Communicatie-
Het communicatiemodel van PROFINET IO bouwt voort op de jarenlange ervaring met
model
PROFIBUS DP-V1. De toegangsmethode master-slave is geprojecteerd op een pro-
vider-consumermodel.
Voor de gegevensoverdracht tussen IO-controller en IO-devices worden verschillende
conmmunicatiekanalen gebruikt. De cyclische IO-gegevens en de door voorvallen aan-
gestuurde alarmmeldingen worden via een real-timekanaal verstuurd. Het standaard-
kanaal op basis van UDP/IP wordt gebruikt voor de parametrering, configuratie en
diagnose-informatie.
Apparaatmodel
De bekende decentrale periferie van PROFIBUS DP werd uitgebreid voor het apparaat-
model. Het apparaatmodel is gebaseerd op slot- en subslotmechanismen, waarmee
modulaire apparaten met insteekplaatsen voor modules en submodules kunnen worden
gerealiseerd. Modules worden daarbij door de slots en submodules door de subslots
vertegenwoordigd. Deze mechanismen maken ook een logische modularisering moge-
lijk, bijvoorbeeld voor een aandrijfsysteem (Æ volgende afbeelding).
Handboek – Veldbusinterface DFE32B PROFINET IO
Werking van PROFINET
Inleiding
I
6
0 0
58645AXX
53