5.9
Machine afkoppelen
1.
Beveilig de machine tegen onbedoeld wegrollen.
2.
Controleer de machine bij het afkoppelen altijd op opvallende gebreken.
3.
Laat de steunpoot zakken.
4.
Koppel de hydrauliekslangen af en plaats de stekker in het tegen regen beschermde
stekkervak.
5.
Koppel de bedrijfsrem los.
6.
Koppel de verlichting los.
7.
Koppel de aftaktussenas af.
8.
Koppel het bedieningspaneel af en plaats de stekker in het tegen regen beschermde
stekkervak.
9.
Koppel de gedwongen besturing af (indien aanwezig).
10.
Koppel de trekdissel af.
11.
Trek de trekker vooruit.
5.9.1
Trekinrichting afkoppelen
5.9.1.1
Trekhaak (hitchhaak) en trekoog (hitchring)
1.
Beveilig de machine tegen wegrollen.
2.
Laat de steunpoot in de steunstand zakken.
3.
Laat de trekhaak zakken.
4.
Trek de trekker vooruit (ca. 25 cm).
5.
Hef de trekhaak omhoog.
6.
Beveilig de trekker tegen onbedoeld starten en wegrollen.
7.
Ontkoppel de toevoerleidingen.
8.
Leg de toevoerleidingen in de slangenhouder.
9.
Trek de trekker vooruit.
5.9.1.2
Trekpen (Piton-Fix) en trekoog (hitchring)
1.
Beveilig de machine tegen wegrollen.
2.
Verwijder de tegenhouder (dwarspen) boven de trekpen.
3.
Laat de steunpoot in de steunstand zakken, zodat het trekoog loskomt van de trekpen.
4.
Trek de trekker vooruit (ca. 25 cm).
5.
Beveilig de trekker tegen onbedoeld starten en wegrollen.
6.
Bevestig en borg de tegenhouder (dwarspen) boven de trekpen.
Aperion 2101, Aperion 2401, Aperion 3401 05.18
Let er bij het afkoppelen van de machine op dat er altijd zo veel vrije
ruimte vóór de machine overblijft, dat u de trekker bij opnieuw
koppelen weer in een rechte lijn naar de machine kunt rijden.
Machine in bedrijf stellen
101