Inhoudsopgave
Advertenties
Veiligheidsgordel voorspannen met
motor*
De veiligheidsgordel trekt zich automatisch
terug in een gevaarlijke situatie om de
bestuurder en passagiers effectief te
beveiligen en keert automatisch terug naar
de ontspannen toestand nadat de
gevaarlijke situatie is opgelost.
Voorspannen met de band
Nadat het voertuig is gestart en de
inzittenden hun veiligheidsgordels hebben
vastgemaakt, drijft de motor de singelband
naar achteren om de mogelijke overmatige
speling van de veiligheidsgordels te
verminderen.
HERINNERING
Trek de band niet met kracht naar
buiten tijdens het opstarten van de
motor, anders zal de motor niet
ontkoppelen. Als dat gebeurt, trek
dan de band er met een grotere
kracht uit en plaats de gesp om het
voor te spannen.
Nadat de motor de veiligheidsgordel
heeft voorgespannen, past u de
veiligheidsgordel aan als deze te
strak zit.
Hoge snelheid voorspanning
In geval van remmen tijdens noodsituaties
zoals urgente vermijding, botsing aan de
voorkant, botsing aan de achterkant,
botsing aan de zijkant, wordt de motor van
tevoren geactiveerd om de band op een
voorspannende manier in te trekken om de
impactschade aan inzittenden tot een
minimum te beperken.
HERINNERING
Als de veiligheidsgordel niet kan
worden losgemaakt, beweegt u de
rugleuning iets naar achteren totdat
de spanning van de veiligheidsgordel
afneemt en het
HERINNERING
vergrendelingsmechanisme wordt
ontgrendeld.
Gebruik van
veiligheidsgordels
1. Pas de positie van de stoel en de hoek
van de rugleuning aan (zie P57).
2. Pas de positie van de driepuntsgordel
aan.
• Houd de juiste zithouding aan en trek
de veiligheidsgordel naar buiten,
diagonaal over de borst. De riem mag
niet onder de arm of over de achterkant
van de nek gaan.
• Houd het heupgedeelte van de riem zo
dicht mogelijk bij de heup.
3. Steek de vergrendeling in de gesp
totdat deze vastklikt en trek hem
vervolgens terug om te controleren of
hij stevig vastzit. Maak de gordel niet
vast als deze gedraaid is.
01
13
Advertenties
Inhoudsopgave
