand on] wordt
gedrukt.
Hiermee wordt de lokale referentie weer op 0
gezet wanneer de frequentieomvormer weer
wordt opgestart.
MG.33.MA.10 – VLT
setup naar de andere te kopiëren, waardoor de inbedrijf-
stelling sneller kan verlopen als vergelijkbare
parameterinstellingen nodig zijn in verschillende setups.
0-10 Actieve setup
Option:
[0]
Fabrieks-
instell.
[1]
Setup 1
*
[2]
Setup 2
[3]
Setup 3
[4]
Setup 4
[9]
Multi setup
Gebruik 0-51 Kopie setup om een setup naar een of meer
andere setups te kopiëren. Stop de frequentieomvormer
alvorens te schakelen tussen setups waarbij parameters die
zijn gemarkeerd als 'niet te wijzigen tijdens bedrijf',
verschillende waarden hebben. Om conflicterende instel-
lingen van een bepaalde parameter binnen twee
verschillende setups te voorkomen moeten de setups
worden gekoppeld via 0-12 Setup gekoppeld aan. Parameters
die niet zijn te wijzigen tijdens bedrijf zijn gemarkeerd als
FALSE in de parameterlijst in de paragraaf Parameterlijsten.
0-11 Setup wijzigen
Option:
[0]
Fabrieks-
instell.
[1]
Setup 1
*
[2]
Setup 2
[3]
Setup 3
[4]
Setup 4
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Functie:
Selecteer de setup voor het besturen van de
functies van de frequentieomvormer.
Kan niet worden gewijzigd. Deze setup bevat
de dataset van Danfoss en kan worden
gebruikt als gegevensbron wanneer de andere
setups in een bekende staat moeten worden
teruggebracht.
Setup 1 [1] tot Setup 4 [4] zijn de vier
afzonderlijke parametersetups waarbinnen alle
parameters kunnen worden geprogrammeerd.
Externe setupselectie via digitale ingangen en
de seriële-communicatiepoort. Deze setup
maakt gebruik van de instellingen van
0-12 Setup gekoppeld aan. Stop de frequentie-
omvormer voordat u wijzigingen aanbrengt in
de functies met en zonder terugkoppeling.
Functie:
Selecteer de setup die tijdens bedrijf moet
worden gewijzigd (d.w.z. geprogrammeerd);
dit kan de actieve setup zijn of een van de
inactieve setups.
Dit kan niet worden gewijzigd maar is nuttig
als gegevensbron wanneer de andere setups in
een bekende staat moeten worden terugge-
bracht.
Setup 1 [1] tot Setup 4 [4] kunnen vrij worden
gewijzigd tijdens bedrijf, ongeacht welke setup
actief is.