3.1.2 De onderste afdekkap
verwijderen/openen bij
bouwvorm E2, F2 en FA2
(IP20/21)
B
Afb. 30 Draai de twee schroeven los en verwijder de onderste
kap (principetekening)
Voor toegang tot de netvoedings-, motor-, DC+/DC- en
remaansluitklemmen verwijdert u de onderste kap in de
onderstaande volgorde
• Draai de twee schroeven B los (zie Afb. 30).
• Trek de kap iets omlaag en til hem weg.
28
Installatie
3.2
Kabelaansluitingen voor
kleine en middelgrote
bouwvormen
IP54 - VFX48/52-003 t/m 074 (Bouwvorm B, C en D)
IP54-VFX69-002 t/m 058 (Bouwvorm C69 en D69)
IP20/21 - VFX48-025 t/m 365 (Bouwvorm C2, D2, E2, F2
en FA2)
IP20/21 - VFX69-002 t/m 058 (Bouwvorm C2(69) en
D2(69)
3.2.1 Netvoedingskabels
Gebruik de juiste netvoedings- en motorkabels volgens de
lokale voorschriften. De kabel moet de belastingsstroom van
de frequentieregelaar kunnen voeren.
Aanbevelingen voor het kiezen van voe-
dingsspanningskabels
• Er hoeven geen afgeschermde netvoedingskabels te wor-
den gebruikt om aan de EMC-eisen te voldoen.
• Gebruik hittebestendige kabels, +75 °C (167 °F) of
hoger.
• Zorg dat de afmetingen van kabels en zekeringen in
overeenstemming met de lokale voorschriften en de
nominale ingangsstroom van de frequentieregelaar zijn.
Zie tabel 14.5, pagina 223.
• De draaddoorsnede van de PE-geleider voor kabels van <
2
16 mm
(6 AWG) moet >10 mm2 Cu (16 mm
gebruik een tweede PE-geleider met dezelfde doorsnede
als de originele PE-geleider, voor kabelafmetingen van
2
meer dan 16 mm
(6 AWG), maar kleiner of gelijk aan
2
35 mm
(2 AWG) moet de draaddoorsnede van de PE-
geleider minimaal 16 mm
2
Voor kabels >35 mm
(>2 AWG) moet de draaddoor-
snede van de PE-geleider minimaal 50 % zijn van de
draaddoorsnede van de gebruikte fasegeleider.
Als de draaddoorsnede van de PE-geleider in het
gebruikte kabeltype niet aan bovenstaande vereisten voor
de draaddoorsnede voldoet, moet er een aparte PE-gelei-
der worden gebruikt om wel aan de vereisten te voldoen.
• De litze-aardingsaansluiting (zie Afb. 42) is alleen nodig
als de montageplaat is voorzien van een laklaag. Alle fre-
quentieregelaars hebben een ongelakte achterzijde en zijn
daarom geschikt voor montage op een ongelakte monta-
geplaat.
Sluit de netvoedingskabels aan volgens Afb. 31 tot 39. De
frequentieregelaar heeft standaard een ingebouwd RFI-
netspanningsfilter dat voldoet aan categorie C3, geschikt
voor de 2e Omgeving eisen.
CG Drives & Automation 01-7492-03r0
2
Al) of
2
(6 AWG) zijn.