NL
13.3.3
Programmaparameters voor het centrifugeerprogramma Spin
Instelling van de parameters: zie hoofdstuk "Centrifugeerprogramma Spin invoeren".
Spin(rpm)
Toerental voor het centrifugeerproces. Er kan een waarde worden ingesteld van 500 RPM tot 3500
RPM in stappen van 10.
Tspin(min),
Tijdsduur van het centrifugeerproces. Instelbaar van 0 - 9 min 59 sec, naar keuze in stappen van 1
Tspin(sec)
seconde of 1 minuut.
PROG = S
Programmaplaats S (Spin), waar het programma Spin wordt opgeslagen.
14
Programmering
14.1
Globale parameters instellen
De instelling van de globale parameters heeft invloed op de programmaparameters voor programma 1 t/m 5.
Wordt na het kiezen of tijdens het invoeren van globale parameters 16 seconden lang geen toets ingedrukt,
dan worden op het display weer de vorige waarden getoond. De tot dat moment gemaakte instellingen worden
automatisch opgeslagen. Moeten de instellingen niet opgeslagen worden, dan moet het apparaat
gedurende de 16 seconden uitgeschakeld worden.
De toets
8 sec. ingedrukt houden.
Na 8 sec. verschijnt VOLUME ADJUST XX in het display.
Met de toets
de gewenste parameters selecteren en met de toetsen
Om de parameter ShakeT (min) te selecteren, de parameter Shakings met de toets
De toets
of
START WASH
wordt ter bevestiging korte tijd ok getoond; bij het drukken op de toets
14.2
Centrifugeerprogramma Spin invoeren
Op de programmaplaats Spin (S) kan een centrifugeerprogramma worden opgeslagen. In dit programma kunnen
alleen het toerental en de draaitijd worden ingesteld.
Wordt na het kiezen of tijdens het invoeren van programmaparameters gedurende 16 seconden geen toets
ingedrukt, dan worden op het display weer de vorige waarden getoond. De tot dat moment gemaakte
instellingen worden niet automatisch opgeslagen. De invoer van de parameters moet dan opnieuw worden
uitgevoerd.
Het invoeren van de programmaparameters kan elk gewenst moment door het bedienen van de toets
worden afgebroken. In dat geval worden de instellingen niet opgeslagen.
Met toets
of
de programmaplaats Spin kiezen.
De centrifugegegevens van de geselecteerde programmaplaats worden weergegeven.
Met de toets
de gewenste parameters selecteren en met de toetsen
Op toets
drukken om de instellingen op programmaplaats S op te slaan. Als bevestiging wordt kort
START WASH
ok weergegeven.
De vorige gegevens van de programmaplaatsen worden bij het opslaan overschreven.
14.3
Programmaparameters invoeren
Wordt na het kiezen of tijdens het invoeren van programmaparameters gedurende 16 seconden geen toets
ingedrukt, dan worden op het display weer de vorige waarden getoond. De tot dat moment gemaakte
instellingen worden niet automatisch opgeslagen. De invoer van de parameters moet dan opnieuw worden
uitgevoerd.
Het invoeren van de programmaparameters kan elk gewenst moment door het bedienen van de toets
worden afgebroken. In dat geval worden de instellingen niet opgeslagen.
De globale parameters instellen: zie het hoofdstuk "Globale parameters instellen".
Met de toets
de gewenste parameters selecteren en met de toetsen
Met de toets
de parameter PROG selecteren en met de toetsen
instellen. De LED in de toets
De toets
indrukken, om de instellingen op de gewenste programmaplaats op te slaan. Als bevestiging
START WASH
wordt kort ok weergegeven.
De vorige gegevens van de programmaplaatsen worden bij het opslaan overschreven.
16/126
indrukken om de instellingen op te slaan. Bij het bedienen van de toets
STOP
brandt.
PROG
instellen.
kleiner dan "0" instellen.
volgt geen bevestiging.
STOP
instellen.
instellen.
de gewenste programmaplaats
START WASH
STOP
STOP