BELANGRIJK
Breng de sticker op een voor de
bestuurder goed zichtbare plaats aan,
om eraan te herinneren dat de band behandeld
is met de snelle bandenreparatiekit. Rijd
voorzichtig, met name in bochten. Rijd niet
harder dan 80 km/h.Vermijd bruusk accelereren
en remmen.
❒ stop na ongeveer 10 minuten en controleer
opnieuw de bandenspanning; trek de handrem
aan; Volg voor de veiligheid van de geparkeerde
auto de aanwijzingen in de paragraaf "Parkeren" in
het hoofdstuk "Starten en rijden".
BELANGRIJK
Rij niet verder als de bandenspanning
onder 1,8 bar is gedaald: de snelle
bandenreparatiekit kan de vereiste afdichting
niet garanderen omdat de band te ernstig
beschadigd is. Neem contact op met het Fiat
Servicenetwerk.
❒ als een spanning van minstens 1,8 bar wordt
gemeten, herstel dan de correcte bandenspanning
(bij draaiende motor en aangetrokken handrem),
ga weer rijden en rijd zeer voorzichtig naar de
dichtstbijzijnde garage van het Fiat Servicenetwerk.
BELANGRIJK
Geef altijd aan dat de band gerepareerd
is met behulp van de snelle
bandenreparatiekit. Overhandig de
informatiefolder aan het personeel dat de
behandelde band moet repareren.
BANDENSPANNING CONTROLEREN EN
HERSTELLEN
De compressor kan ook gebruikt worden voor het
controleren en eventueel herstellen van de
bandenspanning. Maak de snelkoppeling A fig. 123 los
en verbind deze rechtstreeks met de ventieldop
van de op te pompen band.
fig. 123
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0W0180
159