9.9
Uitlaat filter controleren/leegmaken
Benodigd gereedschap
9.9.1
Filterelement vervangen
Benodigd gereedschap
Benodigd materiaal
108
Onderhoudswerkzaamheden
Ring- steeksleutel SW 17 mm
Het uitlaat-filter heeft als taak het uitfilteren van de olienevel die tijdens de pompro-
cedure ontstaat door de uitstoot van aangezogen lucht. Uit veiligheidsoverwegingen
bezit het uitlaat-filter een ventiel dat opent indien het filter geblokkeerd is en de
aangezogen lucht direct naar buiten leidt. Hierdoor wordt schade aan de voorpomp
door een geblokkeerde uitlaatleiding vermeden.
Gevaar
Bij een geblokkeerde uitlaat-filter komen giftige oliedampen direct in de atmosfeer
terecht!
De toestand van het uitlaat-filter moet daarom regelmatig gecontroleerd worden.
Indien het oliepeil in het oliereservoir zich op 1/3 van de maximale vulhoeveelheid
bevindt, moet het oliereservoir geleegd worden.
Volg voor het legen van het oliereservoir de volgende procedure:
•
Schakel het apparaat uit en verwijder de afdekkappen aan de zijkant. Zie hiervoor
Refer to chapter 9.6.1.
Gevaar
Voor het verwijderen van een van de afdekkappen van de UL1000 moet de
stroomtoevoer van de lekdetector afgesloten worden!
•
Schroef de zeskantbout aan de onderkant van het reservoir los en laat de olie in
een geschikt vat afvloeien. Zie hiervoor Fig. 9-5/5. Voer de olie volgens de
plaatselijke voorschriften af.
•
Schroef de zeskantbout er weer in en draai deze aan.
•
Controleer het oliepeil van de draaischuifpomp D16 B en vul deze evt. bij.
Zijwandseparator uit de toebehoren.
Reservefilterelement: P/N 200 000 694 (10 stuks)
De inbouwpositie van het uitlaatfilter vindt u in de volgende Fig. 9-4.