Verschalingsfunctie
Basisschema
Verschaling vlgs. voorbeeld parametrering:
0°C
20%
50°C
100%
Functiebeschrijving
De verschalingsfunctie maakt het aanpassen van analoge waardes van selecteerbare bronnen
(sensoren, functies, netwerkingangen, etc.) mogelijk:
• Wijzigen van de functiegrootte
• Verschaling van ingangsvariabelen = aanpassen van de waarde naar een nieuw bereik
• Begrenzing van uitgangsvariabelen door minimale- en/of maximale drempelwaardes
Ingangsvariabelen
Vrijgave
Uitkomst (vrijgave = uit)
Ingangsvariabele
Uitkomst minimum
Uitkomst maximum
• Door de minimale- cq. maximale uitgangsdrempelwaarde wordt de waarde van de uitgangsva-
riabelen begrensd, ook indien de verschaling in een lagere cq. hogere waarde zou resulteren.
Deze drempelwaardes treden alleen in werking, indien deze in de parameter Begrenzing zijn
geactiveerd.
• Wordt de verschalingsfunctie geblokkeerd (vrijgave = uit), geeft deze een waarde uit, welke
door "Uitkomst (vrijgave = uit)" ofwel door de Gebruiker vastgelegd wordt of van een eigen
bron stamt.
• De waarde „Uitkomst (vrijgave = uit)" wordt niet door de minimale - cq. maximale drempel-
waardes begrensd.
130
Algehele vrijgave van de functie (digitale waarde AAN/UIT)
Analoge waarde voor de uitgangsvariabelen, indien de vrijgave UIT is
Analoge waardes voor het gebruik van de verschaling
Minimale waarde van de uitgangsvariabelen
Maximale waarde van de uitgangsvariabelen