Cascade
Functiebeschrijving
Coördinatie van tot maximaal 8 cascadetrappen met minimale looptijd en vertragingstijd.
Door de ingangsvariabelen voor de cascadetrappen krijgt de module de informatie voor de status
van de betreffende aansturingen. Het digitale ingangssignaal voor de cascadetrappen kan van de
functies warmtevraag CV, warmtevraag WW of koudevraag komen. Er kan echter ook ieder ander
digitaal signaal (bv. van een andere functie of een ingang) daarvoor gebruikt worden. Daardoor is
een verregaande programmeervrijheid in het gebruik van de cascadefunctie gegeven.
Ingangsvariabelen
Vrijgave
Vrijgave opwekker A - H
Cascadetrap 1 - 8
• De omschrijvingen A – H hebben betrekking op de opwekker zelf, dus bv. ketel, warmtepomp
of koelmachine. De bijbehorende index (bv. A1, A2, A3 etc.) heeft betrekking op de trappen van
de opwekkers, indien er meertraps opwekkers worden toegepast.
• De omschrijvingen 1 - 8 hebben betrekking op de cascadetrappen, welke zijn geactiveerd.
• Vrijgave opwekker A – H: Hiermee kunnen specifieke opwekkers geblokkeerd en uit de aan-
sturing door de cascadetrappen worden genegeerd. De geblokkeerde opwekkers worden in de
volgorde van de trappen overgeslagen. Bij gebruik van meertraps opwekkers kan iedere losse
trap van de opwekker worden vrijgegeven.
• Cascadetrap 1 – 8: Deze ingangssignalen kunnen bv. van de uitgangsvariabelen „Status
vraag" van één of meerdere warmte-/ koudevragen komen. Er kan echter ook ieder ander digi-
taal signaal (bv. van een andere functie of een ingang) daarvoor gebruikt worden.
Algehele vrijgave van de functie (digitale waarde AAN/UIT)
Digitaal ingangssignaal AAN/UIT voor de gescheiden vrijgave van
de 8 mogelijke opwekkers (digitale waarde AAN/UIT)
Digitaal ingangssignaal AAN/UIT voor de aansturing van de 8
mogelijke cascadetrappen (digitale waarde AAN/UIT)
79