Machine in bedrijf stellen
5.13
Doseerwalsen
WAARSCHUWING
5.13.1
Doseerwalsen monteren
1.
Beveilig de machine tegen onbedoeld
wegrollen wanneer deze niet aan de
trekker is gekoppeld.
2.
Beveilig trekker en machine tegen
onbedoeld starten en wegrollen wanneer
ze onderling zijn aangekoppeld.
3.
Open de achterklep en borg die zodat
deze niet onbedoeld naar beneden kan
zakken.
4.
Demonteer de zijstukken.
5.
Om de doseerwalsen te kunnen monteren,
wordt de doseeraggregaat-opname voor
de palletvork (72207602) (1) met een
vorkheftruck in lijn gebracht met de
onderste, in de doseerwalsen
aangebrachte, openingen voor de opname.
6.
Breng een schroefverbinding aan door
ieder van de vier openingen (2) in de
doseeraggregaat-opname voor de
palletvork (1) en de opname-openingen in
de doseerwalsen.
7.
Til de doseerwalsen daarna met een
vorkheftruck tot aan de machine en breng
ze in lijn.
8.
Open de beschermplaten (3).
110
Gevaar voor uitglijden, struikelen of vallen bij het
monteren/demonteren van de doseerwalsen!
Maak tijdens het monteren/demonteren van de doseerwalsen beslist
gebruik van een veilige ladder of een mobiel werkplatform.
Voor de montage/demontage van de doseerwalsen zijn twee
personen vereist.
Fig. 68
Fig. 69
Aperion 2101, Aperion 2401, Aperion 3401 05.18