Monitoringwaarden
WAARSCHUWING
Als de OxiMax-pulsoxymetriesensor in een omgeving met instralend licht niet met
ondoorzichtig materiaal wordt bedekt, kan dit leiden tot onnauwkeurige metingen.
De OxiMax N-600x-pulsoxymeter evalueert continu de kwaliteit van het
pulsoximetriesignaal terwijl de SpO
gecontroleerd. De waarden op het voorpaneel van de pulsoxymeter weerspiegelen
de gegevens van de bewaking.
Het algoritme van N-600x-pulsoxymeter past de hoeveelheid gegevens die nodig
is voor het meten van de SpO
meetomstandigheden aan.
•
Normale omstandigheden: tijdens normale meetomstandigheden is de gemiddelde
tijd zes tot zeven seconden (ongeveer drie seconden in de Snelle modus).
•
Korte abnormale omstandigheden: tijdens deze omstandigheden, bijvoorbeeld bij
lage perfusie, beweging (zoals externe storing door omgevingslicht) of een combinatie
van deze, verlengt de pulsoxymeter automatisch de periode gedurende welke gegevens
worden verzameld. Als de resulterende dynamisch integratietijd meer dan 20 seconden
bedraagt, gaat de indicator Puls zoeken ononderbroken branden, en worden %SpO
en de pulsfrequentie iedere seconde bijgewerkt.
•
Ernstigere omstandigheden: als deze omstandigheden blijven bestaan, blijft het
vereiste aantal gegevens toenemen. Als de dynamische uitmiddeltijd oploopt tot
40 seconden, begint de Puls zoeken-indicator te knipperen. Dit geeft aan dat de
pulsatie is weggevallen, en voor %SpO
Het akoestische alarm wordt geactiveerd.
Geluidsindicatoren
Tot de akoestische indicatoren behoren tonen op bepaalde toonhoogten
en pieptonen. Zorgverleners kunnen alarmen onderdrukken door op de toets
ALARMONDERDRUKKING te drukken.
WAARSCHUWING
Wanneer u op ALARMONDERDRUKKING drukt, worden ALLE alarmen onderdrukt
gedurende de alarmonderdrukkingsperiode.
Let op
Indien de zorgverlener een primair akoestische alarm niet binnen twee (2) minuten
uitschakelt, klinkt een secundair alarm met een unieke toonhoogte.
Gebruiksaanwijzing
van de patiënt en de pulsfrequentie worden
2
en de pulsfrequentie, automatisch aan de
2
en de pulsefrequentie knipperen nulwaarden.
2
Voorpaneel
2
17