Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
BYD ETP3 2023 Gebruikershandleiding
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. BYD Handleidingen
  4. Automobielen
  5. ETP3 2023
  6. Gebruikershandleiding

BYD ETP3 2023 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
VERTROUWELIJK
Voertuig BYD ETP3
Gebruikershandleiding
BYD Auto Industry Co., Ltd.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor BYD ETP3 2023

Samenvatting van Inhoud voor BYD ETP3 2023

  • Pagina 1 VERTROUWELIJK Voertuig BYD ETP3 Gebruikershandleiding BYD Auto Industry Co., Ltd.
  • Pagina 2 Naam BYD ETP3 Gebruikershandleiding-ET-NL.DEMO.P02-A3-20231008-NL Bestuurders van informatie voorzien voor veilige en efficiënte Functie bediening van de voertuigen Uitgegeven door Technical Publication Group Land Stad Model EPT3 Aantal Exploitant Monteur Versie Datum 2023/10/08 Pagina Update inhoud Datum Monteur Nieuwe versie De hoeveelheid en...

  • Pagina 3: Superioriteit In Ijver En Oprechtheid Van Hart

    Superioriteit in ijver en oprechtheid van hart Superieure en oprechte dienstverlening Het superieure en oprechte merk BYD werd opgericht in 2006, waarbij het serviceconcept van "Superioriteit in ijver, oprechtheid van hart" is overgenomen door alle aftersales BYD-serviceproviders. Sun Simiao, een beroemde dokter van de Tang-dynastie, verkondigde twee aspecten van de medische ethiek betreffende de karakteristieke eigenschappen van een goede dokter: één is superioriteit, wat inhoudt dat een dokter superieur moet...
  • Pagina 4 Voorwoord Wij danken u voor uw aankoop van het voertuig BYD. Het doornemen van deze handleiding is van essentieel belang voor een correct gebruik van het BYD-voertuig. Mocht u vragen hebben betreffende de inhoud van deze handleiding, neem dan voor hulp contact op met een erkende BYD-serviceprovider.
  • Pagina 5 WAARSCHUWING Voor zaken die moeten worden nageleefd om de veiligheid van personen te verzekeren. ▋ Symbolen gebruikt in de illustraties: Symbool Omschrijving Dit symbool duidt op een bedieningsschakelaar of andere knop (indrukken, draaien, etc.), zonder voortdurende ingreep. Dit symbool duidt op een bedieningsschakelaar of andere knop (indrukken, draaien, etc.), met een voortdurende ingreep.
  • Pagina 6 Voor informatie over de configuratie van het product, raadpleeg de contracten (optioneel) m.b.t. het product of neem contact op met een erkende BYD-serviceprovider die u het product verkocht heeft. Ga voor meningen over hoe u het voertuig kunt gebruiken naar http://club.bydauto.com.cn...
  • Pagina 7 Als een zuiver elektrisch voertuig dat loopt op nieuwe energie, dan vormt dit voertuig een milieuvriendelijk product dat met grote inspanning door BYD werd ontwikkeld. Het accupack is organisch geï ntegreerd met de carrosserie om de veiligheid van de accu en het voertuig volledig te kunnen verzekeren.
  • Pagina 9 Illustratiesindex Zoeken op de illustratie Veiligheidsmaatregelen voor het rijden met het Veiligheid voertuig Het aflezen van instrumenten, Instrumentenset waarschuwingslampjes en indicatielampjes Voertuigportieren en ruiten openen en sluiten, Bediening van afstellingen uitvoeren voor het rijden en andere controller zaken Toepassing en Noodzakelijke ingrepen en suggesties voor bij het rijden rijden...

  • Pagina 10: Inhoudsopgave

    Inhoud Zitting · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 82 Veiligheid Afstelling voorstoel ·...
  • Pagina 11 6-1 Aircosysteem · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 171 Koplamp · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 116 Richtingaanwijzers ·...
  • Pagina 12 Inhoud Luik voorcompartiment · · · · · · · · · · · · · · · · · · 211 procedure in geval van een ongeluk · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 233 Koelvloeistof ·...
  • Pagina 13 Illustratiesindex ■ Ver. A0...
  • Pagina 14 Illustratiesindex Ver. A0...
  • Pagina 15 Illustratiesindex ■ Ver. A0...
  • Pagina 16 Illustratiesindex Ver. A0...
  • Pagina 17 Illustratiesindex Ver. A0...
  • Pagina 18 Illustratiesindex Ver. A0...
  • Pagina 19 Illustratiesindex Ver. A0...
  • Pagina 20 Illustratiesindex ■ Achterklep Ver. A0...

  • Pagina 21: Veiligheid

    Veiligheid 1.1 Veiligheidsgordel · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 20 Inleiding op de veiligheidsgordels · · · 20 Methode voor het gebruik van de veiligheidsgordel ·...

  • Pagina 22: Veiligheidsgordel

    Als veiligheidsgordels beschadigd of afwijkend functioneren, moet u contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider voor de afhandeling en de betreffende stoel(en) niet gebruiken voordat het verholpen is. Ver. A0...

  • Pagina 23: Methode Voor Het Gebruik Van De

    1.1 Veiligheidsgordel Methode voor het gebruik van de veiligheidsgordel 1. Stel de stoel af in de juiste stand en zet de rugleuning in een goede hoek. (Zie 3-2 voor het instellen van de stoel) 2. Trek de veiligheidsgordel soepel over de schouder tot deze geheel uitgetrokken is en diagonaal over de borst loopt.

  • Pagina 24: Middelste Gordel Achter (Optioneel)

    Controleer de veiligheidsgordel regelmatig op insnijdingen, slijtage, loszitten en andere abnormale omstandigheden. In geval van afwijkingen, moet u contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider voor de afhandeling en de betreffende stoel(en) niet gebruiken voordat het verholpen is. De autogordels niet willekeurig verwijderen, demonteren of veranderen.
  • Pagina 25 1.1 Veiligheidsgordel LET OP (VERVOLG) Als er een ongeluk heeft plaatsgevonden, moet u contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider om de veiligheidsgordels te laten inspecteren. Als de voorspanfunctie van een veiligheidsgordel geactiveerd is geweest, moet de gordel vervangen worden. Als er een ernstig ongeluk is gebeurt, zelfs als er geen opvallende schade te zien is, moet de veiligheidsgordel samen met de stoelunit vervangen worden.

  • Pagina 26: Inleiding Op Airbagsysteem

    1-2 Inleiding op airbagsysteem Inlei ding op airbags ysteem Inleiding op airbagsysteem  Het airbagsysteem maakt deel uit van het supplementaire veiligheidssysteem (supplemental restraint system of SRS), in aanvulling op de veiligheidsgordels. Bij een ernstig ongeval, waarbij het systeem in werking treedt, zal de airbag snel afgaan en samen met de veiligheidsgordels extra bescherming bieden aan het hoofd en de borst van de bestuurder en de passagiers om het aantal slachtoffers te beperken.
  • Pagina 27 De airbag kan maar é é nmaal bescherming bij een ongeluk bieden. Zodra een airbag beschadigd of afgegaan is, moet u zorgen dat u het airbagsysteem vervangt.  BYD Auto is niet aansprakelijk voor enige directe of indirecte schade vanwege het niet opvolgen van bovenstaande instructies. Ver. A0...

  • Pagina 28: Activeringscondities Van Het Airbagsysteem

     BYD AUTO heeft bij het instellen van de regelunit van het airbagsysteem ten volle rekening gehouden met het veel voorkomende misbruik en de wegomstandigheden in het land Maar omdat de redenen en vormen van botsingen variëren, moet u voor de veiligheid deze gebruikershandleiding strikt naleven en de auto correct besturen;...

  • Pagina 29: Passagiersairbag (Optioneel)

    Neem in de volgende gevallen contact op met een erkende BYD-serviceprovider.  Als de bekleding over de airbag...

  • Pagina 30: Omstandigheden Waarbij De Airbags Kunnen Afgaan

    1-2 Inleiding op airbagsysteem  Wanneer het voorstuk van het voertuig (het deel in de schaduw op de afbeelding) een botsing doorstaat, gaan de airbags niet af.  Als het airbag-indicatielampje op het combi-instrument afwijkend oplicht. Omstandigheden waarbij de airbags kunnen afgaan ...
  • Pagina 31 1-2 Inleiding op airbagsysteem  Als het voertuig een uitstekende stoep, stoeprand of iets anders raakt  Als het voorstuk van het voertuig de grond raakt als het voertuig hellingafwaarts rijdt.  Als het voertuig een zijdelingse aanrijding met een ander voertuig ondergaat.

  • Pagina 32: Omstandigheden Waarbij De Airbags Niet Kunnen Afgaan

    1-2 Inleiding op airbagsysteem Omstandigheden waarbij de airbags niet kunnen afgaan  Als de auto een betonnen kolom, boom of een ander lang en slank voorwerp raakt;  Als het voertuig het onderste gedeelte van de achterzijde van een vrachtwagen raakt;...
  • Pagina 33 1-2 Inleiding op airbagsysteem  Als het voertuig een muur of een ander voertuig raakt op een ander deel dan de voorzijde;  Als een ander deel van het voertuig dan de cabine een zijdelingse aanrijding ondergaat;  Als een zijde van het voertuig een schuine botsing ondergaat;...

  • Pagina 34: Klassificatie Van Kinderbeveiligingssysteem

    WARME TIP BYD beveelt aan dat u gebruik maakt van een kinderbeveiligingssysteem. Uit studies blijkt dat een kinderbeveiligingssysteem op de middelste zitplaats veiliger is dan op de voorstoel.

  • Pagina 35: Klassificatie Van

    1-3 Klassificatie van kinderbeveiligingssysteem Installatie van kinderbeveiligingssysteem (optioneel)  Bevestig het kinderbeveiligingssysteem op de buitenste zitplaats van de middelste rij volgens de installatiehandleiding van de fabrikant daarvan.  Installeer het kinderbeveiligingssysteem niet op de voorstoel. Installeer het kinderbeveiligingssysteem met een ISOFIX-verankering De buitenste stoelen van de middelste rij zijn voorzien van speciale verankeringshendels.
  • Pagina 36 1-3 Klassificatie van kinderbeveiligingssysteem Installatie van het kinderbeveiligingssysteem: 1. Controleer de positie van de speciale verankeringshendel en installeer het kinderbeveiligingssysteem in de voertuigstoel. WAARSCHUWING Bij gebruik van een onderste verankering, moet u zorgen dat er geen vreemde voorwerpen rond de verankering zitten en dat de veiligheidsgordel van de stoel niet vastzit achter het kinderzitje.
  • Pagina 37 1-3 Klassificatie van kinderbeveiligingssysteem WARME TIP Als het kinderbeveiligingssysteem voorzien is van een bovenste bevestigingsband, moet u die band vastzetten aan het verankeringspunt. 4. Installeer de hoofdsteun opnieuw. WAARSCHUWING Duw / trek het kinderzitje in verschillende richtingen om te controleren of het goed geï...
  • Pagina 38 1-3 Klassificatie van kinderbeveiligingssysteem Informatie over geschiktheid verschillende stoelen voor kinderbeveiligingssysteem: Stoel (of andere posities) Massagroep Voorpassagier Middelste rij Achterste rij Groep 0 (minder dan 10 kg) Groep 0+ (minder dan 13kg) Groep I U/UF (9 ~ 18 kg) Groep II (15 ~ 25 kg) Groep III (22 ~ 36 kg)
  • Pagina 39 1-3 Klassificatie van kinderbeveiligingssysteem Informatie over de geschiktheid van verschillende ISOFIX-posities voor een ISOFIX- kinderbeveiligingssysteem Stoel (of andere posities) Massagroep Grootte Armatuur Voorpassagier Middelste rij Achterste rij ISO/L1 Reiswieg ISO/L2 Groep 0 (minder dan 10 ISO/R1 ISO/R1 Groep 0+ ISO/R2 (minder dan 13kg) ISO/R3...

  • Pagina 41: Instrumentenset

    Instrumentenset 2-1 Combi-instrument uiterlijk · · · · · · · · 40 Combi-instrument uiterlijk · · · · · · · · · · · · 40 Rij-informatie van voertuig · · · · · · · · · · · 43 2-2 Indicatie en waarschuwingslampje ·...

  • Pagina 42: Combi-Instrument Uiterlijk

    2-1 Combi-instrument uiterlijk Combi-instrument uiterlijk Combi-instrument uiterlijk Detail van combi-instrument Snelheidsmeter  Als het voertuig in de OK-modus verkeert, toont de kilometerteller de voertuigsnelheid. Ver. A0...
  • Pagina 43 2-1 Combi-instrument uiterlijk Tijdinformatie  Als het voertuig in de OK-modus verkeert, toont de informatie de huidige tijd.  Als het voertuig is voorzien van een radio kan de tijd ingesteld worden via het instrumentmenu. Als het voertuig is voorzien van multimedia, kan de tijd automatisch worden gekalibreerd door GPS of worden ingesteld via het multimediamenu.
  • Pagina 44 2-1 Combi-instrument uiterlijk Afgelegde kilometerstand  De afgebeelde informatie wordt in de illustratie rechts afgebeeld: ODO – geeft de totale kilometerstand weer die het voertuig heeft afgelegd. TRIP A / TRIP B – geeft verschillende afstanden weer die het voertuig heeft afgelegd sinds de dubbele tripmeter gereset ODO/TRIP omschakeling / resetknop –...

  • Pagina 45: Rij-Informatie Van Voertuig

    2-1 Combi-instrument uiterlijk Rij-informatie van voertuig Voertuigrij-informatie zal worden afgebeeld als er geen fout promptmelding is. De inhoud van de voertuigrij-informatie kan worden geselecteerd met de knop op het stuurwiel Scherm voor rij-informatie van het voertuig  Actieradius Duidt het geschatte bereik aan dat het voertuig kan worden gereden op grond van de huidige laadstatus (SOC).
  • Pagina 46 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Accumulatief gemiddeld stroomverbruik gerelateerde kosten Het geeft een indicatie van de kosten van het gemiddelde stroomverbruik van de aflevering van het voertuig door de fabriek tot de huidige status.  Kosten van gemiddeld stroomverbruik over de laatste 50 km Dit duidt op het gemiddelde stroomverbruik voor de afgelopen 50 km.

  • Pagina 47: Systeeminformatie

    2-1 Combi-instrument uiterlijk  Rijtijd Dit geeft de rijtijd in OK-modus weer sinds de vorige reset. De knop op het stuurwiel meer dan 2 s indrukken en ingedrukt houden kan de informatie op nul resetten.  Energiestroom Deze informatie geeft de status weer van de energiestroom tussen motor, accu en wiel.
  • Pagina 48 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Op de oplaadscherm wordt de huidige oplaadinformatie weergegeven. In het geval dat de figuur afgebeeldt, is het opladende vermogen geringer dan het stroomverbruik; daarom moeten grote stroomverbruikers uitgeschakeld worden om te maken dat de accu kan worden opgeladen. ...
  • Pagina 49 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Dit duidt erop dat het opladen is voltooid.  Het vooraf ingestelde pauzescherm wordt afgebeeld na de vooraf ingestelde oplaadinstelling. Om de vooraf ingestelde oplaadfunctie te annuleren, moet u de knop op het stuurwiel indrukken en ingedrukt houden.
  • Pagina 50 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Als het voertuig rijdt moet u de EPB vrijgeven.  Zet pook in P-stand (parkeren).  Schakel uit de P-stand om EPB vrij te geven.  Deze melding wordt weergegeven als de voertuigsnelheid de ingestelde waarde van de waarschuwingssnelheid overschrijdt.
  • Pagina 51 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Deze melding wordt weergegeven als het tijdstip voor de onderhoudsbeurt nadert.  Deze melding wordt weergegeven als de accuspanning laag is.  Deze melding wordt weergegeven als het onderhoudskilometrage is bereikt.  Deze melding wordt weergegeven als zowel het tijdstip als het kilometrage voor de onderhoudsbeurt nabij zijn.
  • Pagina 52 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Deze melding wordt weergegeven als zowel het tijdstip als het kilometrage voor de onderhoudsbeurt zijn bereikt.  Deze melding wordt weergegeven als de START/STOP-knop ingedrukt wordt terwijl de sleutel zich niet binnen het detectiebereik bevindt.  Dit bericht duidt aan dat de sleutelbatterij vanwege de geringe spanning vervangen moet worden.
  • Pagina 53 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Deze melding duidt aan dat het EPB- systeem momenteel geactiveerd is.  Deze melding duidt aan dat het EPB- systeem momenteel gedeactiveerd  Dit duidt aan dat het voertuig nu gestart is en dat ermee in de versnelling kan worden gereden.

  • Pagina 54: Foutinformatie

    BYD-serviceprovider als het probleem hierna voortduurt.  Deze melding duidt op een fout in het remsysteem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD- serviceprovider.  Deze melding duidt op een fout in het EPB-systeem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD- serviceprovider.
  • Pagina 55 2-1 Combi-instrument uiterlijk  Deze melding duidt op een fout in het ABS-systeem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD- serviceprovider.  Deze melding duidt op een fout in de gelijkstroom, dynamo, accu (12V- accu) of een ander systeem. Stop in...
  • Pagina 56  Deze melding duidt op een mogelijke fout in het huidige datanetwerk. Stop in dit geval het voertuig en neem contact op met een door BYD geautoriseerde serviceprovider.  Deze melding duidt op een fout in het airbagsysteem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD-serviceprovider.
  • Pagina 57 Deze melding duidt op er een fout in bandenspanningscontrolesysteem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD-serviceprovider.  Deze melding duidt op een fout in het ESP-systeem. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD- serviceprovider. Ver. A0...

  • Pagina 58: 2-2 Indicatie En Waarschuwingslampje

    2-2 Indicatie en waarschuwingslampje Indicatie en waarsc huwingslampje Operationele indicatielampjes Indicatielampjes dienen om de bestuurder te waarschuwen voor de functionele status van alle voertuigsystemen. Richtingaanwijzer links Hoofdwaarschuwingsindicatie Richtingaanwijzer rechts Elektronische parkeerremindicatie Grootlichtindicatie Vermogensaccu oplaadverbindingsindicatie Positieverlichtingsindicatie OK-indicatielampje Mistlampenindicatie Waarschuwingslampje veiligheidsgordel bestuurder Mistachterlichtindicatie Portierstatusindicatie Anti-diefstalindicatie...

  • Pagina 59: Foutwaarschuwingslampjes

    Als de parkeerrem niet normaal kan worden gebruikt, moet u het voertuig parkeren en contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider. Oplaadsysteem waarschuwingslampje Stop het voertuig en neem contact op met een door BYD geautoriseerde serviceprovider. Aandrijflijnfout waarschuwingslampje (optioneel) Zend het voertuig voor inspectie naar een erkende BYD-serviceprovider als dit indicatielampje blijft oplichten.
  • Pagina 60 2-2 Indicatie en waarschuwingslampje ESP-fout waarschuwingslampje (optioneel) Zend het voertuig voor inspectie naar een erkende BYD-serviceprovider als dit indicatielampje blijft oplichten of knipperen. Bandenspanningscontrolesysteem foutwaarschuwingslampje (optioneel) Zend het voertuig voor inspectie naar een erkende BYD-serviceprovider als dit indicatielampje blijft oplichten.

  • Pagina 61: 2-3 Menu-Aanpassing

    2-3 Menu-aanpassing Menu-aanpassi ng Afstelknop  Door het indrukken van de stuurwielknoppen, kunt u in het menu gaan en dit aanpassen. wordt gebruikt om een geselecteerd menu-item te bevestigen. wordt gebruikt om op / neer te bladeren in de menuselectiebalk. Menu-aanpassingsfunctie ...
  • Pagina 62 2-3 Menu-aanpassing  Tijd (als het voertuig een radio heeft) Functie om instrumenttijd in te stellen  Klok Stel de tijd van de schermweergave in  Tijdsformaat Stel het formaat van de tijd van de schermweergave in  Onderhoud: Dit dient om de voertuig onderhoudsinformatie in te stellen.
  • Pagina 63 2-3 Menu-aanpassing onderhoudstijdstip in te stellen. Afgebeeld item Functie Dit duidt op het huidige ingestelde X dagen of "OFF" onderhoudstijdstip. Als de functie is gedeactiveerd wordt "OFF" afgebeeld. Dit dient om de onderhoudstijdstipfunctie te deactiveren. Dit dient om het onderhoudstijdstip uit te “▲”...
  • Pagina 64 2-3 Menu-aanpassing  Personalisering: Dit dient om de functiestatus van andere voertuigmodules in te stellen. Taalinstelling Snelheidswaarschuwing Automatische deurvergrendeling Taal: Dit dient om de taal van het besturingssysteem in te stellen, waaronder: Vereenvoudigd Chinees Engels Voertuigwaarschuwing: Dit dient om de snelheidslimiet van het voertuig in te stellen in het bereik 60 km/u ~ 180 km/u.
  • Pagina 65 2-3 Menu-aanpassing Afgebeeld item Functie Dit duidt op de ingestelde huidige XXX km of "OFF" snelheidswaarschuwingslimiet. Als de functie is gedeactiveerd wordt "OFF" afgebeeld. Dit dient om de snelheidwaarschuwingsfunctie uit te schakelen. Dit dient om de snelheidwaarschuwings- “▲” limiet te verhogen in stappen van 10 km/u Dit dient om de snelheidwaarschuwings- “▼”...
  • Pagina 66 2-3 Menu-aanpassing Valuta: RMB/ dollar Druk: kPa / psi / bar Eenheidsprijs van elektriciteit: Dit wordt ingesteld op grond van plaatselijke eenheidsprijs. Integer Decimaal Ver. A0...
  • Pagina 67 2-3 Menu-aanpassing Energie feedback sterkte instelling: Dit dient voor instelling van energie feedback aan accupack volgens gebruikersvereisten.  Fabrieksreset: Dit dient om alle operationele items van het combi- instrument te resetten op hun fabrieksstatus. Ver. A0...

  • Pagina 69: Bediening Van Controller

    Bediening van controller 3-1 Sleutels en deuren · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 68 Inleiding op sleutels · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 68 Ontgrendelen en vergrendelen ·...

  • Pagina 70: 3-1 Sleutels En Deuren

    3-1 Sleutels en deuren Sleutels en deur en Inleiding op sleutels Sleutels omvatten een elektronische intelligente en een mechanische sleutel  Elektronische intelligente sleutel: Dit dient om de deuren te vergrendelen / ontgrendelen, de bagageklep te openen, of het voertuig te vinden met de afstandsbediening.

  • Pagina 71: Sleutelnummerplaatje

    Controleer of er een radiostation of radiozender van een luchthaven in de buurt is die de normale werking van de elektronische intelligente sleutel storen. De sleutelbatterij kan leeg zijn. Verzoek in zo'n geval een erkende BYD- serviceprovider om de batterij te vervangen.

  • Pagina 72: Ontgrendelen En Vergrendelen

    3-1 Sleutels en deuren  Neem, als u uw intelligente sleutel verloren heeft, contact op met een erkende BYD- serviceprovider om diefstal of onverwachte ongelukken met uw voertuig te voorkomen.  U kunt stand-bysleutels registreren voor een voertuig. Neem voor details contact op met een erkende BYD-serviceprovider.

  • Pagina 73: Ver-/Ontgrendelen Met De Elektronische Intelligente Sleutel

    3-1 Sleutels en deuren Ver-/ontgrendelen met de elektronische intelligente sleutel Deuren ver-/ontgrendelen, druk langzaam maar stevig op de betreffende toets.  Vergrendelen: Indrukken om alle Op dat deuren tegelijk te vergrendelen. moment knipperen de richtingaanwijzers eenmaal. Controleer of alle deuren vergrendeld zijn.

  • Pagina 74: Voertuig Localisatie

    START/STOP-knop wordt ingedrukt. Zie "Het voertuig starten met een intelligente sleutel met een lege batterij" in hoofdstuk IV. Neem van te voren contact op met een erkende BYD-serviceprovider voor de vervanging van de sleutelbatterij om te zorgen dat het PEPS-systeem normaal functioneert. Het stuurslot zit vast als het groene lampje op de START/STOP-knop knippert wanneer de knop voor het inschakelen wordt ingedrukt.

  • Pagina 75: Ver-/Ontgrendeling Met Microschakelaar

    3-1 Sleutels en deuren Ver-/ontgrendeling met microschakelaar De PEPS-functie komt beschikbaar als er een geregistreerde intelligente sleutel binnen het activeringsgebied gedragen wordt.  Locaties van detectie-antennes Uitwendige detectie-antenne Interieurdetectie-antenne voor Interieurantennes midden en achter (optioneel)  Activeringsgebied Toegangsfunctie activeringsgebied: binnen ca. 1 m van de microschakelaar op de linker voordeurhandgreep of bagageklep.

  • Pagina 76: Anti-Diefstalsysteem

    3-1 Sleutels en deuren  Vergrendelen: Als de deuren onvergrendeld zijn, moet u de intelligente sleutel bij u hebben en langzaam en stevig drukken op de deurhandgreep om alle deuren tegelijk te vergrendelen, als alle deuren, de voorcompartimentklep en de bagageklep Op dat moment knipperen de gesloten zijn.

  • Pagina 77: Systeem Instellen

    3-1 Sleutels en deuren Systeem instellen  Schakel het voertuig uit.  Verzoek alle passagiers uit te stappen.  Vergrendel alle deuren. Als alle deuren vergrendeld zijn blijft de anti-diefstalindicatie branden. Het anti-diefstalsysteem wordt na 8 s. automatisch ingeschakeld. Zodra het systeem ingesteld is, begint de anti-diefstalindicatie op het combi-instrument te knipperen.

  • Pagina 78: Schuifdeur

    3-1 Sleutels en deuren Schuifdeur Ver/ontgrendelen met vergrendelingsknop in interieur Vergrendelen: Schuif de vergrendelknop vooruit. Ontgrendelen: Schuif de vergrendelknop achteruit. Als de vergrendelknop in vergrendelde stand staat, zal het sluiten van de schuifdeur deze vergrendelen. De sleutel niet in het voertuig achterlaten. Openen en sluiten met deurhandgrepen ...

  • Pagina 79: Kinderslot Van Schuifdeur (Optioneel)

    3-1 Sleutels en deuren Kinderslot van schuifdeur (optioneel)  Zet het hendeltje omlaag in de vergrendelde stand als afgebeeld.  Bij geactiveerd kinderslot kan de schuifdeur niet opengaan door aan de interieurhandgreep te trekken. Dit is de aanbevolen functie als er kinderen in het voertuig zitten.

  • Pagina 80: Consoledeurvergrendeling

    3-1 Sleutels en deuren Ruitvergrendelingsschakelaar (optioneel) Druk op deze schakelaar om de ruitbedieningsknoppen op de rechter voordeur en de achterdeuren uit te schakelen. Consoledeurvergrendeling █ Deze knop indrukken als alle Vergrendelen vier deuren gesloten zijn. █ Deze knop indrukken Ontgrendelen ontgrendelt alle vier vergrendelde deuren.

  • Pagina 81: Elektrische Ruit In Schuifdeur (Optioneel)

    3-1 Sleutels en deuren Elektrische ruit voorpassagiersdeur  Met ingeschakeld voertuig (OK), kan met de ruitbedieningsschakelaar op de voorpassagiersdeur die ruit op- en neer bediend worden.  Als het voertuig UIT-geschakeld is en de linker en rechter voordeuren niet open zijn, kunnen alle elektrische ruiten nog 10 minuten werken.

  • Pagina 82: Bagageruimteklep

    3-1 Sleutels en deuren Bagageruimteklep Ont-/vergrendelen van bagageklep  Ontgrendeling: Als u met de goede sleutel op zak de microschakelaar op de bagageklep indrukt worden alle deuren en de bagageklep ontgrendeld. Druk op de bagageklepknop en trek de klep open. ...

  • Pagina 83: Noodontgrendeling Van Achterklep

    3-1 Sleutels en deuren Achterklepknop 1. Als u de geldige sleutel bij u hebt kunt u op de microschakelaar drukken of die sleutel gebruiken voor het ontgrendelen. 2. Druk op de bagageklepknop en trek de klep open. Noodontgrendeling van achterklep Verwijder het afdekkapje van de onderhoudspoort van het achterklepslot en trek aan de ONTGRENDELINGS-schakelaar om de achterklep te...

  • Pagina 84: Zitting

    3-2 Stoelafstelling Stoel afstelling Zitting Voorzorgsmaatregelen voor stoelverstelling  Verstel de bestuurdersstoel zodat het rempedaal, het stuurwiel en de dashboardbediening zich binnen een afstand bevinden zodat de bestuurder er eenvoudig bij kan. Omdat het schouderdeel van de veiligheidsgordel niet goed op het lichaam kan aansluiten moet u de rugleuning niet in een rijdende voertuig in de slaapstand zetten.

  • Pagina 85: Afstelling Voorstoel

    3-2 Stoelafstelling Afstelling voorstoel  Rugleuninghoek afstelling Trek de rugleuninginstelhendel naar boven. Kantel de rugleuning in de gewenste stand. Laat de instelhendel los om de rugleuning te arreteren. Als het voertuig geparkeerd is, mag de rugleuning omlaag geklapt worden zodat de gebruiker kan uitrusten.

  • Pagina 86: Afstelling Achterstoel

    3-2 Stoelafstelling Afstelling achterstoel Omklappen van achterste rij (zeven zitplaatsen)  Vouwen rugleuninghoek 1. Druk de afstelknop in om de hoofdsteun in de laagste stand te zetten met de methode voor het instellen van de hoofdsteun. 2. Trek aan de lus en draai de hoofdsteun in de gewenste stand, laat dan de lus los en klap de rugleuning naar voren tot die op de zitting ligt.
  • Pagina 87 3-2 Stoelafstelling 2. Bevestig de stoel haak met de middelste hoofdsteun hendel om de stoel vast te zetten.  Stoelen uitklappen 1. Plaats de haak in het opbergzakje onder de zitting. 2. Vouw de stoel achteruit volgens de bedieningsinstructie aangeduid met de pijl, zodat de borgpen veilig is vergrendeld in vloerborgring B.

  • Pagina 88: Armleuningafstelling

    3-2 Stoelafstelling Armleuningafstelling Trek zoals afgebeeld in de figuur de armleuning neer / op om die te openen / weg te klappen. Hoofdsteunafstelling  Hoofdsteun hoger zetten Schuif de hoofdsteun omhoog tot een goede hoogte en laat deze dan los. ...

  • Pagina 89: Stuurinrichting

    3.3 Stuurinrichting Stuurinric hti ng Stuurwielschakelaargroep  ENTER Druk in het menuscherm deze knop eenmaal in om de betreffende submenu- opties in het menu te selecteren. Druk in het voertuig rij-informatiescherm op deze knop voor 2s of langer om de bijbehorende rij-informatie van het voertuig te wissen;...
  • Pagina 90 3.3 Stuurinrichting  Motor geluidssimulatie uit-schakelaar Druk op de motorgeluidssimulatie uit-schakelaar om de simulatiefunctie uit te zetten zodat de simulator bij lage snelheid geen geluid maakt. Druk opnieuw op de schakelaar om de simulatiefunctie in te schakelen en dan kan de simulator geluid bij lage snelheid produceren.
  • Pagina 91 3.3 Stuurinrichting █ Telefoonknop (optioneel) Druk op deze knop om een oproep te accepteren (het audiosysteem zal gedempt worden als de knop wordt ingedrukt) en ga in de bluetooth gespreksinterface. Druk als het systeem een scherm te zien geeft die niet met bluetooth te maken heeft, als bluetooth niet verbonden is, deze knop eenmaal om het systeem in het hoofdscherm van de telefoonselectie te laten gaan;...

  • Pagina 92: 3-4 Schakelaar

    3-4 Schakelaar Schakelaar Schakelaargroep #1 Schakelaarset no. 1 bevat de verstelknoppen voor de elektrische buitenspiegel en de koplampenafstelling. Verstelknop elektrische buitenspiegel  Verstelknop elektrische buitenspiegel (optioneel; zie Gedeelte IV van Hoofdstuk IV voor details). Verstelknop koplampenafstelling  Deze schakelaar wordt gebruikt om de bundelhoek van de koplampen op/neer af te stellen.

  • Pagina 93: Knop Alarmknipperlichten

    3-4 Schakelaar Knop alarmknipperlichten Zoals op de afbeelding te zien is, wordt door het indrukken van deze knop de alarmknipperlichtknop automatisch vergrendeld, beginnen alle richtingaanwijzers te knipperen ( ) knipperen de richtingaanwijzers op het combi-instrument synchroon. Door de knop opnieuw in te drukken wordt deze gereset en zullen de richtingaanwijzers en de indicatielampjes daarvan ophouden te knipperen.

  • Pagina 94: Esp Off Knop (Optioneel)

    3-4 Schakelaar ESP OFF knop (optioneel)  Druk op deze knop om het ESP-systeem uit te schakelen als de betreffende indicatie op het combi-instrument brandt.  Druk weer op deze knop om het ESP- systeem in te schakelen als de betreffende indicatie op het combi-instrument uitgaat.

  • Pagina 95: Toepassing En Rijden

    Toepassing en rijden 4-1 Hoofdpunten van toepassing · · · · · · 94 Inrijdperiode · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 94 Voorzorgen voor veilig rijden ·...

  • Pagina 96: 4-1 Hoofdpunten Van Toepassing

    4-1 Hoofdpunten van toepassing Hoofdpunten van toepassing Inrijdperiode  Controleer het voertuig onmiddellijk als de aandrijflijn moeilijk te starten is of vaak afslaat.  Stop en controleer het voertuig als de aandrijflijn afwijkende geluiden maakt.  Stop en controleer het voertuig als de aandrijflijn ernstige lekkage heeft van koelvloeistof en smeerolie.

  • Pagina 97: Voertuigbrand

     Breng het voertuig regelmatig naar een erkende BYD-serviceprovider voor inspectie. Controleer met regelmatige tussenpozen of er olielekkage is uit het voorcompartiment en reinig olievuil en olieplekken van de motor, om zo het optreden van brand ten gevolge van vervluchtiging van olievuil of olievlekken te vermijden.
  • Pagina 98 4-1 Hoofdpunten van toepassing Vermijd het berijden van weggedeelten die bezaaid zijn met brandbare stoffen, zoals droge bladeren, tarwestroo en gras, of stop het voertuig onmiddellijk om te controleren of er brandbare stoffen worden meegevoerd na het passeren van dergelijke weggedeelten. Vermijd zoveel mogelijk het stoppen met het voertuig op een plaats met blootstelling aan de zon.

  • Pagina 99: Voorkoming Van Water In Het Voertuig Door Overstroming In Het Regenseizoen

    4-1 Hoofdpunten van toepassing Voorkoming van water in het voertuig door overstroming in het regenseizoen  Zorg dat u de waterdiepte vaststelt voordat u het voertuig door overstroomde weggedeelten rijdt. Het waterniveau moet niet hoger staan dan de onderrand van de voertuigcarrosserie. ...

  • Pagina 100: Veiligheidsinspectie Voor Het Rijden

    Controleer de banden op afwijkingen en overmatige slijtage. In geval van overmatige of excentrieke slijtage moet u het voertuig bij een erkende BYD-serviceprovider laten uitlijnen en de relevante inspecties laten uitvoeren. ...

  • Pagina 101: Methode Voor Starten Motor

     Vervang de batterij van de elektronische intelligente sleutel. Als de batterij van de elektronische intelligente sleutel leeg is, moet u contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider om de batterij te laten vervangen. Ver. A0...

  • Pagina 102: Noodsituatie

    4-1 Hoofdpunten van toepassing Het voertuig starten met een elektronische intelligente sleutel met een lege batterij  Als de motor niet met de elektronische intelligente sleutel kan worden gestart op de normale wijze door een lege batterij, dan kunt u het voertuig met de volgende stappen starten: Druk op de START/STOP-knop en het waarschuwingslampje van het elektronische...

  • Pagina 103: Opstarten En Rijden

    START/STOP-knop om het voertuig te starten. Zie “Het voertuig starten met een intelligente sleutel met een lege batterij” in dit hoofdstuk voor de details. Verzoek een erkende BYD-serviceprovider de batterij te vervangen. Als u de motor in korte tijd geregeld moet starten, moet u 10s wachten voor iedere startcyclus.

  • Pagina 104: Batterijstroombesparing

    4-2 Opstarten en rijden  De bestuurder moet zeker weten dat hij/zij de elektronische intelligente sleutel bij zich heeft bij het rijden en als hij/zij in of uit het voertuig stapt. LET OP Raak de START/STOP-knop niet willekeurig aan bij het rijden met het voertuig. Als het nodig is om het voertuig uit te schakelen tijdens het rijden, moet u de START/STOP-knop langer dan 3s ingedrukt houden.

  • Pagina 105: Peps-Systeem Reactiveren

    4-2 Opstarten en rijden PEPS-systeem reactiveren  Om het PEPS-systeem te reactiveren moet u een van de volgende methodes gebruiken: Als u de elektronische intelligente sleutel bij u heeft, drukt u op de microschakelaar op de handgreep van de deur linksvoor of op de achterklep. Gebruik de afstandsbediening.

  • Pagina 106: Stuurinrichting

    Als het waarschuwingslichtje voor een fout in het stuursystem gaat branden wordt de besturing zwaar. Houd het stuurwiel stevig vast bij het rijden. Parkeer het voertuig op een veilige plek en neem contact op met een erkende BYD-serviceprovider. Ver. A0...

  • Pagina 107: Versnellingsbakactuator

    4-2 Opstarten en rijden Versnellingsbakactuator Versnellingspook van de automatische transmissie Stand van de Functie versnellingshendel Parkeerversnelling Achteruit Neutrale versnelling Rijversnelling P-versnelling vergrendeling Als u bij ingeschakeld voertuig (OK), de knop van de P-versnellingsvergrendeling indrukt, zal de controller besturen volgens de huidige voertuigstatus.

  • Pagina 108: 4-3 Toepassing Van Hulprijfuncties

    4-3 Toepassing van hulprijfuncties Toepassing van hul prijfuncti es Elektronische parkeerremsysteem (EPB) Elektronische parkeerremschakelaar De elektronische parkeerremschakelaar kan de traditionele handremhendel vervangen.  De elektronische parkeerremschakelaar is geï nstalleerd op het schakelpaneel. Elektronische parkeerrem handmatig bedienen Trek de op en dan gaat de indicatie op het instrumentcluster eerst knipperen voordat Als deze indicatie aanblijft, duidt dit erop dat de parkeerrem is ingeschakeld deze aanblijft.

  • Pagina 109: Elektronische Parkeerrem Handmatig Vrijzetten

    4-3 Toepassing van hulprijfuncties  Elektronische parkeerrem automatisch bedienen als schakelpook in P-stand staat: Nadat het voertuig is afgeremd en geparkeerd P-stand, zal de elektronische parkeerrem automatisch aangetrokken worden. Laat het rempedaal los als de indicatie op het combi-instrument na te knipperen aanblijft en de melding "EPB geactiveerd"...

  • Pagina 110: Noodstopfunctie

    Als de elektronische parkeerrem hierna niet kan worden vrijgegeven, moet u onmiddellijk contact opnemen met een BYD-provider.  Als alleen de elektronische parkeerremschakelaar wordt opgetrokken, zal het remmende effect zwak zijn.

  • Pagina 111: Elektronische Parkeerremindicatie

     Als er een brandende geur wordt geroken of abnormale geluiden worden gehoord na een noodremingreep moet u contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider. WAARSCHUWING Om het slippen op een helling te voorkomen, moet u het voertuig niet parkeren met de versnellingspook als u uitstapt, maar de elektronische parkeerrem wel gebruiken en het voertuig met de versnellingspook in de P-stand parkeren.

  • Pagina 112: Parkeerassistentiesysteem (Optioneel)

    4-3 Toepassing van hulprijfuncties Parkeerassistentiesysteem (optioneel) WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van de parkeerassistentiesensoren: Gebruik de sensoren niet als de voertuigsnelheid boven 10 km/u ligt. Voeg geen andere voorwerpen toe binnen het werkbereik van de sensoren. LET OP Voeg geen andere voorwerpen toe binnen het werkbereik van de sensoren.
  • Pagina 113 4-3 Toepassing van hulprijfuncties Parkeerassistentieknop (optioneel)  De aan/uit-knop van de achteruitrijsensor staat standaard aan en de indicatie licht op. Als de versnellingspook in de R-stand is gezet, zal de achteruitrijsensor ingeschakeld zijn. Er wordt een waarschuwingsmelding gegeven als er een obstakel is in de omgeving van het voertuig.

  • Pagina 114: Afstandsweergave En Luidspreker

    4-3 Toepassing van hulprijfuncties Afstandsweergave en luidspreker Wanneer de sensoren een obstakel detecteren, worden de oriëntatie van het obstakel en de geschatte afstand tussen voertuig en obstakel weergegeven en begint de luidspreker te klinken. Bovendien zal de bijbehorende indicatie knipperen met dezelfde frequentie. ...
  • Pagina 115 4-3 Toepassing van hulprijfuncties Werkende sensoren  Als u achteruit rijdt, zullen alle sensoren functioneren.  De detectiezones van sensoren staan in de figuur weergegeven. Omdat de detectiezones beperkt zijn, moet u zorgen dat u de omgeving van het voertuig bekijkt voordat u zacht achteruit gaat rijden.

  • Pagina 116: Sensordetectie-Informatie

    4-3 Toepassing van hulprijfuncties Sensordetectie-informatie  De sensorprestaties bij de juiste obstakeldetectie kan worden gehinderd door bepaalde voertuigomstandigheden en de omgeving van het voertuig. De volgende omstandigheden kunnen van invloed zijn: Er zit vuil, water of mist op de sensor. De sensor is bedekt met sneeuw of bevroren.

  • Pagina 117: Achteruitrijbeeldsysteem (Optioneel)

     Het wordt aanbevolen het voertuig bij een erkende BYD-serviceprovider te brengen voor inspectie als zo'n situatie blijft bestaan. Achteruitrijbeeldsysteem (optioneel) Als u met het voertuig achteruitrijdt, wordt er automatisch een achteruitrijbeeld op het scherm weergegeven.

  • Pagina 118: Specificaties Van Andere Hoofdfuncties

    4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Specific ati es van ander e hoofdfuncti es Koplamp Type I configuratie (optioneel)  Draai de lichtregelknop bovenaan de multifunctionele schakelaar om de volgende lichten aan te zetten:  OFF: draai alle koplampen uit.  schakel alle positielichten in (incl.
  • Pagina 119 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Type II configuratie (optioneel)  Draai de lichtregelknop bovenaan de multifunctionele schakelaar om de volgende lichten aan te zetten:  OFF: draai alle koplampen uit.  Positielichten: schakel alle positielichten in (incl. positielichten voor, achter, en nummerplaatverlichting, achtergrondverlichting van combi-instrument en voertuigachtergrondverlichting).
  • Pagina 120 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Grootlicht  : Duw de Grootlicht aan of uit lichtschakelaar vanuit de oorspronkelijke stand (naar de andere kant van het stuurwiel) naar voren om het grootlicht in te schakelen; trek de lichtschakelaar terug in de oorspronkelijke stand om het grootlicht uit te schakelen.

  • Pagina 121: Richtingaanwijzers

    4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Richtingaanwijzers Druk het pookje een beetje op / neer en de richtingaanwijzers zullen knipperen. Na het loslaten van het pookje zal dit weer in de oorspronkelijke stand terugkeren. Als het pookje tot het hoogste of laagste punt wordt getrokken, zelfs na het loslaten daarvan, zullen de richtingaanwijzers constant knipperen en uitgaan nadat het voertuig de bocht heeft voltooid.

  • Pagina 122: Mistlampvoor (Optioneel)

    4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Mistlampvoor (optioneel)  Schakel als de koplampen branden het mistlicht voor in met de betreffende schakelaar.  Mistlampen voor inschakelen: Draai de schakelaar omhoog in de stand, en de indicatie op het dashboard gaat branden. ...

  • Pagina 123: Interieurlichtschakelaar (Optioneel)

    4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Interieurlichtschakelaar (optioneel) Interieurverlichting voor & achter Configuratie 1 Interieurverlichtingsschakelaar Deurlichtschakelaar  Druk op de interieurverlichtingsschakelaar om deze in te schakelen; druk hier opnieuw op om de interieurverlichting uit te schakelen.  Als de DEUR-schakelaar wordt ingedrukt, gaat de DEUR-indicatie branden en gaat de interieurverlichting automatisch branden als er een deur wordt geopend, en gaan ze automatisch binnen 15 seconden uit nadat alle deuren zijn gesloten of binnen enkele minuten nadat het voertuig is uitgeschakeld.
  • Pagina 124 Interieurverlichtingsschakelaar links Interieurverlichtingsschakelaar rechts Als de schakelaar voor de linker/rechter interieurverlichting is ingedrukt, zal de linker/rechter interieurverlichting branden. Raak de linker/rechter interieurverlichting opnieuw aan. Als de schakelaar voor de interieurverlichting weer ingedrukt wordt, zal de linker/rechter interieurverlichting weer uitgaan. Ver. A0...
  • Pagina 125 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Noodhulp eCall (indien aanwezig) eCall belt het alarmnummer, en de eCall functie is af-fabriek standaard geactiveerd. Als de gebruiker minder dan 10 s op de SOS-knop drukt en de SOS-knop niet binnen 5 s opnieuw wordt ingedrukt of losgelaten, zal het systeem handmatig eCall activeren en de noodcentrale bellen.
  • Pagina 126 Fout van voertuig of een oplaadsysteem foutprompt wordt wisselspanning oplaadadapter. weergegeven, moet u onmiddellijk met het opladen stoppen en contact opnemen met een erkende BYD- dealer of serviceprovider. Laat de hoogspanningsaccu voor het opladen opwarmen of afkoelen. Laat het voertuig op de...

  • Pagina 127: Ruitenwisser En -Sproeier Voorruit

    Ruitenwisser en -sproeier voorruit Ruitenwisser voor de voorruit  Dit pookje wordt gebruikt om de ruitenwisser/-sproeier van de voorruit te bedienen. De ruitenwisser van de voorruit kan op vijf manieren geschakeld worden:  MIST: puntsgewijs wissen  UIT: uitzetten  INT: intervalsgewijs wissen ...
  • Pagina 128 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Ruitenwisser voor de voorruit Trek het wisserpookje terug. Als dit kort gebeurt (binnen 0,5 s), zal er alleen water gesproeid worden zonder te wissen. Als dit lang gebeurt, wordt zowel het constant sproeien van water als het wissen met lage snelheid geactiveerd, en als het pookje wordt losgelaten, zal de wisser automatisch driemaal wissen en terugkeren in zijn...

  • Pagina 129: Buitenspiegel

    4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Ruitenwisser en -sproeier voor achterruit (optioneel)  De volgende functies zijn toegankelijk door de stelknop bovenaan het ruitenwisserbedieningspookje te draaien:  : De ruitenwisser en -sproeier voor de achteruit werken tegelijk.  UIT: De ruitensproeier voor de achterruit stopt.
  • Pagina 130 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Handmatig inklappen van de buitenspiegels.  Voor een parkeerplek met beperkte ruimte kan de buitenspiegel ingeklapt worden.  Duw de buitenspiegel naar achteren om deze in te klappen. LET OP  Niet rijden bij het inklappen van de achteruitkijkspiegels. Zorg dat u de buitenspiegels correct uitklapt en afstelt aan beide zijden.
  • Pagina 131 4-4 Specificaties van andere hoofdfuncties Elektrische verstelling van buitenspiegels (optioneel)  De volgende knoppen dienen voor afstelling van de buitenspiegels:  De START/STOP-knop is in de OK- modus.  Selectieknop A: wordt gebruikt om de af te stellen buitenspiegels te selecteren door "L"...
  • Pagina 132 Laat kinderen nooit de oplaadapparatuur aanraken of gebruiken en houd ze steeds uit de buurt bij het opladen, want de oplader is een hoogspanningsapparaat. Maak alleen gebruik van gecertificeerde opladers die speciaal voor elektrische voertuigen ontworpen zijn en die aan de plaatselijke normen voldoen: █...

  • Pagina 133: Oplaadinstructies

    4-5 Oplaadinstructies 4-5 Opl aadi nstr ucti es Oplaadapparatuur Inleiding voor het opladen  Het wordt aanbevolen dat de gebruiker het voertuig naar een oplaadstation brengt voor het opladen als de SOC-indicatiebalk op het combi-instrument in het rode gebied terechtkomt. ...
  • Pagina 134 4-5 Oplaadinstructies  Hoogspanningscomponenten zoals de oplaad- en distributieunit Hoogspanningscomponenten niet zonder goedkeuring demonteren of vervangen, zoals de elektronische hoogspanningscontrollerunit die zich in het voorcompartiment bevindt.  Tijdens het opladen Voor u gaat opladen moet u zorgen dat het voertuig is uitgeschakeld en buiten de gele veiligheidslijn staat die voor de oplader is gespecificeerd.

  • Pagina 135: Methode Voor Gebruik Oplaadapparatuur Van Elektrisch Voertuig

    4-5 Oplaadinstructies Invloed van het opladen op speciale bevolking Tijdens een snelle oplaadprocedure kan er een elektromagnetische storing worden veroorzaakt binnen het operationele gebied. Daarom moeten gebruikers met geï mplanteerde pacemakers of hartdefibrillators uit de buurt blijven van voertuigen die worden opgeladen, aangezien ernstig letsel of levensgevaar voor deze gebruikers kan worden veroorzaakt door de storing die de normale werking van elektronische medische apparaten beï...
  • Pagina 136 4-5 Oplaadinstructies  Starten met opladen (door een AC- oplaadconnector): 1. Trek de kabel voor het openen van de laadpoortkap onder de bestuurdersstoel omhoog om de laadpoortkap op de voorgrille te openen. 2. Houd de stekker met twee handen vast en steek deze in de aansluiting.
  • Pagina 137 4-5 Oplaadinstructies 4. Steek de oplaadplug in de AC- laadcontactdoos van het elektrische voertuig totdat u een "klikkend" geluid hoort (AC-oplaadpaal of DC-oplader is geschikt; let op, om AC- en DC-poorten te onderscheiden); steek de oplaadplug in de AC / DC-oplaadpoort; als u moet betalen voor het opladen, volg dan de instructies op de oplader.
  • Pagina 138 4-5 Oplaadinstructies Sluit beschermkap oplaadpoortaansluiting, 2 En sluit dan de uitwendige laadpoortklep van het elektrische voertuig. 4. Leg na het opladen de oplaadhulpmiddelen in de speciale oplaadtas (gebruik AC-oplaadconnector voor het opladen). WARME TIP  Aardingsinstructies: De apparatuur moet goed geaard zijn. Als de apparatuur defect of beschadigd is, zal de aardingsdraad zich ontladen in een stroomkring met minimale impedantie, zodat het risico van een elektrische schok wordt beperkt.
  • Pagina 139 4-5 Oplaadinstructies LET OP  Als het klepje van de oplaadpoort bevroren is door koud weer, regen of sneeuw, kan het klepje van de oplaadpoort niet automatisch openklikken als aan de vergrendeling van de oplaadpoort wordt getrokken, dus kunnen de volgende methoden worden gebruikt om deze te openen: 1.
  • Pagina 140 4-5 Oplaadinstructies 5. Zet de oplaadpaal of de aan de wand gemonteerde oplaadbox aan het laden (met uw betaalkaart).  Stoppen met het laden: 1. De AC-oplaadpaal of aan de wand bevestigde oplaadbox zal het opladen automatisch beëindigen. U kunt ook handmatig het laden onderbreken en de oplaadbox ontkoppelen.
  • Pagina 141 4-5 Oplaadinstructies Gebruik van een DC-oplader (optioneel)  Rijd het voertuig naar het oplaadstation en schakel het voertuig geheel UIT.  De DC-oplader moet worden bediend door professionele krachten in het oplaadstation. 1. Met uitgeschakeld voertuig, ontgrendelt u het klepje van de oplaadpoort en opent u dit.
  • Pagina 142 4-5 Oplaadinstructies 3. Steek de oplaadstekker van de DC- oplader in de DC-oplaadaansluiting van het voertuig. 4. Zet de DC-oplader aan het laden (bijv. met uw betaalkaart).  Stoppen met het laden: 1. Voor de DC-oplader moet u de kaart swipen om het opladen te voltooien waarna u de oplaadstekker verwijderd.

  • Pagina 143: Voorzorgsmaatregelen Voor Het

    4-5 Oplaadinstructies Voorzorgsmaatregelen voor het opladen WAARSCHUWING  Laad het voertuig op in een relatief veilige omgeving (geen vloeistoffen of open vuur).  De oplaadpoort of de oplaadhulpmiddelen niet veranderen of verwijderen omdat er brand kan worden veroorzaakt of het opladen mislukt als u dit doet. ...

  • Pagina 144: Opladen

    4-5 Oplaadinstructies WAARSCHUWING (VERVOLG)  Niet opladen onder het nominale voltage.  De oplaadapparatuur niet gebruiken als er sprake is van verslapping van driefasige stekkerkabel, slijtage van de oplaadstekkerkabel, gebarsten isolatie, of andere beschadigingen.  Gebruik geen oplaadapparatuur als de beschermende verpakking of de oplaadpoort van het elektrische voertuig gebroken, gebarsten, geopend is of andere beschadigingen vertoont.

  • Pagina 145: Accu

     Als "intelligent opladen" mislukt, kan het zijn dat de accu niet fungeert als laagspanningsvoeding van het voertuig zodat het voertuig niet kan opstarten. Neem in dat geval voor de afhandeling contact op met een door erkende BYD- serviceprovider. ...
  • Pagina 146 4-5 Oplaadinstructies WAARSCHUWING  De accu is gevuld met een corrosieve oplossing. Daarom moet u de accu niet eigenhandig demonteren of repareren om schade aan de accu of verwondingen van personeel te vermijden.  De vermogensaccu niet eigenhandig verwijderen of demonteren; anders kunt u aansprakelijk zijn voor milieuvervuiling of een zo veroorzaakt veiligheidsongeluk.
  • Pagina 147 De vermogensaccu bevindt zich onder de vloer van het voertuig. Als u met het voertuig over een hobbelige weg rijdt, vooral langzaam rijden en opletten en voorkomen dat de vermogensaccu door iets wordt geraakt. Als de vermogensaccu geraakt wordt, moet u het voertuig voor onderhoud snel naar een erkende BYD-serviceprovider brengen. Ver. A0...

  • Pagina 148: Infotainmentsysteem

    Infotainmentsysteem 5-1 Radio (optioneel) · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 147 Radio · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 147 5-2 Multimedia (optioneel) ·...

  • Pagina 149: Radio (Optioneel)

    5-1 Radio (optioneel) Radi o ( opti oneel) Radio Uiterlijk U kunt de helderheid van het weergavescherm afstellen. USB en AUX-aansluitingen geï nstalleerd op het paneel. FM-knop ZOEK-knop Vorige song VOLUME-knop / schakelaar Volgende song Randapparatenmodus schakelknop Geluidseffect selectieknop Kanaal 1 selectie / pauzeknop Kanaal 2 selectie / herhaal afspelen knop Ver.
  • Pagina 150 5-1 Radio (optioneel) Kanaal 3 selectie / introscan afspelen knop Kanaal 4 selectie / willekeurig afspelen knop Kanaal 5 selectie / vorige map knop Kanaal 6 selectie / volgende map knop AUX-stekker afdekplaatje USB-stekker afdekplaatje Functies  FM-knop  Nadat de stroom is uitgeschakeld, drukt u op deze knop om de host te activeren, die dan standaard in de FM-modus gaat.
  • Pagina 151 5-1 Radio (optioneel)  Randapparatenmodus schakelknop  Randapparatuurmodus standaard; USB-AUX modus schakelen  Geluidseffect selectieknop  Druk deze knop in om achtereenvolgens te schakelen naar “BAS - TRE - BAL - FAD”; draai de knop rechtsom of linksom voor instelling nadat één modus is geselecteerd.

  • Pagina 152: Multimedia (Optioneel)

    5-2 Multimedia (optioneel) 5-2 M ulti medi a (opti oneel) Multimediaknop(optioneel) Multimedia aanraakscherm Afdekplaatjes voor SD- & Mapkaarten Audio UIT-knop / Volumeregelknop USB- & AUX-afdekplaatjes Ver. A0...

  • Pagina 153: Systeem Opstarten

    5-2 Multimedia (optioneel) Systeem opstarten Beginscherm Als het voertuig wordt ingeschakeld, wordt het beginscherm enige seconden weergegeven en start het multimediasysteem op. Voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING Het multimediasysteem opent een waarschuwingsscherm als de elektronische parkeerrem voor het eerst wordt vrijgezet na het starten van het systeem en de volgende prompt wordt zichtbaar: ...

  • Pagina 154: Statusbalk

    5-2 Multimedia (optioneel) Statusbalk Statusbalkinformatie Wanneer het multimediasysteem wordt opgestart, blijft de statusbalk in het bovenste deel van het scherm een reeks actuele statussignalen weergeven, zoals in de onderstaande figuur te zien is. : AUX-apparaat aangesloten : USB-apparaat aangesloten : Opslagkaart aangesloten : Satellietpositioneringssymbool Het oplichten van dit symbool betekent dat de satellietpositionering is voltooid, terwijl de grijze status van het symbool betekent dat de satellietpositionering onvoltooid is.

  • Pagina 155: Desktopshow- En Homescherm

    5-2 Multimedia (optioneel) Desktopshow- en homescherm Desktopshow Als het multimediasysteem klaar is met opstarten wordt het desktopshowscherm afgebeeld.  Het desktopshowscherm biedt de gebruiker snelkoppelingen voor eenvoudige toegang tot de meest gebruikte modules. A: De huidige audio- of video-informatie wordt weergegeven. B: De huidige tijd wordt weergegeven.

  • Pagina 156: Systeeminstelling

    5-2 Multimedia (optioneel)  De tweede pagina van het homescherm bevat alleen pictogrammen van Achtergrond, Instellingen en Versie. Systeeminstelling Timbre-instellingen  Tik op het "Instellingen" pictogram op het homescherm om op het instellingenscherm te komen.  De positie van het geluidsbronveld kan worden gewijzigd door op een positie van het geluidsveld te tikken of door op de blauwe bal te drukken...
  • Pagina 157 5-2 Multimedia (optioneel)  Swipe horizontaal over het scherm naar links om op de derde pagina van de timbre-instellingen te komen waarop het DSP-effect kan worden ingesteld.  Swipe het scherm horizontaal naar links om op de vierde pagina van de timbre- instellingen te komen (als weergegeven in de figuur rechts), waarop de weergave van hoge en lage tonen...
  • Pagina 158 5-2 Multimedia (optioneel) Tijdinstellingen Tik op de knop "Tijdinstellingen" aan de linkerzijde van het scherm systeeminstellingen, om in de eerste pagina van de tijdinstellingen te gaan als weergegeven in de figuur onder.  Het 24-urige tijdformaat en "Automatische tijdservice" kunnen worden geselecteerd.
  • Pagina 159 A: Deze knop kan niet door de gebruiker bediend worden. Als de achtercamera's kalibratie moeten ondergaan, gaat u met uw voertuig naar de erkende BYD- serviceprovider waar ze gekalibreerd kunnen worden door professionals. B: Op deze knop tikken zal het scherm direct uitschakelen. Door te tikken op het aanraakscherm of op de schermknop, zal het scherm automatisch oplichten.

  • Pagina 160: Versie-Informatie

    5-2 Multimedia (optioneel) Versie-informatie Versiescherm  Ga in het versiescherm als afgebeeld in het figuur rechts.  Op dit scherm kunt u de versienummers van de systeemhardware, software en alle applicaties zien. Achtergrondinstelling Afbeeldingenmodus  Tik op het pictogram op het homescherm om op het scherm met achtergrondafbeeldingen te komen.
  • Pagina 161 5-2 Multimedia (optioneel)  Tik op een van deze thumbnails om in de volledige schermweergave van de geselecteerde thumbnail te gaan.  Swipe het scherm naar links of rechts om alle achtergrondafbeeldingen na elkaar te bekijken. Bovendien kan(kunnen) 1-3 afbeelding(en) in de swiperichting overgeslagen worden afhankelijk van de swipesnelheid.

  • Pagina 162: Audiosysteem

    5-2 Multimedia (optioneel) Audiosysteem Alle officiële spelerpictogrammen staan op de eerste pagina van het homescherm. Tik op de pictogrammen om in de bijbehorende functionele schermen te komen. SD-scherm Navigatiescherm Radioscherm USB-scherm Telefoonscherm AUX-scherm Bluetooth-muziekscherm Gebruik van "POWER" knop voor het audiosysteem In elk scherm van de audiosysteemstatus, gaat het multimediasysteem door te drukken op de “POWER”...

  • Pagina 163: Bedieningsinstructies Voor Het Audiosysteem

    5-2 Multimedia (optioneel) Bedieningsinstructies voor het audiosysteem Instructies voor gebruik  Dit systeem is een precisiemachinerie Daarom mag u de systeembehuizing niet openen en het systeem demonteren in geval van een probleem.  Om schade aan het aanraakscherm te voorkomen moet u alleen zacht met een vinger op het scherm tikken.

  • Pagina 164: Radiogebruik

    5-2 Multimedia (optioneel) Radiogebruik Tik op het pictogram op het homescherm om op het radioscherm te komen. Het zijn handmatige afstemknoppen. Eenmaal tikken op een van deze knoppen en de radio zal de kanalen automatisch zoeken. Nog eenmaal tikken op een van deze knoppen en de radio zal stoppen met het zoeken van de kanalen.
  • Pagina 165 5-2 Multimedia (optioneel) Tik op een kanaal om het af te spelen. Druk lang op een kanaal en er verschijnt een "wissen" promptscherm.  In het wissen-promptscherm zijn er drie opties, d.w.z. "Wissen", "Kanalenlijst wissen" en "Annuleren". U kunt elke knop selecteren en erop tikken om de bijbehorende functie te activeren.

  • Pagina 166: Usb-Apparaat

    5-2 Multimedia (optioneel) Audio en videobestanden afspelen van USB-apparaat Tik op het pictogram op het homescherm.  Als er geen USB-apparaat is aangesloten, zal het multimediasysteem de promptmelding te zien geven van "Geen extern apparaat gedetecteerd. Graag de verbinding controleren!". ...

  • Pagina 167: Sd-Kaart

    5-2 Multimedia (optioneel)  Tik op om naar het volgende nummer te gaan.  Tik op om huidige afspeelinformatie en voortgang af te beelden. Audio en videobestanden afspelen van SD-kaart Tik op het pictogram op het homescherm.  Als er geen SD-kaart is aangesloten, zal het multimediasysteem de promptmelding te zien geven van "Geen extern apparaat gedetecteerd.

  • Pagina 168: Bluetooth-Muziek Afspelen

    5-2 Multimedia (optioneel) Bluetooth-muziek afspelen Tik op het pictogram op het homescherm.  Als er geen mobiele telefoon is aangesloten, zal het multimediasysteem de promptmelding te zien geven van "Geen mobiele telefoon verbonden. Graag eerst een mobiele telefoon aansluiten!"  Als de telefoonmuziekfunctie is geactiveerd en de Bluetooth-functie van de mobiele telefoon is ingeschakeld,...
  • Pagina 169 5-2 Multimedia (optioneel) Bluetooth aansluiten  Het multimediasysteem aan boord kan maar op één mobieltje tegelijk aangesloten zijn.  Als het mobieltje aangesloten is, tikt u op het aangesloten apparaat, zoals en een bevestigingsscherm voor het ontkoppelen van het apparaat zal zich openen. Het apparaat kan worden ontkoppeld door te tikken op "OK".
  • Pagina 170 5-2 Multimedia (optioneel) Iemand opbellen Als het multimediasysteem op een mobieltje is aangesloten, zal het systeem in het nummerkeuzescherm gaan.  Nummerkeuze is alleen beschikbaar nadat er een mobieltje via Bluetooth aangesloten is.  Voer het telefoonnummer in op de numerieke toetsen en tik op om te gaan bellen.
  • Pagina 171 5-2 Multimedia (optioneel) Spreken Gespreksscherm  Tijdens het gesprek kunt u dit afbreken door te tikken op A.  : Tik op deze knop om de microfoon te dempen, zodat u niet gehoord kunt worden door de andere partij; tik opnieuw op deze knop om de gedempte status op te heffen.

  • Pagina 172: Interieurapparaten

    Interieurapparaten 6-1 Aircosysteem · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 171 Aircosysteem · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 171 Hoofdpunten van de bediening van het aircosysteem ·...

  • Pagina 173: Aircosysteem

    6-1 Aircosysteem Aircos ys teem Aircosysteem Automatische aircopaneel Knop "ontdooifunctie voorruit" Knop "ontdooifunctie achterruit" "AIRCO UIT" knop "Compressorbediening" knop "Automatische bediening" knop "Temperatuurinstelling" knop "Blowersnelheid -" knop "Blowersnelheid +" knop "Luchtuitlaat modusselectie" knop "VENT" knop "Interne luchtrecirculatiemodus" knop "Informatiedisplayscherm" Ver. A0...
  • Pagina 174 6-1 Aircosysteem "AUTO" knop (E) Door deze knop in te drukken, zal het indicatielampje (ijsblauw) branden en werkt de airco nu in de AUTO-modus.  In de AUTO-modus, regelt het systeem automatisch de ventilatiesnelheid en luchtuitlaatmodus afhankelijk van de ingestelde temperatuur. ...
  • Pagina 175 6-1 Aircosysteem "Compressorbediening" knop (D) Druk op de "A/C" knop om de compressor van de airconditioning in te schakelen. Op dit moment zal het informatiedisplayscherm van de airco melden "A/C ON". Druk opnieuw op deze knop om de compressor uit te schakelen. Op dit moment geeft het scherm weer: "A/C OFF".
  • Pagina 176 6-1 Aircosysteem "Interne luchtrecirculatiemodus" knop (K)  Interne luchtrecirculatiemodus: om lucht in het voertuig te recirculeren.  Als het "Interne luchtrecirculatiemodus" indicatielampje brandt (ijsblauw), dan is de luchttoevoer ingesteld op recirculatie. Als dit indicatielampje niet brandt, dan is de luchttoevoer ingesteld op de buitenlucht.
  • Pagina 177 6-1 Aircosysteem "Achterruit ontdooien" knop (optioneel) (B)  Door de knop "Achterruit ontdooien" in te drukken, zal het indicatielampje (geel) gaan branden. De achterruitontdooier zal inschakelen en de elektrische elementen in de achterruit zullen het glas snel doorzichtig maken.  Als het glas doorzichtig is drukt u de knop weer in om de ontdooier uit te schakelen.
  • Pagina 178 6-1 Aircosysteem F: compressor ON of OFF Luchtverspreidingsmodus  Gezichtsniveau: De luchtstroom is voornamelijk naar boven gericht.  Gezichtsniveau en voetenruimte: De luchtstroom is voornamelijk naar boven en naar de voeten gericht.  Voetenruimte: De luchtstroom is voornamelijk naar de voeten gericht. Ver.
  • Pagina 179 6-1 Aircosysteem  Ontdooien en voetenruimte: De luchtstroom is voornamelijk naar de voeten en op de voorruit gericht.  : De luchtstroom is voornamelijk op de voorruit gericht. Verwarming Om de verwarming in te schakelen het A/C-paneel als volgt instellen: ...
  • Pagina 180 6-1 Aircosysteem  Om snel te verwarmen, kunt u de interne recirculatiemodus een paar minuten inschakelen. Om het beslaan van de ruiten te voorkomen, selecteert u de buitenlucht recirculatiemodus als luchtinlaat zodra de binnentemperatuur wat is gestegen.  Bij het verwarmen, kunt u de "A/C" knop indrukken om vocht in de lucht tegen te gaan. ...

  • Pagina 181: Hoofdpunten Van De Bediening Van Het Aircosysteem

    6-1 Aircosysteem in te drukken, schakelt de ontdooi- en ontwasemingsfunctie in. Door de knop  De luchtinlaatmodus schakelt automatisch naar buitenluchtrecirculatiemodus en de compressor zal automatisch aan- en uitschakelen. Als de temperatuur is ingesteld op Lo of Hi, staat de A/C-blowersnelheid standaard op 7 (voor snel ontdooien en ontwasemen) en bij een anders ingestelde temperatuur, staat deze standaard op 5.

  • Pagina 182: Inspectie Van Het Luchtfilter

    6-1 Aircosysteem Inspectie van het luchtfilter  Het informatielabel dat het geï nstalleerde cabineluchtfilter vermeldt is te vinden in het handschoenenvak.  Het cabinefilter voorkomt dat er stof in het voertuig komt via de A/C- ventilatieopeningen. Ver. A0...

  • Pagina 183: 6-2 Opbergmogelijkheden

    6-2 Opbergmogelijkheden 6-2 Opbergmogelij kheden Rekeningenvak  Het rekeningenvak bevindt zich onder de linker ventilatieopening van het dashboard.  Trek de handgreep omlaag om het rekeningenvak te openen.  Sluit het rekeningenvak door het dicht te drukken. Handschoenenvak  Open het handschoenenvak door aan de handgreep met "PULL"...

  • Pagina 184: Opbergvak

    6-2 Opbergmogelijkheden Opbergvak  In het vakje kunt u mobieltjes, rekeningen of andere voorwerpen leggen. Mobieltjeshouder  De mobiele telefoonhouder dient voor mobieltjes en andere kleine voorwerpen.  Het aantal mobiele telefoonhouders verschilt per model (afhankelijk van de actuele voertuigconfiguratie). Ver.

  • Pagina 185: 6-3 Andere Voorzieningen

    6-3 Andere voorzieningen 6-3 Andere voorzieni ngen Voedingsaansluiting De voedingsaansluiting levert voedingsspanning aan voertuigaccessoires. Als u de aansluiting wilt gebruiken, kunt u het klepje openen als het voertuig ingeschakeld en OK is. Zonneklep  De zonnekleppen zitten boven de bestuurdersstoel/voorpassagiersstoel (optioneel).

  • Pagina 186: Make-Upspiegel (Optioneel)

    6-3 Andere voorzieningen  Om uw ogen tegen invallende zonnestralen van opzij te beschermen, het draaibare kapje van de bevestigingsbeugel losmaken en de zonneklep opzij draaien voor de zijruit. WARME TIP  Verstandig en correct gebruik van de zonneklep kan bijdragen aan comfortabel en veilig rijden.

  • Pagina 187: Asbakje

    6-3 Andere voorzieningen Asbakje  Draai het asbakje in de afgebeelde richting om dit te openen.  Draai het asbakje in de afgebeelde richting om het te sluiten. Bekerhouder  Op het dashboard Ver. A0...
  • Pagina 188 6-3 Andere voorzieningen  Op het hulpdashboard  Configuratie 1  Configuratie 2 WAARSCHUWING  Voor de veiligheid, moet de bestuurder nooit een beker uit de bekerhouder nemen of daarin zetten. LET OP  Bij gebruik van de bekerhouder, moet u voorkomen dat vloeistof eruit kan spatten en uzelf of een passagier kan verwonden en niet het voertuig plotseling starten of afremmen.

  • Pagina 189: Laadpoortschakelaar

    6-3 Andere voorzieningen LET OP  Zet geen open beker of fles onbevestigd in de bekerhouder, om spattende vloeistof te vermijden tijdens het openen/sluiten van een deur of bij het rijden. Laadpoortschakelaar  Trek aan de laadpoorthendel om de klep daarvan te openen. ...

  • Pagina 190: Voorinterieurverlichting

    6-3 Andere voorzieningen LET OP  Deze USB-oplaadaansluiting dient alleen voor laden met lage stroomsterkte zonder het lezen van data. Voorinterieurverlichting Interieurverlichtingsschakelaar: om interieurverlichting aan/uit te zetten. "DEUR": Als u deze knop indrukt, gaat de DEUR-indicatie branden en gaat de interieurverlichting automatisch branden als er een deur wordt geopend, en gaan ze automatisch binnen 15s uit nadat alle...

  • Pagina 192: Service En Onderhoud

    Service en onderhoud 7-1 Instructies voor onderhoud· · · · · · · 191 Onderhoud noodzakelijk · · · · · · · · · · · · · 191 Regelmatig onderhoudsschema · · · 193 Omstandigheden voor voertuigreparatie · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 199 7-2 Onderhoud van carrosserie ·...

  • Pagina 193: Instructies Voor Onderhoud

    7-1 Instructies voor onderhoud 7-1 Ins truc ties voor onderhoud Onderhoud noodzakelijk Regelmatig onderhoud is belangrijk BYD adviseert gebruikers het volgende onderhoudsschema voor dit voertuig te volgen, omdat regelmatig onderhoud behulpzaam is voor:  Elektriciteit sparen  Verlening van de levensduur van het voertuig ...
  • Pagina 194 7-1 Instructies voor onderhoud Voertuigonderhoudsschema  Het onderhoudsschema is opgesteld om te zorgen voor de rijstabiliteit, het verminderen van problemen en het bieden van een veilige en economische rij-ervaring aan de gebruiker.  Houdt u aan het onderhoudsschema voor de onderhoudsintervallen, die afhankelijk zijn van de stand van de kilometerteller of tijdsintervallen, wat er maar het eerste voorkomt.

  • Pagina 195: Regelmatig Onderhoudsschema

    7-1 Instructies voor onderhoud Regelmatig onderhoudsschema Kilometertellerstand of aantal maanden, afhankelijk van wat het eerste voorkomt Tijdsinterval ×1,000 97.5 112.5 voor 20 40 60 80 160 180 (mijl / km) /144 /156 /168 /180 /192 onderhoud Onderhoud Aantal 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 72 maanden Item Controleer en draai de...
  • Pagina 196 7-1 Instructies voor onderhoud Kilometertellerstand of aantal maanden, afhankelijk van wat het eerste voorkomt ×1,000 Tijdsinterval 97.5 112.5 voor 20 40 60 80 160 180 (mijl / /144 /156 /168 /180 /192 onderhoud Onderhoud Aantal 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 72 maanden Item 11 Controleer de...
  • Pagina 197 7-1 Instructies voor onderhoud Kilometertellerstand of aantal maanden, afhankelijk van wat het eerste voorkomt ×1,000 Tijdsinterval 97.5 112.5 voor 20 40 60 80 160 180 (mijl / /144 /156 /168 /180 /192 onderhoud Onderhoud Aantal 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 72 maanden Item 23 Controleer of de...
  • Pagina 198 7-1 Instructies voor onderhoud Kilometertellerstand of aantal maanden, afhankelijk van wat het eerste voorkomt 112. ×1,000 Tijdsinterval voor onderhoud (mijl / km) /180 Onderhoud Aantal maanden Item 33 Kalibreer de eerste Eenmaal kalibratie om de 10.000 km of op grond van de afgelegde hellingshoek van het afstand dimlicht...
  • Pagina 199 7-1 Instructies voor onderhoud Kilometertellerstand of aantal maanden, afhankelijk van wat het eerste voorkomt ×1,000 Tijdsinterval 97.5 112.5 voor 20 40 60 80 160 180 (mijl / /144 /156 /168 /180 /192 onderhoud Onderhoud Aantal 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120 132 72 maanden Item 41 Controleer de...
  • Pagina 200 (ten minste om de 6 maanden of om de 72.000 km) om zelfkalibratie van de accu te laten plaatsvinden. U kunt ook contact opnemen met een erkende BYD-serviceprovider, om het accuvermogen te testen en te kalibreren.

  • Pagina 201: Voertuigreparatie

    De accu is op een constant hoge temperatuur, wat de oververhittingsbeveiliging activeert, of heeft geen vermogen.  Als een van deze situaties optreedt, moet u uw voertuig bij de erkende BYD- serviceprovider brengen voor afstelling of reparatie. WARME TIP ...

  • Pagina 202: 7-2 Onderhoud Van Carrosserie

    Als de laklaag steenslag of barsten vertoont, moet deze onmiddellijk worden hersteld om te voorkomen dat er corrosie ontstaat op de plaats van de steenslag of barsten. Als het metalen oppervlak steenslag of barsten vertoont, neem dan contact op met een erkende BYD-serviceprovider voor reparatie. Ver. A0...
  • Pagina 203 7-2 Onderhoud van carrosserie  Controleer het indicatielampje van het apparaat. Vocht en stof zetten zich af onder het tapijt en de zittingkussens en kunnen corrosie veroorzaken. Controleer daarom geregeld de plekken onder de tapijten en zittingkussens, om te zorgen dat deze schoon en droog zijn. Wees bijzonder voorzichtig en gebruik de juiste verpakkingen voor het transport van wasmiddelen, kunstmest, zouten en andere substanties.

  • Pagina 204: Reiniging Van Buitenzijde Van Het Voertuig

    Voorkom het veroorzaken van sterke schokken, stoten en krassen op de laklaag van de voertuigcarrosserie. Het verdient aanbeveling het gelakte oppervlak met krassen, deuken of schilfers direct te laten herstellen door een erkende BYD-serviceprovider.  Gebruik grafietpoeder om vergulde metalen onderdelen te reinigen en zet ze regelmatig ter bescherming in de was.
  • Pagina 205 7-2 Onderhoud van carrosserie  Was het voertuig met een speciaal wasmiddel, waarvan het mengen moet plaatsvinden volgens de specificaties van de wasmiddelfabrikant. Dompel een zachte doek in de reinigingsoplossing en reinig het voertuig, maar veeg het niet te krachtig af. Verwijder vuil met zeepwater en schoon water. ...
  • Pagina 206 7-2 Onderhoud van carrosserie Wegasfalt  Wegasfalt afwassen met terpentine of een reinigingsmiddel dat veilig is voor gelakte oppervlakken. WAARSCHUWING  Gebruik geen organische stoffen (zoals benzine, kerosine, vluchtige olie of krachtig oplosmiddel). Anders kan het iemand vergiftigd of het voertuig beschadigd raken. LET OP ...

  • Pagina 207: In De Was Zetten

    7-2 Onderhoud van carrosserie  Veeg de kap van de combinatielichten nooit schoon met benzine, ethylalcohol, lakverdunner, tetrachloorkoolstof en andere chemische oplosmiddelen. Anders kunnen de kappen van de combinatielichten barsten. In de was zetten  Het wordt aanbevolen de carrosserie van het voertuig te polijsten en in de was te zetten (eenmaal per maand), om het gepolijste oppervlak zo glanzend en schoon te houden als een nieuw exemplaar.
  • Pagina 208 Veeg daarna met een schone natte doek de resten van het reinigingsmiddel weg. Leg het leer op een goed geventileerde, schaduwrijke en koele plaats om het te laten drogen.  Het wordt aanbevolen om uw voertuig voor het wassen naar een erkende BYD- serviceprovider te brengen. Ver. A0...
  • Pagina 209 7-2 Onderhoud van carrosserie WARME TIP  Was lederen versieringen niet met organische stoffen zoals vluchtige olie, ethylalcohol en benzine, of zure of alkalische oplossingen, omdat deze de kleur van het leer doen verbleken.  Het gebruik van een borstel of kunstvezeldoek zal de goede patronen op het leren oppervlak beschadigen.

  • Pagina 210: 7-3 Dhz-Onderhoud

    Dit gedeelte geeft alleen informatie over eenvoudig onderhoud. Het wordt aanbevolen, dat u sommige onderhoudspunten laat uitvoeren door een erkende BYD-serviceprovider.  Als de motor draait, houd dan uw lichaam, kleding en gereedschap uit de buurt van de draaiende ventilatoren en de aandrijfriem.

  • Pagina 211: Te Sparen

    7-3 DHZ-onderhoud Gebruiksgewoonten om elektriciteit te sparen Manieren om elektriciteit te sparen en de levensduur van het voertuig te verlengen.  U kunt simpel en eenvoudig elektriciteit sparen. Dit is ook behulpzaam bij het verlengen van de levensduur van het voertuig. Hieronder volgen enkele belangrijke punten om elektriciteit en onderhouds- en reparatiekosten te besparen: ...

  • Pagina 212: Lichten

    Voordat een nieuw voertuig uit de fabriek wordt geleverd, zijn de koplampen gekalibreerd. Als u het voertuig geregeld gebruikt om zware voorwerpen te vervoeren, moeten de koplampen mogelijk opnieuw worden gekalibreerd. Het wordt aanbevolen om de koplampen te laten kalibreren door een erkende BYD-serviceprovider. Vocht in de lampen ...

  • Pagina 213: Luik Voorcompartiment

     Als er duidelijk sprake is van opgehoopt water in een licht, breng het voertuig dan op tijd voor onderhoud naar een erkende BYD-serviceprovider. Luik voorcompartiment Opening van de klep van het voorcompartiment. ...
  • Pagina 214 7-3 DHZ-onderhoud  Open de klep van het voorcompartiment.  Ondersteun de klep met de klepstang om deze open te houden. WARME TIP  Zorg ervoor, dat de klep van het voorcompartiment goed gesloten en vergrendeld is, voordat u gaat rijden; anders kan de klep van het voorcompartiment tijdens het rijden onverwachts opengaan en een ongeluk veroorzaken.

  • Pagina 215: Koelvloeistof

    7-3 DHZ-onderhoud Koelvloeistof Accukoelvloeistof expansietank Motorkoelvloeistof expansietank  De koelvloeistofpeil in de expansietank moet tussen de markeringen "MAX" (maximum vloeistofpeil) en "MIN" (minimum vloeistofpeil) liggen.  Als het koelvloeistofpeil onder de onderste limietmarkering ligt, vult u de koelvloeistof bij tot de bovenste limietmarkering (MAX).

  • Pagina 216: Ruitensproeiervloeistof

    7-3 DHZ-onderhoud Ruitensproeiervloeistof  Controleer tijdens de periode van normaal onderhoud ten minste eenmaal per maand het vloeistofpeil in het vloeistofreservoir van de ruitensproeier.  Als de ruitensproeier bij slecht weer vaak wordt gebruikt, moet u het vloeistofpeil in het vloeistofreservoir van de ruitensproeier vaker controleren.

  • Pagina 217: Remvloeistof

     Aanbevolen wordt DOT 4 remvloeistof te gebruiken van hetzelfde type als de oorspronkelijke remvloeistof van BYD omdat remvloeistof van een ander type niet geschikt is voor het remsysteem van het voertuig. Voor het rem- en het koppelingssysteem moet hetzelfde type remvloeistof worden gebruikt.

  • Pagina 218: Zekering

    7-3 DHZ-onderhoud WAARSCHUWING  Uitsluitend professioneel personeel mag het accupack demonteren of verwijderen. Neem contact op met een erkende BYD-serviceprovider voor demontage en verwijdering.  Als de batterijhouder beschadigd is of bol staat, is het raadzaam contact op te nemen met een erkende BYD-serviceprovider voor afhandeling.
  • Pagina 219 7-3 DHZ-onderhoud Label van zekeringendoos in het voorcompartiment Ver. A0...
  • Pagina 220 7-3 DHZ-onderhoud Zekeringen in distributiedoos in het voorcompartiment Ampère Beschermde component of stroomkring Koplamp Dashboardverdeeldoos Ⅱ Ventilator ABS/ESP ABS/ESP Claxon Waarschuwingslampje 7,5A Reservezekering Reservezekering Reservezekering Reservezekering Dimlicht rechts Grootlicht rechts Dimlicht links Grootlicht links Reserve Reserve Module IG3 Electronische besturing Reserve Reserve Reserve...
  • Pagina 221 7-3 DHZ-onderhoud Ampère Beschermde component of stroomkring Oplaad- en distributie-eenheid Reserve Hogesnelheidsventilator Lagesnelheidsventilator Zekeringdistributie in dashboard distributiedoos aan bestuurderszijde Ampère Beschermde component of stroomkring 7,5A Motorgeluidsimulator Reservevoeding Reserve Reserve Voorruitwissersysteem 7,5A C-EPS Constante voeding voor module Interieurverlichting Elektrische ruit linksvoor Portiervergrendeling 7,5A Gateway...
  • Pagina 222 7-3 DHZ-onderhoud Ampère Beschermde component of stroomkring Versnellingscontroller Zekeringdistributie in dashboard distributiedoos aan voorpassagierszijde Ampère Beschermde component of stroomkring Achterwisser en -sproeier (optioneel) Reserve EPB ECU Aircomodule 7,5A Airconditioning controller Elektrische ruit rechtsvoor Elektrische ruit rechtsachter (optioneel) Elektrische ruit linksachter (optioneel) Markeringslicht (positielicht) Reserve...

  • Pagina 223: Band

    7-3 DHZ-onderhoud Band Om veilig te kunnen rijden, moeten het model en de maat van de banden bij uw voertuig passen en moeten de banden een goed profiel en de juiste bandenspanning hebben. Oppompen  Houd de banden op de juiste spanning, zodat deze de beste combinatie van besturing, bandprofiel levensduur en rijcomfort kunnen bieden.
  • Pagina 224 De balancering van de banden heeft plaatsgevonden voor aflevering van het voertuig. Als u tijdens het rijden een voortdurende trilling voelt, is het raadzaam om voor inspectie contact op te nemen met een erkende BYD-serviceprovider. Als er een band eerder gerepareerd of vervangen is, voer dan een dynamische balanstest van de banden uit.
  • Pagina 225 Controleer en lees zorgvuldig de montagetekeningen en andere instructies van de sneeuwkettingenfabrikant.  Het wordt aanbevolen dat u advies inwint bij de erkende BYD-serviceprovider waar u het voertuig heeft aangeschaft voordat u de sneeuwkettingen koopt en installeert.  Nadat de sneeuwkettingen zijn geï nstalleerd moet het voertuig worden gereden met een snelheid van minder dan 30 km/u op een weg die met ijs of sneeuw bedekt is.

  • Pagina 226: Ruitenwisser

    7-3 DHZ-onderhoud WARME TIP  Rij niet sneller dan 30 km/u of dan de snelheidsbeperking die is vastgelegd door de sneeuwkettingfabrikant, houdt u aan de laagste waarde van de twee.  Rijd voorzichtig en let op hobbels, gaten en scherpe bochten, die kunnen maken dat het voertuig gaat springen.
  • Pagina 227 7-3 DHZ-onderhoud  Houd het oppervlak van de voorruit schoon. Geen stof, zand, insecten en vreemde voorwerpen van het voorruitoppervlak afkrabben.  Het is niet nodig om de voorruit tijdens het wassen van het voertuig en het lakonderhoud van de carrosserie in de was te zetten, omdat de waslaag het licht zal weerkaatsen in een omgeving met een slechte lichtstraal, wat het gezichtsveld en de rijveiligheid kan beï...
  • Pagina 228 7-3 DHZ-onderhoud Methode voor vervanging van ruitenwisser 1. Trek de wisserarm van de voorruit. Trek de wisserarm omhoog aan de bestuurderszijde. Trek de wisserarm omhoog aan de passagierszijde. Druk op de borgpen aan de haak (als er driedelige bladen zijn, duw dan het elastische stuk bij de haak omhoog onder het blad) en houd het blad vast om het te verwijderen in de op de figuur...

  • Pagina 229: Opslag Van Het Voertuig

    7-3 DHZ-onderhoud Opslag van het voertuig De volgende voorbereidingen moeten worden getroffen indien het voertuig voor langere tijd (meer dan een maand) moet worden gestald. Een goede voorbereiding is nuttig zodat de toestand van het voertuig niet verslechtert en zodat het weer eenvoudig te starten is. ...

  • Pagina 230: Als Er Een Fout Optreedt

    Als er een fout optreedt 8-1 Als er een fout optreedt · · · · · · · · · · · · 229 Voertuig slepen · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 229 Motor uitschakelen tijdens het rijden ·...

  • Pagina 231: Als Er Een Fout Optreedt

    8-1 Als er een fout optreedt Als er een fout optreedt WARME TIP  Als het voertuig in noodgevallen tot stilstand moet worden gebracht, draag dan tijdig het reflecterende vest dat bij het voertuig is geleverd. Voertuig slepen Als het slepen van het voertuig noodzakelijk is, neem dan contact op met een professionele sleepdienst of een organisatie die reddingsdiensten langs de weg aanbiedt, waarbij u zich hebt aangesloten.
  • Pagina 232 8-1 Als er een fout optreedt Slepen door trekken  Als er geen sleepbedrijf te vinden is in geval van nood, mag uw voertuig gesleept worden met een sleephaak. Er bevindt zich een decoratief afdekplaatje in de bumper onder de rechter koplamp. Verwijder het afdekplaatje, neem de sleephaak uit de gereedschappen die bij het voertuig zijn geleverd.
  • Pagina 233 8-1 Als er een fout optreedt WARME TIP (VERVOLG)  Als uw voertuig door schade alleen met de voorwielen op de grond kan worden gesleept, moet aan de volgende voorwaarde zijn voldaan:  Automatische transmissie: De motor starten. Schakel de versnellingspook in de stand D en dan in N. Zet de elektronische parkeerrem vrij Schakel de motor uit.

  • Pagina 234: Motor Uitschakelen Tijdens Het Rijden

     Als u koelvloeistoflekken ontdekt moet u onmiddellijk de motor uitschakelen. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD-serviceprovider.  Als er geen zichtbare koelvloeistoflekken gevonden worden moet u het expansietankje controleren. Als het koelvloeistofniveau onder het MIN merkteken staat, moet u koelvloeistof in het expansietankje bijvullen bij draaiende motor tot het niveau tussen het MIN en MAX merkteken staat.

  • Pagina 235: Ongeluk

    Aansluitkabels met oranje kleur zijn hoogspanningsbedrading. De gebruiker mag het hoogspanningssysteem niet zelf repareren. Als een reparatie nodig is, is het raadzaam uw voertuig naar een erkende BYD-serviceprovider te brengen. Nooduitschakelingssysteem ...

  • Pagina 236: Redding Na Voertuigbrand

    Zodra het nooduitschakelingssysteem is geactiveerd, kon het EV-systeem niet meer in de rijklare toestand worden gebracht. Neem in dat geval contact op met een erkende BYD-serviceprovider. Het systeem zal onmiddellijk uitschakelen, zelfs als de schakelaar in de rijklare status is gezet. Rij daarom voorzichtig met uw voertuig naar de dichtstbijzijnde erkende BYD serviceprovider of neem daarmee zo spoedig mogelijk contact op.

  • Pagina 237: Gepiep Of Frictiegeluid

    Gooi de lekkende vloeistof niet zomaar weg die in het water, de bodem en andere omgevingen wordt opgevangen. Gepiep of frictiegeluid (remblok slijtindicatie)  Neem contact op met een erkende BYD serviceprovider om het remblok te laten inspecteren en vervangen.  Als het remblok niet op tijd vervangen wordt, zal de remschijf beschadigd raken.

  • Pagina 238: Wiel Blijven Steken In Sneeuw, Modder Of Zand

    8-1 Als er een fout optreedt Wiel blijven steken in sneeuw, modder of zand Als het voertuig in de sneeuw, modder of zand vastzit, probeer het dan voor- en achteruit te duwen om het eruit te krijgen. WARME TIP  Het voertuig niet voor- en achteruit bewegen als er iemand of een voorwerp dichtbij is.
  • Pagina 239 8-1 Als er een fout optreedt Bij het voertuig geleverde gereedschappen  Gereedschappen zijn opgeborgen onder vloerplaat in de bagageruimte. Sleephaak Wielmoersleutel Waarschuwingsdriehoek Bandenreparatieset Zorg ervoor dat u vertrouwd bent met het gebruik van verschillende gereedschappen en weet waar deze worden geplaatst wanneer in noodgevallen een doe-het-zelf-reparatie nodig is.
  • Pagina 240 8-1 Als er een fout optreedt Het gebruik van een lekdichtend middel  Een lekdichtend middel kan kleine sneden, vooral die in het profiel repareren. Het repareren van een band met een lekdichtend middel is maar een noodoplossing waarmee u naar de dichtstbijzijnde werkplaats kunt rijden; zelfs als de band niet hard lekt, mag u in noodgevallen alleen korte afstanden rijden.
  • Pagina 241 8-1 Als er een fout optreedt 2. Verwijder de opblaasslang en de stekker van de luchtpomp. 3. Draai de dop van de fles met lekdichtend middel en de dop op de overgang tussen de luchtpomp en het flesje lekreparatiemiddel los. WARME TIP ...
  • Pagina 242 7. Lees de bandenspanningsmeter op de luchtpomp af.  Als de bandenspanning in 10 min geen 180kPa (rode zone weergegeven in de figuur) heeft bereikt, zet de luchtpomp dan uit en neem contact op met een erkende BYD-serviceprovider. Ver. A0...
  • Pagina 243 Houdt u met uw voertuig aan de maximale snelheidslimiet van 80km/u.  Na reparatie van een band met de bandenreparatieset is het raadzaam een nieuw lekdichtend middel en een luchtpompslang aan te schaffen bij een erkende BYD- serviceprovider. Ver. A0...

  • Pagina 244: Voertuigspecificaties

    Voertuigspecificaties 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 243 Voertuigidentificatie ·...

  • Pagina 245: (Vin)

    9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Voertuigidentific ati enummer (VIN) Voertuigidentificatie VIN-plaatje Het voertuigidentificatienummer (VIN) dient ter registratie van de eigenaar. in de volgende figuur staan de plaatsen van de VINs. Geplakt op de behuizing van de motorcontroller Bevestigd op de voorrand van de binnenplaat van de voorcompartimentklep Afgedrukt onder de passagiersstoel...
  • Pagina 246 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) WARME TIP  U kunt een VDS aansluiten op het voertuig. Selecteer het voertuigmodel en lees het VIN in de rechter bovenhoek. Voor details, zie de VDS-handleiding. Voertuignaamplaat De voertuignaamplaat bevindt zich 15 cm onder de slotring van de rechtervoordeur. Aandrijfmotormodel en -nummer Het aandrijfmotormodel en nummer staan vermeld op de eindplaat van de...
  • Pagina 247 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Transmissiemodel en nummer Het transmissiemodel en nummer staan afgedrukt op de transmissiebak links buiten die zich bevindt aan de linkerzijde van het voorcompartiment. Instructielable voor bandenspanning Het instructielabel voor bandenspanning bevindt zich 2 cm onder de slotring aan de linker voordeur.
  • Pagina 248 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Instructielabel voor accupositie De indicatielabels voor de accuposities zijn aangebracht bij de motorkapvergrendeling. Ver. A0...
  • Pagina 249 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Waarschuwingslabel voor airbag Het waarschuwingslabel voor de airbag bevindt zich aan de binnen- en buitenzijde van de zonneklep. Ver. A0...
  • Pagina 250 9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Waarschuwingslabel voor airbag Het waarschuwingslabel voor de airbag bevindt zich aan de rechterzijde van het onderste gedeelte van het dashboard en onder het vlak van de bekerhouder. EC-agent informatielabel (indien aanwezig) Het informatielabel van de EU-agent (indien aanwezig) bevindt zich onder het bandenspanningslabel op de linker B-stijl.

  • Pagina 251: Microgolfvenster

    9-1 Voertuigidentificatienummer (VIN) Het laadpoort promptlabel bevindt zich op het plateau voor de oplaadpoort. Microgolfvenster Het elektronische voertuigidentificatie microgolfvenster bevindt zich aan de rechter bovenzijde van de voorruit. LET OP  Plak de elektronische voertuigidentificatie aan een plek zonder overlap met het ruitframe of een ander voorwerp.

  • Pagina 252: Specificatie

    9-2 Specificatie Specific ati e Voertuigparameters Productmodel/naam BYD5030XYZBEV1 BYD5030XXYBEV2 Lengte * Afmetingen (mm) breedte * 4460*1720*1875 hoogte Voor * Trede (mm) 1490*1533 achter Wielbasis (mm) 2725 Rijklaar gewicht 1610 Vooras Aslast Achteras Maximaal Gewicht (kg) toegestaan 2530 brutogewicht Vooras 1158 Aslast Achteras 1372...
  • Pagina 253 (mm) Remschijf achter 9~11 Maximale topsnelheid (km/h) Maximaal klimvermogen (%) Aandrijfmotormodel BYD-1814TZ-XS-B Nominaal vermogen / toerental / koppel 35/4775/70 van aandrijfmotor (kW / tpm / Nm) Piekvermogen / toerental / koppel van 100/12100/180 aandrijfmotor (kW / tpm / Nm)
  • Pagina 254 9-2 Specificatie BYD5030XYZBEV2 Productmodel/naam BYD6450VBEV1 BYD5030XXYBEV3 Lengte * Afmetingen (mm) breedte * 4460*1720*1875 hoogte Voor * Trede (mm) 1490*1533 achter Wielbasis (mm) 2725 Rijklaar gewicht 1700 1780 Vooras Aslast Achteras Maximaal toegestaan 2620 2305 brutogewicht Gewicht (kg) band Vooras 1171 1050 Aslast Achteras...
  • Pagina 255 (mm) Remschijf achter 9~11 Maximale topsnelheid (km/h) Maximaal klimvermogen (%) Aandrijfmotormodel BYD-1814TZ-XS-B Nominaal vermogen / toerental / koppel 35/4775/70 van aandrijfmotor (kW / tpm / Nm) Piekvermogen / toerental / koppel van 100/12100/180 aandrijfmotor (kW / tpm / Nm)
  • Pagina 256 9-2 Specificatie Voertuig uitwendige afmetingen en afmetingen bagageruimte Voertuig uitwendige afmetingen 4460*1720*1875 mm Volume 3,4 m Diepte 1900 mm Achterklep Afmetingen Breedte (min/max) 1200/1390 mm Hoogte 1200 mm Afmetingen van achterklep (bxh) 1230*1275 mm Ver. A0...
  • Pagina 257 Alfabetische index Bluetooth-muziek afspelen · · · · · · · · · · · · 166 Bluetooth-telefoon · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 166 Aan/uitschakelaar achteruitsensor (optioneel) ·...
  • Pagina 258 Alfabetische index Inleiding op de veiligheidsgordels · · · · · · · 20 Microgolfvenster · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 249 Inleiding op sleutels ·...
  • Pagina 259 Alfabetische index Radiogebruik · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · 162 Redding na acculekkage · · · · · · · · · · · · · · · · · 234 USB-oplaadaansluiting ·...

Inhoudsopgave