De pulsoxymeter gebruiken
Wanneer een OxiMax-pulsoxymetriesensor op de pulsoxymeter is aangesloten,
wordt het bericht "SENSORTYPE: xxxx" gedurende vier tot zes seconden onder
aan het pulsoxymeterscherm weergegeven. Het bericht geeft het type (model)
van de op de monitor aangesloten pulsoxymetriesensor weer. Het type wordt
gebruikt om de betekenis te bepalen van de actieberichten die worden weergegeven
door de berichtenfunctie van de sensor. Als een pulsoxymetriesensor gegevens
bevat, identificeert de melding het sensoreventstype. Als de pulsoxymetriesensor
leeg is, identificeert het bericht de huidige event-type van de pulsoxymeter die
wordt gebruikt om events in de sensor op te slaan. De instellingen zijn SpO
SpO
+ PULSfrequentie.
2
Opmerking:
Het type gegevens dat wordt opgeslagen, wordt alleen weergegeven wanneer er gegevens
aanwezig zijn in de OxiMax-pulsoxymetriesensor.
De pulsoxymeter geeft nullen weer in de displays voor %SpO
zolang een geldige puls wordt gezocht. Voor een optimale prestatie dient u de
pulsoxymeter gedurende ongeveer vijf tot tien seconden te laten zoeken naar
en zich in te stellen op een puls tijdens een conditie zonder beweging.
Als een geldige pulsatie wordt gedetecteerd, wordt de bewakingsmodus op de
pulsoxymeter geactiveerd en worden de patiëntparameters weergegeven op een
van de beschikbare schermen: General Care Format (standaardfabrieksinstelling),
curve, blip-balk of real-time trendweergave. Het SatSeconds-pictogram wordt
weergegeven op elk scherm als de functie is ingeschakeld. Als de SPD-functie
is ingeschakeld, worden de pictogrammen SatSeconds en SPD in elk scherm
weergegeven. Zie
De beweging van de blip-balk, plethysmogram of het kloppende hartje geeft aan
dat real-timegegevens worden getoond. De pulstoon is een akoestische indicator
van de real-time patiëntgegevens.
Let op
Als u niet bij elke pulsatie een pieptoon hoort, is het volume van de pulspieptoon
op nul gezet, dat de luidspreker defect is of dat er een probleem met het signaal is.
Wanneer u voor het eerst een OxiMax-pulsoxymetriesensor bij een patiënt
aanbrengt, verliest de pulsoxymeter mogelijk een het pulssignaal. Als het
pulssignaal verloren gaat, klinkt er een alarmgeluid. Op het scherm van de
pulsoxymeter wordt een bericht weergegeven dat de signaalconditie slecht is.
De monitor geeft nu [--- / ---] (3 streepjes / 3 streepjes) weer. De monitor blijft vijf
seconden naar een pulsatie zoeken, waarna het scherm wordt weergegeven
38
Afbeelding 17. Bericht over sensortype
Weergaveopties voor pulsoxymeter
2
en pulsfrequentie
2
op pagina 24.
Gebruikershandleiding
en