Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Stroomsignalen ((0)4-20 Ma); Getwiste Kabels; Aansluiten Van Opties - Emotron VFX 2.1 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Controlprint
Afb. 65 Elektromagnetische (EM) afscherming van stuursig-
naalkabels.

4.5.5 Stroomsignalen ((0)4-20 mA)

Een stroomsignaal zoals (0)4-20 mA is minder gevoelig voor
storingen dan een signaal van 0-10 V, omdat het is
aangesloten op een ingang met een lagere impedantie (250
Ω) dan een spanningssignaal (20 kΩ). Wij adviseren daarom
met klem om stroomstuursignalen te gebruiken wanneer de
kabels langer zijn dan een paar meter.

4.5.6 Getwiste kabels

Analoge en digitale signalen zijn minder gevoelig voor
interferentie als de kabels waarover ze lopen "getwist" zijn.
Dit is zeker aan te bevelen als er geen afscherming kan
worden gebruikt. Door het twisten van de draden worden de
blootgestelde oppervlakken geminimaliseerd. Dit betekent
dat er in de stroomkring voor geen enkel hoogfrequent (HF)
interferentieveld een spanning kan worden opgewekt. Voor
een PLC is het daarom belangrijk dat de retourleiding in de
nabijheid van de signaaldraad blijft. Het is belangrijk dat het
dradenpaar volledig over 360° getwist is.
CG Drives & Automation 01-7492-03r0
Druksen-
sor
(voor-
beeld)
Externe besturing
(bijv. in metalen
behuizing)
Bedieningsconsole
4.6

Aansluiten van opties

De optiekaarten worden verbonden met behulp van de
optionele connectoren X4 of X5 op de controlprint, zie Afb.
56, pagina 49, en gemonteerd boven de controlprint. De
ingangen en uitgangen van de optiekaarten worden op
dezelfde manier aangesloten als andere stuursignalen.
Besturingsaansluitingen
57

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fdu 2.1

Inhoudsopgave