Veiligheidsaanwijzingen
•
Neem de maximale nuttige belasting van de aangebouwde/aangehangen machine en de
maximaal toegestane asdruk en kogeldruk van de trekker in acht! Rij zo nodig met een slechts
ten dele gevulde machine.
•
De trekker moet aan de voorgeschreven remvertraging voor de beladen combinatie (trekker
plus aangebouwde/aangehangen machine) voldoen!
•
Controleer de remwerking vóór vertrek!
•
Houd bij het maken van bochten met aangebouwde/aangehangen machine rekening met de
grote overhang en de rotatiemassa van de machine!
•
Beveilig vóór transportritten zwenkbare machine-onderdelen in de transportstand tegen
gevaarlijke positiewijzigingen. Gebruik hiervoor de daarvoor bestemde transportbeveiligingen!
•
Controleer voor transportritten of de vereiste transportuitrusting correct aan de machine is
gemonteerd, zoals bijv. verlichting, alarminrichtingen en beschermingsvoorzieningen!
•
Pas uw rijsnelheid aan de momentele omstandigheden ter plaatse aan!
•
Schakel vóór bergafdalingen naar een lagere versnelling!
•
Schakel de afzonderlijke wielremmen vóór transportritten altijd uit (pedalen vergrendelen)!
•
Rijd nooit met te hoge rijsnelheid door krappe bochten.
•
Blokkeer absoluut de bestuurbare naloopas:
bij rijsnelheden boven 40 km/h;
voordat over rijkuilen wordt gereden;
op een niet vlakke rijbaan;
bij het rijden dwars op de hellinglijn (langs de hoogtelijn);
vóór u achteruit rijdt.
3.4.2
Hydraulische installatie
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
•
Werkzaamheden aan de hydraulische installatie moeten worden uitgevoerd door een erkend
landbouwmechanisatiebedrijf!
•
De instellingen van het drukbegrenzingsventiel mogen niet worden gewijzigd!
•
De hydraulische installatie staat onder hoge druk!
•
Let erop dat de hydrauliekslangen correct worden aangesloten!
•
Handel voor aanvang van werkzaamheden aan de hydraulische installatie als volgt:
parkeer de machine;
beveilig opgetrokken bewegende onderdelen van de machine tegen onbedoeld zakken;
58
Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk
ontsnapt!
Let er bij het vast- en loskoppelen van de hydrauliekslangen op dat
de hydraulische installatie zowel aan de trekker- als aan de
machinezijde drukloos is.
Gevaren door beknellen, snijden, grijpen, naar binnen trekken
en stoten door foutieve hydraulische functies bij verkeerd
aangesloten hydrauliekslangen!
Let bij het vastkoppelen van de hydrauliekslangen op de
kleurmarkeringen op de snelsluitingen.
Aperion 2101, Aperion 2401, Aperion 3401 05.18