HERINNERING
•
Verlaag de frequentie van
detectie van fijnstof 2,5 in de
volgende omgevingen:
•
Zandstormen en andere
extreme omgevingen;
•
Koude gebieden
(omgevingstemperatuur <-
20°C);
•
Extreem vochtige omgevingen
(relatieve vochtigheid >90%).
•
Omgevingen met een
temperatuursverandering
(gevoelig voor condensatie),
zoals het binnenrijden van
een koude omgeving naar
een omgeving met hoge
temperaturen of parkeerplaats.
•
Het draaien op de maximale
ventilatorsnelheid in de
recirculatiemodus kan de
concentratie van fijne deeltjes
in de lucht in de auto snel
verminderen.
Airco-instellingen
•
Ga voor toegang tot het paneel voor
het instellen van de airco naar
① Automatische airconditioning
Vehicle (Auto) → A/C (Airco).
•
Er zijn twee opties beschikbaar: zuinig
② Op afstand bedienbare airco
en comfort.
•
Tik op deze knop om op afstand de tijd
in te stellen dat de airco moet werken.
184
③ Automatische luchtzuivering
•
Tik op deze knop om de automatische
zuiveringsfunctie in te schakelen.
•
Tik nogmaals op deze knop om uit te
schakelen.
④ Automatische luchtrecirculatie
•
Tik op deze knop om deze instelling in
te schakelen.
•
Tik nogmaals op deze knop om uit te
schakelen.
⑤ Ventilatorsnelheid verlagen tijdens
gesprekken
•
Tik op deze knop om deze instelling in
→
te schakelen.
•
Tik nogmaals op deze knop om uit te
schakelen.
Ventilatieopeningen
Ventilatieopening middenvoor
•
Gebruik de ventilatiehendel om de
uitstroomhoek van de lucht aan te
passen.