BELANGRIJK Het systeem activeert de inschakeling
van de achteruitversnelling NIET. Het systeem zorgt
NIET voor inschakeling van de achteruitversnelling
als de veiligheidsgordels van de voorstoelen niet
omgelegd zijn.
LASERSENSOR
Het systeem omvat een lasersensor, die in het
bovenste deel van de voorruit zit . fig. 73
RIJDEN ONDER SPECIALE
OMSTANDIGHEDEN
Onder bepaalde rijomstandigheden, zoals
bijvoorbeeld:
❒ rijden in de buurt van een bocht;
❒ voertuigen van kleine afmetingen en/of niet met de
rijstrook uitgelijnd;
❒ andere voertuigen die van rijstrook veranderen;
fig. 73
kan de activering van het systeem onverwachts of
vertraagd zijn. De bestuurder moet daarom
bijzonder voorzichtig zijn en de controle over het
voertuig behouden om in alle veiligheid te blijven
rijden.
BELANGRIJK In bijzonder complexe
verkeerssituaties kan de bestuurder handmatig het
systeem uitschakelen via het Setup menu (zie
paragraaf "Menuopties" in dit hoofdstuk).
Rijden in de buurt van een bocht
Als een bocht met een brede straal wordt genomen,
kan de lasersensor de aanwezigheid van een voertuig
vóór de auto detecteren dat zich echter niet op
dezelfde rijstrook bevindt fig. 74; in dit geval kan het
systeem geactiveerd worden.
fig. 74
F0W0315
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0W0274
87