Uitgangsvariabelen
Status vraag
T.insch. > T.insch.GEW
T.uitsch. > T.uitsch.GEW
Sokkeltemperatuur actief
Teller min.looptijd
T.opw. > T.opw.MIN
• Is alleen een inschakelsensor beschikbaar, dan wordt de uitgangsvariabele T.uitsch. > T.uit-
sch.GEW via de drempelwaarde T.insch. > T.insch.GEW geschakeld.
• Indien er geen opwekkersensor beschikbaar is, geeft de uitgangsvariabele T.opw. >
T.opw.MIN altijd de status AAN weer.
30
Status koudevraag AAN/UIT, keuze van de uitgang
Status AAN, indien de inschakeltemperatuur T.inschak. hoger als de
gewenste temperatuur T.insch.GEW + Diff. aan is
Status AAN, indien de uitschakeltemperatuur T.uit. hoger als de
gewenste temperatuur T.uitsch.GEW + Diff. uit is
Status AAN, indien de gewenste waarde koudevraag boven de sok-
keltemperatuur T.inschak.MAX stijgt, onafhankelijk van de status
van de koudevraag
Weergave van de resterende tijd voor de minimale looptijd in secon-
den
Status UIT, zolang de uitschakeling boven de temperatuur opwekker
actief is